De Eole II satellieten hebben een diameter van niet meer dan dertien centimeter. En dus vonden we het nogal eigenaardig dat de koerier een doos afleverde ter grootte van een klein telefoonhok. Eén en ander blijkt te maken te hebben met de afmetingen van de subwoofer. Maar laten we het nu eerst over de bollen hebben. Daar blijken zowaar twee drivers in te zitten – dat is er niet meteen aan te zien -, gemonteerd op coaxiale wijze. Dat wil zeggen dat de kleinste van de twee – een 29 mm dometweeter – in het hart gemonteerd zit van de grootste, een 10 cm mid/laageenheid.
De overgangsfrequentie bevindt zich op 4.000 Hz – een gevaarlijke keuze, aangezien het menselijk gehoor juist in dat frequentiegebied zeer gevoelig is – en het totale frequentiebereik loopt van 170 Hz tot 22 kHz. Dat van die 170 Hz heeft natuurlijk zo zijn consequenties. Want dat betekent dat de subwoofer al vanaf die frequentie het zaakje moet gaan overnemen. Waardoor deze de facto eigenlijk een gecombineerde woofer/subwoofer is. Het punt is dat frequenties boven de 80 Hz geleidelijk aan meer richtinggevoelig worden. Anders gezegd: het is mogelijk dat je hoort dat die frequenties niet uit de bollen komen, maar uit een kast die elders in de ruimte staat. Een onoverkomelijk probleem hoeft dat niet te zijn, maar het is wel een compromis. Als je dat niet wil, dan zal je wel gevoelig grotere satellieten nodig hebben. Het is dus het één of het ander…
Kubus
Akkoord, de meegeleverde Santorin 21 subwoofer is geen perfecte kubus – hij meet 33 x 33 x 36 cm-, maar het scheelt niet veel. Op papier stellen die afmetingen niet zoveel voor, maar in real life is dit toch wel een flinke knaap. Daarom was die Eole II 2.1 doos dus zo groot...
De Santorin 21 heeft onderaan een 21 cm grote woofer/subwoofer driver. Een 250 watt versterker zorgt voor de aandrijving daarvan. Op het regel- en aansluitpaneel kan je de overgangsfrequentie instellen en kan je het volume regelen. Je kan deze sub aansluiten op een AV-receiver – er zitten cinch in- en uitgangen achterop – en via de luidsprekeruitgangen van een stereo versterker.
Opstelling
We positioneren de twee bollen – na ze te hebben gehuisvest in de meegeleverde tafelsteunen – op een breed meubel. En wel zodanig dat de twee zich op een kleine drie meter van elkaar bevinden. De subwoofer wordt – zoals dat in de praktijk meestal zal gebeuren - met één kant tegen de muur geplaatst. Vervolgens verbinden we de drie met luidsprekerbekabeling met de Marantz MM7025 eindversterker. Deze krijgt een signaal aangeleverd van de AV7005 AV-processor van hetzelfde merk. Een Sonos Connectstreamer doet dienst als bron.