Tijdelijk samenwonen met High-End
Het is een aparte ervaring als je plotseling in het bezit bent van een set, waarvan je voorheen alleen maar hebt durven dromen. Helaas is het bezit tijdelijk en vraag je jezelf tijdens deze periode af of je niet voorgoed bent ‘verpest’.
De liefde voor muziek in combinatie met een mooie geluidsweergave, zoals bij de meeste stereofielen het geval is, begint vaak al op jonge leeftijd. Soms gaat deze liefhebberij over van vader op zoon. Zo ook bij mij. Opgroeiend in Terneuzen hadden we het geluk dat er een goede HiFi speciaalzaak gevestigd was, Echo Audio genaamd, waar het allemaal begonnen is. Samen met mijn vader bezocht ik regelmatig de winkel om ons te laten informeren over de laatste ontwikkelingen en ons te verlekkeren aan de aanwezige apparatuur, wat tevens een leuke sociale bezigheid was. Soms waren de bezoeken extra speciaal, wanneer de winkeleigenaar het voor elkaar had gekregen in het bezit te komen van apparatuur van de hoogste klasse, High-End genaamd. Het was toen dat ik voor het eerst in contact kwam met Accuphase en Cabasse. Hoe indrukwekkend, de uitstraling van deze topklasse apparatuur.
Een HiFi bekende van mijn vader was een van de weinige gelukkige die zich eigenaar mocht noemen van zo’n dergelijke combinatie. Vanwege mijn enthousiasme over HiFi werd ik uitgenodigd om eens te komen luisteren. Dit moet veel stereofielen herkenbaar in de oren klinken. We vinden het toch altijd erg leuk om de HiFi passie te delen met mede stereofielen. Deze luisterdag herinner ik mij dan ook als de dag van gisteren. Wat heb ik die dag genoten van de prachtige klanken van deze High-End set. Het betrof een Accuphase voorversterker, een buizen- eindversterker (waarvan fabrikaatnaam mij ontschoten is), een Micro Seiki draaitafel met van den Hul element, een Accuphase CD-speler en de Cabasse Brigantin luidsprekers (passief). Wat mij is bijgebleven is de wijze waarop de set in staat was een live performance neer te zetten, evenals het uiterlijke aspect van de verschillende componenten. Zo’n geluidsdruk in combinatie met de doodse stilte wanneer het stil moest zijn, de transparantie, het detail, plaatsing, de lucht, waarbij op geen enkele wijze sprake was enige vervorming of vermoeiing. Inmiddels zijn we zo’n 15 jaar verder en krijg ik de kans mezelf tijdelijk bezitter te maken van een combinatie op vergelijkbaar niveau. Dezelfde opwinding bevangt mij en vol spanning wacht ik op het bezoek van Paul Hattink, direkteur van Music 2. Een sympathieke Brabantse Bourgondier die zelf actief is in het maken van muziek en de opname hiervan in zijn eigen home studio.
F
Het betreft nu de Accuphase E-307 geïntegreerde versterker, de Accuphase DP-77 SACD speler en de Cabasse Kara luidsprekers. Wanneer de importeur de High-End combinatie thuis komt afleveren ben ik weer net zo verbaasd als 15 jaar geleden. De Accuphase apparatuur is qua uiterlijk eigenlijk weinig veranderd en de versterker is direct herkenbaar aan de champagne kleur en de indrukwekkende VU-meters, die geplaatst zijn tussen twee grote draaiknoppen. Voor mij is het kunst, hoewel de ervaring inmiddels heeft geleerd dat er ook mensen zijn die het meer als kitsch betitelen. Alle mogelijke aansluitingen en functies zijn voorzien, wat toch wel ongebruikelijk is voor een apparaat uit de High-End klasse. Veel concurrenten die zich in deze klasse bevinden kiezen vaak voor een meer minimalistisch design. Accuphase kiest hier duidelijk niet voor. Zo zijn er de hoge en lage tonen controls, die overigens erg subtiel werken, en is de versterker zelfs voorzien van een loudness schakelaar en een attenuator switch. Wat die eerste doet weten we allemaal wel, maar die tweede komen we niet vaak tegen. De attenuator schakelaar brengt na inschakeling het versterkingsniveau terug met 20 dB, wat erg handig is bij het luisteren in de late uurtjes. Dit bleek met name een uitkomst bij aansturing van de Cabasse luidsprekers, gezien hun hoge rendement en dynamische eigenschappen.
Verder is de versterker voorzien van alle mogelijke line inputs. Echter, wanneer men wil genieten van de platencollectie zal een optioneel phono board aangeschaft moeten worden. Deze phono-module, type AD 10, kost 790 euro.
Dan zijn er ook nog de gebalanceerde CD en lijningangen. Van deze gebalanceerde CD ingang heb ik overigens tijdens het beluisteren geen gebruik gemaakt, daar de afstand tussen de CD-speler en versterker erg klein is en ik in het bezit ben van een goede interlink. Er bestaat ook nog de mogelijkheid om de versterker te voorzien van een optioneel MDS (Multiple Delta Sigma) D/A converter board met optische en coaxiale ingangen. Deze “DAC 10” kost 885 euro. Op deze wijze kan er dus gebruik gemaakt worden van een los CD-loopwerk. Dit zou voor mezelf wellicht erg interessant kunnen zijn om zo mijn Sony XA50ES speler op te waarderen. Deze speler bevat namelijk een van de beste loopwerken die Sony heeft geproduceerd en moet dus uitermate geschikt zijn voor deze upgrade.
De luidspreker klemmen zijn zwaar uitgevoerd en kunnen de zwaarste gestripte kabels aan. Aan deze aansluitingen zit echter wel een nadeel. Deze accepteren namelijk geen spades of banaanstekkers. Gezien de klasse van deze versterker zouden goede WBT-achtige terminals dan ook niet misstaan. Nu kan het ook zijn dat Accuphase de filosofie naleeft dat een directe verbinding van een gestripte kabel op een terminal het minste verlies geeft. Ook hier valt wel iets voor te zeggen. Kijkende naar de gebruiksvriendelijkheid zullen veel consumenten wellicht voorkeur geven aan meer multifunctionele luidsprekerterminals.
Wanneer we een blik werpen op het innerlijk, zien we een zeer solide en keurig opgebouwd geheel waar enkel gebruik is gemaakt van de beste componenten. Hier herkennen we duidelijk de Japanse precisie en degelijkheid. Dit alles resulteert dan ook in een totaal gewicht van ruim 20kg. Het voorversterker- en eindversterker deel zijn volledig van elkaar gescheiden, zowel de qua voeding als qua regeling. Op deze mannier kunnen de voorversterker als ook de eindversterker volledig onafhankelijk van elkaar gebruikt worden. Wat interessant kan zijn om het systeem in de loop der jaren nog verder te verbeteren door toevoeging van losse eindversterkers.
De eindversterker is van het push-pull principe dat een vermogen van 100 watt levert bij 8 ohm en 140 watt bij 4 ohm, wat overigens ruim voldoende blijkt te zijn voor de Kara’s.