Zoals de set die Wim van Kraanen verderop in de gang opgebouwd heeft. Voor mijn gevoel is Wim één van de beste demonstrateurs in audio land wanneer het gaat om het optimaal plaatsen van de set in de ruimte. Ditmaal heeft hij de set diagonaal opgesteld. Dat dit terecht is komt voor mijn gevoel nog niet zo duidelijk naar voren wanneer ik bij binnenkomst een CD van Fink hoor. Maar wanneer hij vervolgens een mooie LP van de Scandinavische zangeres Ane Brun opzet vallen alle puzzelstukjes op hun plaats.
Zijn set bestaat uit de vrij recent geïntroduceerde Opera Callas monitor luidspreker, de Nottingham Analogue Hyperspace draaitafel met 12 inch arm en Music Maker element van The Cartridge Man, een nieuwe phono stage van Synthesis , de Pathos Digit CD speler en de Pathos Classic Remix hybride geïntegreerde versterker. De phono is geschikt voor zowel mm als mc elementen en tijdens het spelen kan de instelling worden bijgesteld terwijl dit afleesbaar is op het display, heel gebruiksvriendelijk dus. De bekabeling is van Phantom Cable, een kabel die hij in eigen beheer maakt. Achter de set staat een groot netfilter van Essential Audio Tools. Daarin twee stroom entree’s die niet gefilterd worden en door Wim gebruikt worden voor de analoge bron.
Nadat de laatste klanken verstomd zijn legt Wim een geïnteresseerde klant uit dat hij als stand voor de Callas monitor klankmatig de voorkeur geeft aan Music Tools t.o.v de eigen Opera stand. De klant geeft hem terecht een compliment voor het geluidsbeeld dat hij met deze set neer weet te zetten. Wim nodigt mij vervolgens uit om binnenkort een bezoek te brengen aan zijn akoestisch geoptimaliseerde luisterruimte in Nieuwegein om daar de recent geïntroduceerde vloerstaande Opera Callas Grand te beluisteren. Een uitnodiging die ik graag accepteer. Klaarblijkelijk maken steeds meer klanten gebruik van de mogelijkheid om, voordat zij een component aanschaffen bij de dealer, dat component eerst nog eens te gaan beluisteren bij deze gepassioneerde importeur.
Marten/CEC/Vitus
We blijven nog even op de eerste etage en komen daar de tweede Marten luidspreker tegen in de vorm van de Django XL. Hier gekoppeld aan de CEC CD3N CD speler die naar een hoger plan wordt getild door een Grimm CC1 wordclock. De eindversterking is in handen van de Vitus RS-100. De eerste klanken die ik hoor laten me wel degelijk de kwaliteiten van de combinatie horen maar ik gruw van de muziek. Ik hou heel erg van klassieke muziek maar niet van gepopulariseerde interpretaties van klassieke werken en dat is wat ik nu hoor.
Op dat moment komt Guido binnen. Hij loopt de hele dag over de showvloer en lijkt welhaast overal tegelijk aanwezig te zijn. Hij vraagt me of ik iets speciaals wil horen. Ik kies voor een prachtige mannenstem; Matthias Goerne. Staat er in het rijtje CD’s toevallig een exemplaar uit zijn fraaie Schubert reeks? Helaas. Een collega dan? Neen, de CD die het dichtst in de buurt komt is een sampler waarop o.a. een door Duke Ellington gecomponeerde klassieke suite staat.
Het blijkt dat de man die met deze set zou spelen plotseling ziek geworden is en dat er daarom acuut een vervanger gevonden moest worden die onvoldoende tijd had om zich goed voor te bereiden. Wanneer de demonstrateur even de kamer verlaat loopt de CD gewoon door en zowaar, ik krijg alsnog een fraaie mannenstem te horen; die van Christoph Pregardien. Nu herken ik het geluid dat ik eerder hoorde toen ik ditzelfde nummer draaide op deze speakers bij een bezoek aan, uit mijn hoofd gezegd, A10 in Amsterdam.
Maar ik heb ze ook wel eens minder horen presteren. Het blijft een kwestie van combineren en altijd weer ruimte afhankelijk. Nu ik het toch over akoestiek heb, Guido heeft dit keer extra veel werk gemaakt van het akoestisch optimaliseren van de luisterruimtes en dat is te merken. Ook al gaan we nu naar de in akoestische zin slechtste ruimte van de show. Die ligt op de begane grond en daar staan twee sets opgesteld.