ARTIKELEpson

Projectoren: hoe werken ze en wat moet je weten

Jochem Geerdink | 29 februari 2012 | Epson

Vooral de wat oudere lezer kan het zich vast nog wel herinneren. Familiebijeenkomsten waarop opa de koffer met daarin zijn Super 8-projector uit de kast haalde om het gezelschap deelgenoot te maken van de opnames die hij maakte tijdens zijn wandeltocht door de Oostenrijkse Alpen.

Lakens werden voor het raam gehangen om een zo donker mogelijke ruimte te creëren, of juist om de beelden op weer te kunnen geven. Dat beeld zorgt weliswaar voor warme, nostalgische gevoelens, de techniek heeft sindsdien een enorme vlucht genomen - ook ten opzichte van ons eerdere, inmiddels bijna acht jaar oude artikel over projectie.

Steeds meer huishoudens kiezen tegenwoordig voor een videoprojector, in de volksmond beamer, om films te kijken of te gamen. Meestal naast een televisie, maar soms zelfs al ter vervanging van de `ouderwetse` beeldbuis. Want een beamer is allang niet meer voorbehouden aan de welgestelde burger. Voor een paar honderd euro heb je tegenwoordig al een zeer fatsoenlijk model, terwijl voor een topmodel vaak niet (heel veel) meer dan zo’n €2000 betaald hoeft te worden.

En wat te denken van de laatste innovaties, zoals de nieuwe producten die op de ISE in Amsterdam geïntroduceerd werden. Ook afgelopen zomer werden er door Epson al diverse uitbreidingen van het assortiment gepresenteerd op IFA 2011 in Berlijn. Het merk was onder meer vertegenwoordigd met de EH-TW9000 en de EH-TW9000W, twee 3D-thuisbioscoopprojectors, en de MG-850 HD, de eerste HD 3LCD-thuisbioscoopprojector met een iPod-dockingstation. Innovaties die de wereld van projectie steeds interessanter maken.

Want of het nu gaat om het kijken van een film, het spelen van een game of het kijken van televisieprogramma’s; hoe groter het beeld, hoe beter het wordt. Het beeld van de beamer wordt geprojecteerd op een scherm, witte muur, of – net als bij opa – op een opgehangen wit laken. Je eigen thuisbioscoop was nog nooit zo dichtbij en betaalbaar. Maar net als bij iedere aanschaf van een elektrisch apparaat, bestaat er nogal wat verschil tussen de diverse modellen die op de consumentenmarkt te vinden zijn. Hifi.nl probeert die markt een stukje inzichtelijker te maken.

Geschiedenis
Om dat te doen, nemen wij u eerst even mee terug naar 1989. Terwijl opa zijn wandelfilms toont, verschijnt de eerste videoprojector op de consumentenmarkt: de VPJ-700 van Epson. Het apparaat lijkt op een diaprojector, met dat verschil dat op de plek waar in een diaprojector het diapositief zich bevindt, de door Epson uitgevonden 3LCD techniek is geplaatst. Dit Liquid Crystal Display bestaat uit drie zogenaamde dichroic mirrors; filters die het witte licht van de lamp splitsen in de basiskleuren rood, groen en blauw (RGB). Deze beelden worden vervolgens computermatig door een prisma samengevoegd en door de lens in het apparaat geprojecteerd op het scherm.

Epson VPJ-700

Niet lang daarna krijgt LCD concurrentie van de door Texas Instruments ontwikkelde DLP techniek. Bij Digital Light Processing wordt gebruik gemaakt van microscopisch kleine spiegeltjes op een zogenaamde Digital Micromirror Device (DMD) chip. De tot wel twee miljoen op deze chip geplaatste microspiegeltjes kunnen afzonderlijk van elkaar kantelen. Enerzijds om licht te weerkaatsen, anderzijds juist om licht tegen te houden. Door licht te spiegelen door een snel draaiend, transparant wieltje met de basiskleuren rood, groen en blauw worden 16,7 miljoen verschillende kleuren geproduceerd. Onze ogen zien de snel achter elkaar geprojecteerde kleuren als menging van die kleuren.

Marantz DLP

Een derde, veel minder bekende, technologie is LCoS. Liquid Crystal on Silicon kan gezien worden als een soort combinatie tussen LCD en DLP. Vloeibare kristallen worden aangebracht op een spiegelend oppervlak. Door het openen of sluiten van de kristallen, wordt meer of minder licht doorgelaten en gereflecteerd door de drie chips in de kleuren rood, groen en blauw. Aangezien zo’n 98 procent van de verkochte projectors de LCD of DLP techniek bevat, zullen we ons in het vervolg van het verhaal daarop richten.


EDITORS' CHOICE