PMC is trots op zijn Wafer on-wall luidsprekers. De techniek achter de Wafer is het kenmerk van PMC, een transmission line. In een platte kast dit keer. De Wafer 1 werkt met een 140 mm woofer, de Wafer 2 met een 170 mm. Beide types hebben twee tweeters in de kast.
Afhankelijk van de toepassing (horizontaal, verticaal, als center, onder uw scherm, achter uw projectie scherm) schakelt u de ene, de andere of beide tweeters in. Waarbij een lichte tilt of hoogafval ook instelbaar is. Door de interne transmission line is een subwoofer nauwelijks nodig. Dynamiek en snelheid zijn typisch PMC. Dat wil zeggen direct en snel. Het blijft een kleine speaker dus verwacht geen wonderen, maar denk eerder in het geluid van in-wall luidsprekers. Weinig plaats voor speakers thuis dan is dit de oplossing.
Daarnaast bij PMC de introductie van Bryston’s SP2 C-Series surround processor/voorversterker. 7.1 kanalen met een 7x grotere processor kracht aan boord dan de SP 1.7 kon opbrengen. Volledig THX, DTS, Dolby en Matrix modes. Vier onafhankelijke subwoofer cross over punten (front, center, surround, back). Kost in de UK 4750 pond maar er kan dan ook vrijwel alles mee. Dat Bryston bij PMC staat is geen toeval, PMC is al jaren distributeur voor Bryston in de UK. Iets waar beide firma’s hun voordeel van hebben in zowel de consumenten als de professionele markt.
Ruark is back in business. Anderhalf jaar heeft men gezocht naar een nieuwe kastenbouwer die kon voldoen aan de hoge eisen die Ruark stelt nadat de vorige kastenbouwer de deuren voorgoed sloot. In de tussentijd heeft Ruark niet stilgestaan en brengt naar deze beurs vernieuwde versies van de Sabre, de Crusader en de Talisman. Klassieke Engelse luidsprekers die in Nederland verkrijgbaar zullen zijn. Eerste indruk deed ik op met Vincent spelers en versterkers waar Ruark in de UK de distributie van doet. De kleine kamer vormde nauwelijks een beperking voor de grotere Crusader. Laag bleef beheerst, ook op hoog niveau.
Â
De klassieke Engelse sound is losgelaten ten gunste van een meer Europese en moderne klank waar nieuwe drivers gelukkig toe in staat zijn. De Crusader maakt voor het hoog niet langer gebruik van een dome tweeter maar van een ribbon. De middentoner is wel een dome. De woofer traditioneel. Het is een reflexsysteem en bijna klaar voor productie. Naast de klassiekers brengt Ruark een Vita Symphony serie luidsprekers uit die aan de muur kunnen hangen. Met daarbij een kleine en handige subwoofer. Uiteraard met behoud van de Ruark kwaliteit, uitgevoerd in hout, niet in plastic of aluminium. Leverbaar is een center, een compact en een monitor. In vele kleuren verkrijgbaar, plat en onopvallend. Van Ruark gaat u meer horen, de Sabre III zit in de pijplijn voor een review. Ruark is trouwens heel betaalbaar in vergelijk met veel andere Engelse luidsprekers (die veelal uit China komen en niet langer uit de UK).
 Â
Nog zo’n klassieker, Rogers levert nog 20 originele LS3/5a’s uit als u hele snel bent. Heel snel. Nu is het echt op zeggen ze bij Rogers. Natuurlijk heeft Rogers wel moderne series ter beschikking en komt opnieuw met een buizenversterker. Zelfs met losse buizen al zijn die behoorlijk kostbaar. Wat denkt u van een viertal KT-88 buizen voor 540 pond? Engels is het niet meer, net zo min als de Chinees die alles over Rogers vertelde. De versterker is ontworpen door Karl-Heinz Fink, een Duitser die nogal wat ontwerpen op zijn naam heeft staan. Ook Britse ontwerpen. De moderne Cadet levert 2 x 48 Watt, opgewekt met vier KT-88 buizen. In de voorversterking zitten 6SL7 en 6SN7 buizen. Over het uiterlijk valt te twisten, opvallend is het wel. Typisch retro.
Wel echt Engels is Proac, die met zijn Studio 140 op Pirmare een gortdroge knalharde en snelle bas reproduceerde. Geweldig laag en dat voor 1400 pond het paar. Een aanrader.
Â
Wederom aanwezig is Resolution Audio. Het is niet slecht, zelfs best goed, maar zo vreemd in mijn ogen met de elliptische metalen woofers. De apparatuur waar men mee speelde was haast vintage en de Behringer equalizer kan nooit veel goed doen. Als u ervan houdt of een interieur bezit in klassiek hout zou ik eens naar kijken. Veel meer kan ik er niet mee.
 Â
Speciale vermelding ook voor Living Voice, vertegenwoordigd op de show door Definitive Audio. Vorig jaar kon je er slechts in superlatieven over schrijven, dit jaar gaat men nog een stap verder. Voor de stroomvoorzienig is een complete batterij installatie neergezet die de hele set voedt. De set omvat onder meer Kondo KSL Gakuoh mono eindblokken (48.000 pond per paar) en een Kondo KSL M1000 voorversterker (39.000 pond). Heel fraai is bovendien de keten met Kondo MC element, transformator en phono trap. Alles om een paar Living Voice OBX-RW luidsprekers aan te sturen. En hoe! Het kost vreselijk veel geld om op dit niveau muziek te maken. Leuk dan men de set liet horen met en zonder de speciale stroomvoorziening. Het verschil was wezenlijk. Iets dat zich laat beluisteren in alle facetten waar recensenten zo graag over schrijven. Uitsluitend voor de happy few die zich Kondo kunnen permitteren. Of je moet Living Voice koppelen aan iets anders. Het wordt echt tijd, nu buizenversterkers in Nederland zo populair zijn, dat Living Voice hier verkrijgbaar wordt. Een bijzonder product, puur voor muziek.
Â
Joenit uit België begint een trouwe standhouder te worden in Bristol. Ze waren er weer, Totem luidsprekers, Rega bronnen en Einstein versterkers. Meest opvallend was voor mij de Tride luidspreker die je aan de muur hangt. Het wordt een trend zoals u inmiddels snapt. Ze klonken verbazingwekkend goed voor een systeem van die afmeting. Niet goedkoop met 895 euro per stuk. Een plekje naast een plasma verdienen ze zeker. Tijdens de demonstratie waren ze niet aanwijsbaar als bron zo losjes projecteerden ze het geluid de ruimte in. Een subwoofer kon ik niet ontdekken, toch was er meer dan genoeg diep laag aanwezig.