5. Vrijheid bij het verfijnen van de opstelling.
Het lijkt een simpel aandachtspunt maar schijn bedriegt. “De grote drie” van de audiofiele hobby zijn hardware, opstelling en akoestiek. Door één van deze drie te verwaarlozen of te negeren wordt nooit het volle potentieel van een willekeurige daarin opgestelde audioset gerealiseerd, ongeacht de prijs ervan. Het verfijnen van de opstelling is het enige kostenloze aspect van deze hobby. Toch hoort het wel bij de drie fundamentele peilers van diezelfde hobby. Er moeten daarom wel heel belangrijke redenen zijn om zoiets fundamenteels als de opstelling te willen compromitteren. De keerzijde is altijd hoog. Natuurlijk is het zo dat men soms geen keus heeft bij een bepaalde opstelling. Dat komt het meest voor als de luisteromgeving tevens de woonomgeving is. Als woon- en luistergenot botsen doen ze dat bijna altijd in verband met de opstelling. Toch komt het ook regelmatig voor dat onzorgvuldigheid, gebrek aan interesse of gebrek kennis de werkelijke redenen zijn voor een gebrekkige opstelling.
Bij het ontwerpen van een ideale luisterruimte, waar deze zich ook in huis bevindt, zou men zich rekenschap moeten geven van alle mogelijkheden om het gekozen luidsprekersysteem correct op te stellen in die ruimte. Terwijl u tien- twintig of dertigduizend euro zonder blikken of blozen zou spenderen aan uw hardware, kiepert u het via een nodeloos gecompromitteerde opstelling eigenlijk gewoon weer naar buiten. Een veel bescheidener audioset zou in die situatie net zo goed presteren en evenveel muziek laten horen. Het is maar dat u dat beseft.
Het is maar dat u beseft dat die buurman of vriend, die in vergelijking met u eigenlijk een flutsetje heeft dat heel netjes is opgesteld, wel degelijk meer muziek kan ervaren dan u, met uw prachtige set in een flutopstelling.
6. Een correcte plaatsing van ramen en deuren.
Conform de Wet van Murphy zitten ramen, deuren, schoorsteenmantels, uitbouwtjes en andere uitbundigheden in huis altijd net verkeerd, vanuit audiofiel oogpunt bezien. Maar als u zelf in staat bent om de locatie van deze elementen in de ruimte naar uw hand te zetten, verdient het aanbeveling om de beslissing waar ze gaan komen zo lang mogelijk voor u uit te schuiven – in elk geval zolang als nodig is om het complete akoestische plan voor die ruimte uit te werken. Pas tegen het einde van zo’n plan wordt helemaal duidelijk welke plaatsen daarvoor in de gegeven situatie nog geschikt zijn. Uiteraard is dit ook van toepassing op de plaatsing van andere onontbeerlijke elementen in de ruimte, zoals verwarmingselementen, een airco, mediaracks en andere zaken waarvan u beslist wilt dat ze een plaats krijgen in de muziekruimte.
In alle andere gevallen moet u het doen met de plaats waar deze elementen van huis uit zijn aangebracht. Met de nodige vindingrijkheid is het evenwel mogelijk om tijdens kritische luistersessies of het bekijken van films de ramen in de eerste reflectiezone af te dekken met mobiele hulpmiddelen, zoals diffusermodules op wieltjes of hangend aan een rail (als gordijnen dus). Niettemin is de plaats van elementen in een reeds bestaande ruimte vaak de reden om ergens een compromis te sluiten. Als er bijvoorbeeld links op de zijwand een raam zit in de eerste reflectiezone is het niet aan te raden om alleen rechts, waar dat dus gemakkelijk kan, een diffuserconfiguratie aan te brengen. De impact van diffusers is dermate groot, dat eenzijdige toepassing asymmetrie zou veroorzaken. Daardoor is het middel erger dan de kwaal. Beter zou het dan zijn om ook op de rechtermuur hetzelfde gordijn te hangen als voor het raam op de tegenoverliggende wand, opdat beide wanddelen in de zo belangrijke eerste reflectiezone tenminste akoestisch symmetrisch zijn. Een andere oplossing is het om middels een railsysteem tijdens luistersessies een diffusermodule voor het raam te hangen, terwijl op de tegenoverliggende wand dezelfde diffuser permanent tegen de muur is gemonteerd.
7. Vrije Hoekruimte
Een van de akoestische parameters die in de meeste gevallen niet afdoende door de ruimte zelf wordt gereguleerd is de absorptie van lage frequenties. Daar staat tegenover dat het inrichten van een ruimte met louter huiselijke elementen wel de nodige midden- en hoogabsorptie met zich meebrengt. In de praktijk leidt dit tot een situatie waarin absorptie van midden en hoog redelijk in orde is – in elk geval een stuk beter in orde is dan de absorptie van frequenties onder 300Hz en in het bijzonder frequenties onder 125Hz.
Om aan dit gebrek aan evenwicht in de breedbandige nagalmtijd tegemoet te komen is het in veel gevallen nodig om absorberende elementen in de ruimte te integreren die de nagalmtijd voor lage frequenties bekorten.
Hiervoor zijn de hoeken van de ruimte bij uitstek geschikt; het is doorgaans de plaats waar afgestemde basstraps worden geplaatst of ingebouwd. Door een doordachte plaatsing van vaste elementen in de ruimte, zoals ramen en deuren, is het in principe wel mogelijk om minstens twee, maar liever nog vier kamerhoeken vrij te houden voor het verzorgen van de voor die ruimte benodigde aanvullende laagabsorptie.
Niet altijd is het ook echt nodig om alle hoeken hiervoor te gebruiken; niettemin is op voorhand ook niet goed in te schatten hoeveel ruimte dan wel voor basstraps dient te worden gereserveerd; dat komt in de loop van het akoestisch ontwerp voor die ruimte vanzelf naar voren, maar ook bijvoorbeeld bij metingen in een reeds bestaande ruimte.
Er is in daarnaast ook goed nieuws: er zijn zowel verticale (staande) als horizontale (hangende) hoeken, zodat er doorgaans meer vrije hoekruimte is dan op het eerste gezicht lijkt. Ook de hoek die gevormd wordt, daar waar wand en plafond samenkomen, is bijvoorbeeld een geschikte hoek voor het installeren van basstraps. Het absorberen van hogere resonantiemodi kan doorgaans ook vanuit andere plaatsen dan de echte kamerhoeken plaatsvinden, zoals bijvoorbeeld op het midden van de lengte. Een hoek die gevormd wordt door het plafond en de zijwand is immers ook een hoek. Er is dus in de meeste gevallen wel genoeg vrije hoekruimte voorhanden, maar indien het mogelijk is zou de voorkeur uitgaan naar het allereerst benutten van de vier hoeken van de (rechthoekige) ruimte, omdat in die hoeken alle resonantiemodi zich ophopen en aangepakt kunnen worden.
8. Een spaarzame, dedicated inrichting.
In een normale woonsituatie zal deze aanbeveling lang niet altijd haalbaar zijn; niet iedereen wenst in een minimalistische omgeving te wonen. Niettemin is het zo dat het voor kwaliteitsweergave nodig is om objecten die voor muziekweergave niet-essentieel zijn buiten de luisterdriehoek te houden. Zo heeft louter het weghalen van de salontafel uit een overigens uitstekend ingerichte luisterdriehoek soms dramatische gevolgen ten goede voor de ruimtelijke afbeelding en stabiliteit van het stereobeeld. Met een beetje goede wil is het soms mogelijk om de salontafel op zwenkwieltjes te zetten en deze bij kritische luistersessies uit de driehoek weg te halen.
Het is ontegenzeglijk zo dat ook kleine objecten die dichtbij een luidspreker staan een akoestische schaduw kunnen werpen die heel wat groter is dan het object zelf. Daar staat tegenover dat grote objecten in de ruimte best onschadelijk kunnen zijn, mits ze maar ver genoeg van de luidspreker en/of de luisterdriehoek verwijderd zijn of zich buiten het directe geluidsveld bevinden (een plant achter de luidsprekers werkt zelden nadelig uit).
U dient zich verder te realiseren dat kleine, losstaande objecten onmiddellijk rondom de luidsprekers net zo goed oorzaken voor asymmetrie kunnen zijn. Vanzelfsprekend is een van de grootste voordelen van een dedicated luisterruimte of thuisbioscoop de mogelijkheid om alleen de voor die ruimte essentiële objecten toe te laten en hier bovendien een zo akoestisch onschadelijk mogelijke plaats voor uit te kiezen. Of, als u er onverhoopt niet aan ontkomt om een object toch wat ongunstig op te stellen, dit symmetrisch zou kunnen doen. Het belangrijkste gereedschap dat u in een dedicated ruimte helemaal in de hand kunt houden is de inrichting zelf en daarmee bent u in staat om op zijn minst de essentiële symmetrie in de ruimte te behouden.
Als u een stapje verder gaat spelen ook psychologische factoren een rol in een dedicated muziekruimte. Het lijdt geen twijfel dat het buitensluiten van storende buitengeluiden de rust tijdens het luisteren positief beïnvloed. Zintuiglijke afleiding is nooit gunstig; het maakt concentratie op de muziek een stuk moeilijker of zelfs onmogelijk. Visuele rust in de luisteromgeving is, in geval van een dedicated ruimte, beslist een factor die doorwerkt in het luistergemak. Uiteraard is dit alles een zaak van smaak en persoonlijke voorkeur, maar het behoort toch tot het totale pakket dat een goede muziekruimte kenmerkt. In de akoestisch verantwoorde grote muziekruimtes die u ongetwijfeld kent – het theater, de bioscoop en de concertzaal – speelt het weglaten van zinloze zintuiglijke afleidingen zonder meer een belangrijke rol. Er is geen enkele reden om te veronderstellen dat dit in uw eigen huiselijke omgeving niet zo zou zijn.
9. Goede Afmetingsverhoudingen of Ratio`s.
Van alle besproken criteria is het afstemmen of aanpassen van de ratios van een muziekruimte het moeilijkst in praktijk te brengen, samen met het elimineren van door de ruimte veroorzaakte elementen van asymmetrie, eerder al besproken onder punt 4. Een zo theorieloos mogelijk artikel tracht het belang en nut van goede ratios begrijpelijk uiteen te zetten; klik hier om naar dit artikel te gaan. Het nut om tenminste met enige aandacht naar de ratios te kijken is hieronder samengevat.
Heeft het wel zin om je met de ratios bezig te houden?
Het antwoord is beslist ja, omdat het ook bij bestaande ratios nuttig is om te weten hoe goed of slecht ze zijn. Ongunstige ratios zijn vaak een belangrijke oorzaak van menig hardnekkig probleem met de laagweergave; ongunstige ratios werken niet nadelig uit voor frequenties boven 250-300Hz. Een probleem met de ratios komt tot uiting in het gebied van de lage tonen.
Voor een succesvolle aanpak van akoestische problemen is het nodig om eerst de oorzaken van die problemen te kennen. Lengte, breedte en hoogte van een gegeven ruimte zijn onvermijdelijke parameters en ze zijn bepalend voor welke staande golven waar in de ruimte zullen optreden. Het aldus ontstane patroon van staande golven of ruimteresonanties is op zijn beurt de bepalende factor voor de pieken en dalen in de weergave van lage tonen onder 300Hz. De resonantiemodi in een ruimte kunnen met behulp van eenvoudige berekeningen in kaart worden gebracht. Op dezelfde manier kan het resonantiepatroon in een nog niet bestaande ruimte in kaart worden gebracht.
Het goede nieuws is dat zelfs een bestaande ruimte die niet over ideale ratios beschikt daar in principe wel over kan gaan beschikken, op voorwaarde dat de ruimte groot genoeg is om een verkleining tot ideale ratios mogelijk te maken. Het is mogelijk om door het verkleinen van de lengte en/of de breedte te eindigen met een weliswaar iets kleinere ruimte, maar wel een die ineens over goede ratios beschikt. Verkleinen betekent in de praktijk het plaatsen van een echte harde binnenmuur van bijvoorbeeld blokken gasbeton; het kostenaspect hoeft hier dus niet de doorslag te geven. Het verschil tussen goede en slechte ratios is soms maar 10 centimeter. Daarom is niet zo absurd om te stellen dat ideale ratios soms ook haalbaar zijn binnen een reeds bestaande ruimte en daarom is het niet zo vergezocht om de ratios serieus te nemen en waar mogelijk te onderzoeken.
Het veranderen van ratios kan uiteraard wel een van de criteria zijn die u niet kunt of wilt wijzigen, omdat het om een vrij ingrijpende verbouwing kan gaan. Daarmee is het dus een compromis geworden dat u moet aanvaarden en dat kan in de praktijk dan weer betekenen dat u moet leren leven met een signatuur in de basweergave die zelfs met een optimale opstelling en de inzet van de nodige afgestemde basstraps niet helemaal te neutraliseren is.
Met name het hoog is door een gangbare huis- tuin- en keukeninrichting redelijk gemakkelijk te overdempen en juist dat hoog is absoluut nodig om zo’n omhullende ambiance te herscheppen. Audiofielen maken soms melding van het feit dat, als gevolg van een belangrijke upgrade, zaken in de muziek naar voren komen die eerst niet werden neergezet, of in elk geval minder overtuigend. Welnu, in bijna alle opnames zit nog veel meer informatie verscholen die vooralsnog maar heel zelden daadwerkelijk wordt neergezet. Het betreft dan met name aspecten als ambiance en in de opname zelf besloten ruimte-informatie. Omdat het een van de echte “final frontiers” is om juist die latent aanwezige kwaliteiten nog te onttrekken aan een muziekinstallatie, is het geen verrassing dat het hier om een aan de akoestiek gerelateerd aspect gaat. Zou het een louter hardware-gerelateerd aspect zijn geweest, dan zou de audiofiele gemeenschap dat allang en breed hebben ontdekt en benut.