De Audio Note set van Nico


René van Es | 19 februari 2009 | Fotografie René van Es

De zegeningen van mobiele telefonie, denk ik bij mijzelf als ik met mijn neus voor de Amsterdamse flat van Nico sta en het huisnummer noch de ingang kan vinden. Zwaaiend staat Nico op de galerij, ik blijk nog geen 100 meter meer af te hoeven leggen. Boven word ik hartelijk begroet door mijn gastheer. Nico blijkt een begin veertiger te zijn, helemaal gek van muziek en van zijn installatie. Twee liefdes die we delen, waardoor het ijs snel breekt en we elkaar meer te vertellen hebben dan in één avond te vatten is.

Nico bewoont een flat met een riant uitzicht. In de zomer ziet hij alleen maar groen, terwijl hij niet al te ver naar zijn werk hoeft te reizen. De flat is modern ingericht, zonder te vervallen in een kille en afstandelijke sfeer. Dat er overal kaarsen branden helpt daar natuurlijk bij. Opvallend dat Nico geen stoel of bank heeft staan op de te verwachten hot spot. “Dat hoeft niet bij deze installatie, waar je ook zit, je zit altijd goed”, zijn de woorden van Nico als ik er iets over opmerk.

Nico woont alleen en is gezegend met, zoals hij het uitdrukt, twee waanzinnige dochters van bijna 13 en bijna 12. Hij heeft een hele lieve vriendin, maar voelt er niets voor om te gaan samenwonen. Hij hecht aan zijn vrijheid en bovendien brengt hun werk met zich mee dat ze allebei in een andere stad wonen en op onregelmatige tijden in ploegendienst moeten werken. Het geeft Nico alle ruimte om te genieten van zijn muziek en zijn installatie. Vooral omdat de woningen goed geïsoleerd zijn naar de buren aan de zijkanten. De bovenbuurvrouw is slechthorend en met de benedenbuurvrouw heeft hij de afspraak haar te waarschuwen als Nico een avondje wil “knallen”. Als Nico niet naar zijn set kan luisteren is hij aan het werk als lading inspecteur. Verantwoordelijk voor de juiste belading van tankers voor olie en gas.

Lopen over water

Ieders muziekhistorie lijkt een beetje op elkaar. Ook Nico is ooit begonnen met een drie-in-één set. Een afdankertje van pa, waar hij getooid met een hoofdtelefoon die een stuk groter was dan zijn eigen hoofd, uren en uren naar luisterde. Toen hij de leeftijd had om een beetje te gaan werken, werd van het geld dat hij kon verdienen met bollen pellen, een Aristona cassette deck gekocht. Vanaf dat moment was het opnemen van de Top 40 het mooiste moment van de week. Met lp’s kreeg Nico nooit wat, hij haat tikken, kraken en andere onregelmatigheden. CD was hem een stuk liever. Nico’s ex-zwager kocht vroeger elk jaar de nieuwste set van JVC. Dat waren dure sets die al snel 2000 gulden waren in de winkel. Een set die doorschoof kwam bij Nico terecht. Hij kocht Bose 301 luidsprekers erbij en draaide zijn muziek op een hoger niveau.

Tot hij bij een buurman een Yamaha installatie beluisterde en bedacht dat Yamaha zo ongeveer het hoogst haalbare in audio moest zijn. De JVC ging de deur uit en Yamaha kwam naar binnen. Langzaam begon het balletje te rollen en kroop het virus naar binnen. De Bose 301 luidsprekers werden T+A modellen, gekocht bij Marc Bosman die in die tijd als verkoper werkte bij Art Fidelity. De T+A zijn opgevolgd door legendarische Elipson 1303 zuilen met Foster tweeters. De Yamaha versterker maakte plaats voor een Audio Analyse PA-90, die Nico kocht bij Kees Ooms van Renaissance Audio in Amsterdam. Niet dat hij Marc de omzet niet gunde, maar deze kon hem niet de gewenste inruilprijs geven, waarna hij hem tipte om eens naar Kees Ooms te lopen.

Het zou het begin worden van een lange en diepe vriendschap met Kees die nog altijd voortduurt. In die periode is Nico lid geworden van audioclubs en komt hij terecht bij een demonstatie van Ed de Jong met Audio Note. Nico is verkocht. Hij kreeg het gevoel te kijken naar iemand die over het water kon lopen. Een nooit te vergeten ervaring. Kees, een warm pleitbezorger voor het toen nog Japans/Britse merk Audio Note, laat Nico verder kennismaken met de producten, zodat de PA-90 het veld ruimt voor een Audio Note Soro SE (18 Watt klasse-A met 6L6G buizen). Vanaf dat moment is het virus chronisch geworden.

Audio Note zet door

Nico kwam graag bij de inmiddels helaas gesloten winkel Renaissance Audio. Kees was iemand die kennis van audio, en service aan klanten schreef met hoofdletters. Een waanzinnige winkel noemt Nico het. Op een gegeven moment stonden er bij Kees Audio Note E/SP luidsprekers. Nico vond ze afschuwelijk. “Ik wilde mijn aardappels nog niet bewaren in die kisten”. Met de tijd groeit echter het besef dat het heel bijzondere luidsprekers zijn. De muziekkwaliteit is zo hoog, dat uitzicht het verliest en de E/SP speakers in huis komen. Verdere upgrades realiseerde Nico door de Soro te vervangen door een Meishu. Later gevolgd door P4 monoblokken, waar een voorversterker bij nodig was. Het werd een passieve QED, met alleen volumeregelaar en bronkeuze. Ooit aangevuld door een Audio Synthesis d/a converter.

Die Audio Synthesis is het voorlopige einde van een digitale reis die voerde lang Technics, Sony, Teac VRDS 10 en 20 tot aan een CEC TL-2X, die mooi combineerde met de dac. Verdere ontwikkelingen betroffen alleen nog maar Audio Note producten. De Audio Synthesis maakte plaats voor een DAC 3.1x Balanced, de QED voor een M3 voorversterker. Zelfs de E/SP ruilde Nico in voor een paartje E/SPe in Bösendorfer fineer afwerking. Nico dacht klaar te zijn met zijn set en genoot van muziek, tot Kees Ooms aankondigde te stoppen met de winkel en een paar Audio Note Ankoru eindversterkers aanbood.

Opnieuw kon Nico de verleiding niet weerstaan en verkocht de P4 eindversterkers aan zijn vriend Theo, die thuis altijd weer even bij moet komen na een avondje Ankoru’s. Om het helemaal af te maken ruilde de CEC TL-2X met een TL-0X van plaats. Over stroomvoorziening is gefilosofeerd. Filters en kabels maakten volgens Nico de set wel anders, nooit beter. Behalve de luidsprekerkabels en interlinks die natuurlijk van Audio Note zijn. Maar geen speciale voetjes of rare accessoires.

Papier in olie

De set zoals die er staat als ik kom luisteren is dus opgebouwd uit een CEC TL-0X loopwerk, daarachter van Audio Note de DAC 3.1x Balanced, een M3 voorversterker, Ankoru eindversterkers, AN-E/SPe luidsprekers, AN-V interlinks en AN-SPe luidsprekerkabels. Aangevuld met een Magnum Dynalab FT101 tuner en eigen Magnum Dynalab ST-2 buitenantenne. Naast Kees Ooms heeft Nico een goede relatie met Peter de Bruin van Acoustic Dimension en met de Audiofabriek in Haarlem.

Toen er ooit problemen waren met de M3 hielpen zij om die op te lossen. In de M3 paste Audio Note papier-in-olie condensatoren toe, die de nare eigenschap hadden om met een daverende knal zichzelf om zeep te helpen. Op aanraden van Audio Note UK werden ze vervangen door Mylar film types. Nico kon er niet naar luisteren. De magie was weg, het stereobeeld kromp, het geluid werd vlak en saai. Peter de Bruin kwam op de proppen met Jensen papier-in-olie, dat bleek een gouden greep. Nooit meer knallen en het oorspronkelijke geluid terug. En passent bracht Peter Tungsol 5687 stuurbuisjes mee en Bendix gelijkrichter buizen.

Recent heeft Nico er aan gedacht zijn audiorek van Spectral te vervangen door een rek zonder glasplaten. Dat bleek een dood spoor. Zodra de Audio Note componenten op hout stonden werden ze saai. Een ervaring die gedeeld wordt door de mensen van de Audiofabriek. Een speciale vermelding voor de luidsprekers stands. Die zijn door een vriend van Nico zelf gemaakt en als staanders fungeren stukken massieve schroefas van een schip. Erg netjes en loodzwaar.

Een extra vermelding zijn ook de Ankoru eindversterkers wel waard. Volgens zeggen zijn er maar vijf paar van deze eerste types wereldwijd te vinden. Voor de buizenliefhebbers kan ik melden dat deze geweldenaren 70 Watt in Single Ended klasse A leveren. Het audiocircuit bestaat uit een 7044 buis, die op zijn beurt een Western Electric 300B aanstuurt. Omdat een normale driver buis niet in staat is voldoende power te leveren aan parallel geschakelde 845 buizen, moest de 300B ertussen. De 845 triodes krijgen hun hoogspanning van een paar 5R4 gelijkrichters. De 7044 en de 300B van 6X5 en 5Y3GT diodebuizen. Op drie plaatsen zitten transformatoren in de schakeling. Aan de ingang, tussen de 300B en de 845 en uiteraard aan de uitgang. Voor geïnteresseerden is een compleet verhaal over de Ankoru gepubliceerd op internet door Sound Practices.

Wat Audio Note heeft willen bereiken en waar het goed in is geslaagd, is kracht te combineren met de fijnheid en detaillering van een 300B single ended klasse A versterker. De ontwerpkeuzes voor de meeste componenten, zeker voor de buizen en de condensatoren, komen uitvoerig aan de orde in het genoemde artikel van de hand van Andy Groove. Het resultaat is een Ankoru versterker, die stevig genoeg is om zelfs luidsprekers met een laag rendement aan te sturen. Aan een 94 dB rendement AN-E/SPe kan hij orkesten laten donderen in de huiskamer.

Elke plek

Of het komt door de kale(?) laminaatvloer, de harde wanden of het gebrek aan andere dempende materialen weet ik niet, het is wel opvallend dat de set eigenlijk op elke plaats in de woonkamer goed klinkt. Het is niet nodig om in het midden te zitten. De bank of de stoelen langs de wanden geven een prima stereobeleving. Eigenwijs als ik ben zit ik toch graag in het midden, daar heb ik bovendien extra licht voor het maken van aantekeningen. Ach ja, de jaren gaan tellen.

Er is muziekkeuze genoeg. In een flinke cd-kast zijn twee planken gereserveerd voor pop cd’s, drie voor de jazz collectie en nog eens negen planken zijn gevuld met klassieke muziek. In totaal zijn het ongeveer 1400 cd’s. Tijdens het luisteren blijkt dat Nico een alleseter is, vele muzieksoorten en smaken kan waarderen. We delen een gezamenlijke passie voor barok en voor vrouwenstemmen. Ik ga juweeltjes ontdekken merk ik in de loop van de avond. Veel muziek heeft Nico leren kennen tijdens concerten, andere muziek hoorde hij bij winkels als Concerto in Amsterdam. In een plakboek houdt Nico precies bij naar welk concert hij is geweest. Tijdens ons inleidende gesprek heeft er steeds muziek gespeeld op de achtergrond.

Ik stop met vragen en praten als een goede bekende ineens uit de CEC digitale informatie stuurt. Katie Melua in een zeer oprechte performance zet een echt mens neer. De AN-E/SPe is in staat tot emotie overdracht op een manier die vrijwel geen enkele luidspreker kan evenaren. Het dichtste bij komen mogelijk andere luidsprekers met een papier conus, zoals Klipsch of WLM. Het speelt met het gemak van een echte hoogrendement luidspreker, trekt constant de aandacht. Melua is intens en breekbaar. Iedereen kent haar als popmeisje, maar met een echte set wordt het heel teer en liefdevol, komen haar kwaliteiten pas echt naar voren. Helaas is de band minder goed opgenomen. Daar laat de set geen twijfel over bestaan.

Ricky Lee Jones, enkel gitaar en stem tot de begeleiding heel zachtjes invalt, is vervolgens aan de beurt. Ook die is heel breekbaar en intens. Audio Note is in staat elk detail naar voren te brengen. Inclusief microfoonruis op het moment dat Ricky gaat zingen en de schuiven open gaan. Op momenten dat ze niet zingt is de achtergrond doodstil. Wat we beluisteren is muziek, alleen muziek. Ik bedenk bij mijzelf hoe goed Audio Note kan spelen als Peter Qvortrup niet in de buurt is. Dynamiek met grote sprongen, door lage vervorming strak in de hand gehouden. De set kan geweld makkelijk aan. We spelen zonder tweaks, alleen de apparatuur doet zijn werk, geen speciale voetjes, groene randjes of filters; eerlijkheid is troef. Dat is wel eens anders gehoord, zoals de keren dat Peter Q een demo gaf in Rotterdam en de ruimte bol stond van vervorming vanwege over de nek gedraaide 300B buizen. Waar een aantal AN liefhebbers overigens hemels bij zat te kijken. Geef mij maar deze set of de demo’s van Ed de Jong. Ik vergeet nooit meer een belevenis in Den Haag waar de auteurs van HiFi.nl de eer te beurt viel een Ed de Jong opstelling te beluisteren. We werden verpletterd door de schoonheid.

Zang en elektronische muziek gaan samen op een cd van Goldfrapp. Nico laat even horen dat buizen en moderne instrumenten uitstekend combineren. Her en der zit wat scherpte op de stem, komend van de rauwe opname, dat is allang duidelijk geworden. Met de symfonische muziek in de speler toont de set de volledig Audio Note synergie. Een samenwerking die je alleen ziet bij merken waar ontwerpers een heel strakke filosofie volgen. Een heel duidelijk beeld hebben wat ze willen bereiken en hoe iets muziek behoort weer te geven. Nog nooit had ik gehoord van Rachael Yamagata. Haar cd heet Elephants – Teeth Sinking In Your Hart. Het is een dubbel cd, waarvan de eerste geweldig is volgens Nico en de tweede een hoop herrie bevat. Wat hij mij laat horen is een vrouwenstem met piano in klassieke begeleiding. Mooi, maar ik kan van de muzikanten of de zangeres niet echt warm worden. Niet mijn genre ben ik bang. Leuker is Eddy Louiss, zijn cd Sang Mélé bevat het nummer Blues For Klook. Gebruikt en misbruikt op vele hifi shows. De bas komt echt de kamer in. Heftige drive en puntige definitie. Gierende gitaar, drum haast lijfelijk aanwezig. Regelrechte kracht, laat dat maar aan 845 buizen over, die single ended in klasse A samenwerken. Twee dingen vallen erg op: de dynamiek die onbegrensd lijkt te zijn als super positief punt. De bas, die af en toe opblaast, wat volgens mij te maken heeft met de kale akoestiek van de luisterruimte. Nico stoort het niet, zegt hij, die luistert al lange tijd niet naar de techniek, maar geniet van de muziek die uit de Audio Note set komt.

Jazz en klassiek

Met een piano gaan we het jazz halfuurtje in, Brad Mehldau met de cd Songs. Heel sterk voel je de sfeer van een jazz club in de huiskamer komen. Bas zet diep door, bekkens zijn goed aanwezig, piano opnieuw realistisch. Jammer van de extra druk op het laag af en toe. Het kan ook te maken hebben met mijn licht verstopte neus, dat kan de trommelvliezen extra gevoelig maken voor grote uitslagen. Take Five van Dave Brubeck is je reinste jeugdsentiment. De sax in de opname is magnifiek. Elk detail van de sax spettert de kamer in. Losjes, simpel, zuiver en dynamisch. Drums weerklinken met de juiste vetheid in de vellen. Bas soleert stuwend, piano vormt het vaste thema door het hele nummer heen. Take Five vormt zo een nieuwe belevenis waar mijn puberteit geen rol meer in speelt. Nog zoiets moois, Toots Thielemans van een goedkoop cd-tje en toch grandioos spelen. Joe Zawinul, ineens klinken Mongoolse stemmen met keelklanken. Haast bovenmenselijk in deze aparte kunstvorm.

Moderne klassieke muziek kan ik zelden waarderen. Ook niet van componist Kancheli van de cd Light Sorro. Nico gebruikt het als demonstratie van muziek waarin dynamiek en kracht tegenover subtiliteit staan. Kancheli componeerde van fluisterniveau tot oorlogsterkte. Ik arme barokliefhebber word geteisterd. Ik kan niet ontkennen dat de set het geweld en de zachte passages makkelijk aan kan.

Veel mooier en indrukwekkender is het Cantate Domino, groot koorwerk, het is haast alsof je in de kerk aanwezig bent. De oorspronkelijke enorme omvang van de ruimte haal je nooit de huiskamer in, maar toch wekt de set wel dat gevoel op. Als kritiek kun je aanvoeren dat je als luisteraar hoogstens de diepste nuances zou kunnen missen, helaas moet je die in de werkelijkheid ook missen. In het koor zijn de mannen duidelijk te onderscheiden van de vrouwen. Samen wel een absolute eenheid vormend. Volume niveau is nooit een probleem. Het orgel weerklinkt groter dan je mag veronderstellen van een installatie thuis.

Neem Ave Maria, gezongen door Inessa Galante. Intens is het meest passende woord. Nergens laat Audio Note de opera zangeres in de steek. Terwijl de kansen op vervorming, op ontsporen, of irritatie bij elke noot op de loer liggen. De set heeft een zelfde soort beheersing en techniek als de stem die zingt. Ze vormen gelijkwaardig partners waarbij het orkest de drager is, de eerste viool opklinkt om de stem even een paar maten rust te gunnen.

We sluiten af met ...

We sluiten de avond met zowel voor mij als voor Nico iets heel bijzonders. Nico’s favoriete cellist is Pieter Wispelwey. Volgens Nico de grootste cellist ter wereld. Pieter speelde, toen hij nog niet bekend was bij het grote publiek, nogal eens in een kerkje in Hoorn. Daar heeft Nico hem persoonlijk ontmoet. Inmiddels heeft hij al zijn cd’s in huis (op 2 na). Het is zoals Nico het uitdrukt: “Geen cello spelen, het is pure porno. Omdat het spel je zo diep in het instrument laat kijken en het zo intens wordt blootgelegd”. Pieter speelt Bach inderdaad buitengewoon mooi, vanwege het enorme gevoel dat Pieter in de muziek legt. Hierbij vergeet je acuut dat je iets behoort te zeggen of te schrijven over de set, over de omstandigheden of over de eigenaar van de cd. De opname is geweldig goed. Gamba Sonatas op Channel Classics. Het geeft me het onwerkelijke gevoel dat hier geen mens speelt, maar alleen de cello zelf. Het is een cello die naakt leeft in de ruimte, wat ook vreselijk mooi naar voren komt. Het spel is geweldig, gedragen, vol emotie, intens. Zo ontzettend mooi, dat het een afsluiting moet vormen van een mooie avond die is gevuld geweest met muziek in vele gedaantes. Van hard naar subtiel, van zang naar instrument, van jazz naar pop. Lieflijk tot aan overweldigend.

De set heeft op mij een diepe indruk achtergelaten. Nico heeft met veel geduld, veel liefde en toeslaan op de juiste momenten een installatie weten neer te zetten waarbij je je inderdaad niet langer bekommert om audiofiele kwaliteiten. Het is een set die is geschapen voor de reproductie van muziek, tot diep in de meest verborgen details en stemmingen. Heel gek blijft het, dat Audio Note zo verschillend kan zijn. Goed opgesteld is er nauwelijks een alternatief; misbruikt is het een verschrikking. Wie valt voor Audio Note raakt verslaafd, wat met Nico duidelijk het geval is. Bedenk dat als u de naam Audio Note uit elkaar haalt, het stukje “Note” het allerbelangrijkste deel daarin is. Dat het om audio gaat moge duidelijk zijn, u kunt daarvoor terecht bij vele merken in de industrie. Dat het om muzieknoten gaat is zelden zo dik onderstreept als op de avond bij Nico thuis.