Dat werpt natuurlijk meteen de haast extentialistische vraag op of de Tara Labs kabels universe(e)l(er) zijn, onze fraaie opnamen niet om zeep helpen en dus waard om gekocht te worden. Tara Labs is volgens zeggen een van de grootste kabelfabrikanten ter wereld. Zoals het de betere kabelfabrikant betaamt, leveren zij een serie whitepapers waarin op fatsoenlijke en begrijpelijke wijze wordt uitgelegd welke natuurkundige principes ten grondslag liggen aan de ontwikkeling van de kabels. Zo staat in de whitepapers dat Tara Labs herkent dat het bij kabels om zeer subtiele verschillen gaat en dat de resultaten met kabels systeemafhankelijk zijn. Oké, ‘now we’re talking’. Zij ontwikkelden een testmethode om de lineariteit van de frequentieschaal te relateren aan de impedantie. Feitelijk bedoelt Tara Labs de invloed van de inductieve reactantie. Volgens Tara Labs hangen de ‘rise time’ en fase-coherentie hiermee samen. Die bepalen of een luisteraar het geluid live vindt klinken of dat er een ‘reproductie’ klinkt. De input van de test wordt gevormd door kabels met verschillende configuraties van de geleiders. De afmetingen en de grootte van de geleiders bepalen dus de prestaties.
Om een lange uitleg kort te maken heeft Tara Labs gevonden dat de constructie van de geleiders bepalend is voor de elektromagnetische flux (= doorstroom). Een grotere waarde hiervoor leidt tot een minder lineaire frequentiecurve. De eindconclusie van Tara Labs is dat een kabel met dunnere en ruimtelijker geplaatste geleiders meer lineair klinkt. Tara Labs is dus geen voorstander van zogenaamde ‘stranded cables’ (kabels uit meerdere ‘draadjes’ opgebouwd) en al helemaal niet als deze dicht op elkaar gebundeld zijn. Volgens Tara Labs speelt deze ontwerpoverweging een grotere rol dan wat isolatiematerialen doen. Over geleiders komen ze met hetzelfde verhaal dat we kennen van andere fabrikanten. Heel zuiver koper of zilver met zo min mogelijk storende materiaalovergangen. Door de geleiders goed te produceren, neemt de conductivity toe en neemt de ‘specifieke’ weerstand af. Het is maar de vraag of deze relatie bestaat en vervolgens of er dan enige waarneembare invloed is op het geluid. Het isolatiemateriaal van een kabel speelt ook een rol. Het elektromagnetische veld heeft een interactie met deze isolator en daardoor wordt energie opgeslagen en later weer vrijgegeven (dielectric absorption). Tara Labs beschrijft dan zowel de problemen met Teflon als met PVC. Hun alternatief heet aero-PE. Dat materiaal heeft weinig last van ‘opslag-effecten’ en zorgt dus voor een zo neutraal mogelijk klinkende kabel. Hoewel uit de ervaringen met kabels in de luisterruimte enig empirisch bewijs is ontstaan dat de isolator een waarneembare invloed heeft, worden een aantal andere beweringen omvergehaald door de theorie die zegt dat je (audio)kabels niet moet verklaren vanuit de transmission line theorie. Die is voor korte kabellengten en zeker binnen het audiobereik onbetrouwbaar. Aan de andere kant is er wetenschappelijk bewijs dat de diameter van een kabelgeleider wel degelijk een hoorbaar effect heeft.
Tara Labs RSC-Air
Het laatste whitepaper van Tara Labs is interessant, omdat het aansluit bij de praktijkervaringen in de luisterruimte en bij de theorie die kabels beschouwt als lumped lines. Tara beschouwt een kabel hier als simpel LRC-filter en merkt op dat de inductance een belangrijke factor is. Deze inductie is afhankelijk van de vorm, diameter en configuratie van de geleiders en heeft een hoorbare invloed op de frequentiekarakteristiek. Ook merkt Tara Labs op dat de kabelperformance onderdeel is van de interactie binnen de interface. Tara Labs beschrijft de relatie tussen de waarden voor LRC en de mate van universeel zijn van zo’n kabel. Als LRC bepaalde waarden heeft, dan is zo’n kabel steeds minder een geluidsbepalende factor. De baseline is dat Tara Labs, door de specifieke constructie van de kabels, zo universeel mogelijk inzetbare kabels wil bouwen. Voor (een gedeelte van) wat Tara Labs hier beweert zijn dus overeenkomsten te vinden in wetenschappelijke artikelen en het wordt ook onderbouwd door praktijkervaringen in de luisterruimte.
Een nieuw whitepaper met betrekking tot de Tara Labs RSC-Air-cables, bouwt voort op de hierboven besproken problemen met isolatoren en absorptie. Die problemen kun je oplossen door geleiders te voorzien van een ‘luchtisolatie’. Daarin staat Tara Labs niet alleen, want er zijn enkele andere merken die dat ook doen. Als een geleider omhuld wordt door lucht, is er geen ‘storage’ in de isolator, die even later uit fase weer losgelaten wordt. Zo’n kabel vervormt of kleurt dus minder en zal waarschijnlijk een minder blubberige en problematische weergave van lage tonen hebben. Luchtisolatie ontstaat door een draad met een rechthoekige doorsnede in een cilindrische isolator te bevestigen (de Rectangular uit RSC).