Op het gebied van de geluidsweergave maakt ‘THX’ onderscheid in twee ketens: de ‘A-chain’ en de ‘B-chain’. De ‘A-chain’ behelst de componenten die de geluidstracks zoals Dolby Digital, DTS of bijvoorbeeld SDDS decoderen, alsook additionele componenten ten behoeve van ruisonderdrukking zoals Dolby A en Dolby SR.
De ‘B-chain’ is de rest van de verzameling componenten die nodig zijn om het geluid ten gehore te brengen. Van de THX cross-over tot en met de luidsprekers en alles wat er zich tussenin bevindt. Een slechte ‘B-chain’ kan een optimale ‘A-chain’ alsnog volledig om zeep helpen en hierdoor heeft men bij ‘THX’ een aantal technische criteria opgesteld waaraan de ‘B-chain’ minimaal moet voldoen. Een lijst met THX-aproved componenten is op de website van ‘THX’ te bekijken, en deze moet, naast de THX cross-over, garant staan voor een optimale ‘B-chain’.
De THX cross-over is een component welke de bioscoopeigenaar niet koopt maar moet leasen op het moment dat er een THX-certificeringsovereenkomst wordt afgesloten. Deze cross-over is een van de kernpunten van een THX-systeem en is ontworpen door Tomlinson Holman na zijn onderzoek naar geluidsreproductie in verschillende bioscoopzalen. De grote mate aan laagfrequent geluid bleek in zeer veel gevallen een stressfactor te zijn voor de aanwezige apparatuur en ruimte. Luidsprekers kenden een te hoge vervorming, de versterkers raakte buiten adem wanneer ze de luidsprekers "full range" dienden aan te sturen, de zaal kon vol lopen met laag resulterende in een stevige verkleuring van het laaggebied, kortom allemaal zaken die hun nadelig effect op de uiteindelijke weergave hadden. Door de onderste octaven te scheiden van de rest van het frequentiegebied ontlaste men zowel de luidsprekers alsook de versterkers en de zaalakoestiek op een behoorlijke wijze. Met een 24dB per octaaf high-pass en low-pass filters stuurt de cross-over het laag onder de 80Hz kantelfrequentie naar subwoofers en zorgt ervoor dat de tonen boven deze kantelfrequentie in de overige luidsprekers terecht komt.
De reverb-tijd, oftewel de tijd die nodig is om een bepaalde frequentie van 60dBspl te doen laten uitsterven, hangt sterk af van het volume van de ruimte en er bestaat dan ook geen eenduidig getal welke als referentie-reverb voor ‘THX’ aangenomen kan worden. Afhankelijk van het volume en frequentie kent ‘THX’ een reverb van pakweg 0,5 tot maximaal 2 seconde.
Het is bij elke Home Theater enthousiasteling bekend maar de grote van het scherm hangt sterk samen met de kijkafstand, beide resulteren in een optimale horizontale kijkhoek welke ervoor zorgt dat het beeld omvattend is maar niet vermoeiend. Het publiek mag tijdens de film in ieder geval niet het gevoel hebben een tenniswedstrijd te bekijken waarbij de nekspieren flink belast worden. Maar het beeld mag absoluut ook niet te klein zijn waardoor het allesomvattende karakter of de kleinere details in het beeld simpelweg verloren gaan. Er zijn diverse verhoudingen of formule’s waarmee een ideale, horizontale kijkhoek berekend kan worden, elke Home Theater liefhebber kun je er ’s nachts voor wakker maken om ze op te noemen. Waar als algemene regel een kijkafstand van 2 a 3 maal de breedte van het beeld wordt aangehouden is een horizontale kijkhoek van 30 graden ideaal volgens de ‘Society of Motion Picture and Televison Engineers (SMPTE)’. Bij ‘THX’ benaderen ze het gegeven ietwat anders en gaan ze altijd uit van een vast schermformaat (zoals je weet kunnen de aspect ratio’s per film behoorlijk variëren) en wel het Cinemascope formaat (aspect ratio van 2.35:1). Volgens de formule "2x (0.5xschermbreedte/afstand scherm tot meest verwijderde stoel)" komt men tot de aanbeveling dat de ideale, horizontale kijkhoek 36 graden moet zijn, de minimale kijkhoek is vastgesteld op 26 graden volgens de THX norm. Voor wat betreft de verticale kijkhoek hanteert ‘THX’ dezelfde aanbeveling als de ‘SMPTE’ die simpelweg stelt dat vanaf een verticale kijkhoek van 35 graden het kijken onplezierig begint te worden.
Maar ‘THX’ stelt zeker nog meer aanbevelingen op het gebied van projectie. Zo moet geluid uit de projectieruimte tot een absoluut minimum gehouden worden om het publiek niet af te leiden.
Men adviseert om dubbel glas te gebruiken waardoor de projector haar beeld op het doek werpt. Dit glas dient onder een bepaalde hoek te staan, gemeten loodrecht op de projectorlens (‘THX’ doet de aanbeveling van 7 graden) om te voorkomen dat het geprojecteerde beeld terug kan reflecteren in de projectorlens. Wanneer men gaat projecteren dan is, wanneer men geen correcties kan uitvoeren, een juiste projectiehoek belangrijk om vervorming van het geprojecteerde beeld te voorkomen. Voor het verkrijgen van een THX certificaat betekend dit dat beeldvervorming ten gevolge van een verticale en/of horizontale projectiehoek maximaal 5% mag zijn, geheel volgens de aanbeveling van de ‘SMPTE’. De aanbeveling van ‘THX’ is om de beeldvervorming niet meer dan 3% te laten zijn, wat er praktisch op neer komt dat in een ideale situatie het centrum van de projectorlens op een lijn ligt met het centrum van het scherm.
Wanneer een bioscoopketen besluit om voor een THX certificatie te gaan dan komen zij terecht in een maalstroom van evaluaties en condities waaraan voldaan dient te worden alvorens het ‘THX certified’ logo vol trots aan de ingang van de zaal of in de lobby mag prijken. Na het sluiten van de overeenkomst en het leasecontract voor de THX cross-over apparatuur volgt een periode van het in kaart brengen welke zaken allemaal aangepakt moet gaan worden om aan de condities te voldoen. Een zorgvuldige planning van de zaal, de akoestiek en isolerende constructie, de zaalindeling voor wat betreft zitplaatsen, het luchtventilatiesysteem, de projectorruimte, de apparatuur voor de geluidsweergave, het scherm, het masking-systeem (een systeem dat het lichte doek variabel kan maskeren afhankelijk van de aspect ratio om zodoende hinderlijke reflecties te verminderen en de waarneembare contrastratio te verhogen) tot en met de lobby, parkeermogelijkheden aan toe (deze laatste zijn uiteraard niet van doorslaggevend voor het THX certificaat). Samen met de bioscoopeigenaar, de architect, de akoestische specialist en het team van THX wordt er gekeken naar de mogelijkheden en aanpassingen om de bestaande of nog te realiseren zaal om te toveren tot een TH zaal waarin zaal, beeld en geluid geheel ten dienste staan van de film en de beleving van het publiek. Zodoende wordt er een situatie gecreëerd die vergelijkbaar is met de dubbing stage waar de film bewerking is genomen en wordt de reproductie van de originele intenties tot een maximum vergroot, althans zo is de bedoeling.