De Ultima-toestellen die Chord Electronics de voorbije jaren stelselmatig lanceerde hebben veel muziekliefhebbers doen dromen. Je moest echter meteen gaan voor een groter systeem met aparte voor- en eindtrappen. Maar nu is er de Ultima Integrated, die de techniek én het design van de Chord-toplijn naar een toegankelijker geïntegreerd model brengt.
Chord Electronics
Iedereen kent Chord Electronics vanwege zijn flamboyante designtaal en de voorliefde voor compactere apparaten die dankzij een eigenzinnige kijk op techniek een weelderig geluid afleveren. Denk maar aan succesnummers als de Qutest DAC of de Mojo DAC/hoofdtelefoonversterkers bijvoorbeeld. Die koers blijven de Britten koppig varen. Zo trok het op High End München de aandacht met de intrigerende Suzi voor- en eindtrap, gestroomlijnde apparaten die gezien hun grootte verrassend veel vermogen beloven. Heel typisch: Suzi is een heel modulair concept, want die Suzi-eindtrap kun je even goed combineren met Suzi Pre-voorversterker als met een Hugo 2 DAC die vastgeklikt is aan een 2go-streamer. En dan eindig je nog altijd met iets amper ter grootte van een paperback.
Liefhebbers van hifi-apparaten op volledige grootte hebben echter wat minder keuze bij het Britse merk. Toch is de aandacht voor meer traditionele vormen zeker niet weg. Enkele jaren geleden werd immers de Ultima-lijn gecreëerd, waarmee Chord meteen ook een stukje hoger mikte dan voorheen met z’n CPM- en SMP-toestellen. Echte high-end, zo moest het zijn. Chord begon atypisch met eerst een aantal krachtige eindtrappen en bijhorende voorversterkers uit te brengen, met als ultieme Ultima de Ultima-monoblock en Ultima Pre. Schaf je zo’n trio van toestellen (een voorversterker, twee monoblokken) aan, dan eindig je niet ver van 120.000 euro.
De Ultima Integrated is het logisch vervolg: een geïntegreerd ontwerp dat voor- en eindtrap in één behuizing stopt. Goed voor 2 x 125 Watt (in 8 Ohm) geleverd door een klasse AB-ontwerp van Chord-voorman John Franks.
Voor 10.490 euro is deze analoge versterker het nieuwe instappunt in het high-end Ultima-verhaal. De goedkoopste Ultima losse voor- en eindversterkercombinatie is immers een Ultima 6 (8.900 euro) en Ultima Pre 3 (7.700 euro). Toch vind je heel wat techniek van dat duo terug in deze geïntegreerde versterker. Hetzelfde in één stijlvolle behuizing en aan een bereikbaardere prijs? Dat maakt de Integrated wat ons betreft het bekijken waard!
De eerste in zeven jaar
Bij de Ultima Integrated zien we opnieuw het huwelijk tussen een heel herkenbaar design en het gebruik van hoogwaardig aluminium voltrokken worden. Zo kennen we Chord wel, en de meeste hifi-liefhebbers zullen precies weten wat we daarmee bedoelen. Een futuristisch lijnenspel is nu eenmaal heel typisch voor het Britse merk dat in 1989 werd opgericht, net als het gebruik van grote controls, verlichting en soms bruut aanvoelende designelementen.
Het maakt de Ultima Integrated in elk geval een heel uitzonderlijke verschijning tussen de vele traditioneler versterkers op de markt, ook in onze testruimte. Maar het design is uiteraard niet helemaal uniek, want op dat vlak past de Integrated perfect bij de andere Ultima-apparaten. Je kunt ook een rechte lijn trekken van oudere toestellen, zoals de CPM 2800 MKII en CPM 2600, naar dit nieuw apparaat. ‘Ouder’ past hier wel, want de Ultima Integrated is de eerste geïntegreerde versterker op volledige grootte die Chord Electronics in zeven jaar uitbrengt. Die CPM-modellen zijn dus behoorlijk op leeftijd – al maken het aantal jaren op de teller bij analoge versterkers eigenlijk minder uit. Dat is dan weer een voordeel van geen digitaal streamingluik aan boord te hebben (en te opteren voor een externe streamer), veroudering is minder een probleem.
Massieve bouwkwaliteit
Chord houdt wel van wat misleiding en excentriciteit als het op design aankomt. De Ultima Integrated doet daar lustig aan mee, met een massief voorpaneel met brede afgeschuinde chamfers dat echt de aandacht trekt. Dat doet ook de grote verlichte bol die je vanuit het midden begroet. Het is net een grote versie van de bol die als volumeknop fungeert op de Hugo 2 DAC, lijkt het wel, maar hier is het puur een aan/uit-knop. Het volumeniveau? Dat regel je op deze versterker met een kloeke draaiknop aan de linkerzijde. Net zoals hoe bij een kwaliteitswagen een portier dat op een bepaalde manier sluit daarbij een air van kwaliteit uitademt, heb je (hopelijk) hetzelfde als je bij een dure versterker aan de volumeknop en andere toetsen komt. Bij de Ultima Integrated krijg je die tactiele voldoening zeker wel.
Waar zit dan de (optische) misleiding? Het brede paneel geeft de Ultima Integrated het aanzien van een component op standaard hifi-formaat. Maar in werkelijk zit de versterkertechniek in een kleinere case er net achter, eindigt in een rij koelvinnen over de volledige breedte. Franks maakt er geen geheim van dat zijn versterkertechniek eigenlijk niet enorm veel plaats hoeft in te nemen, onder meer omdat de voeding door een slimme constructie geen grote spoelen en koeling nodig heeft. Al is de compacte voeding in dit geval wel uitgebreid met een grote portie condensatoren, waardoor de behuizing goed gevuld is.
Afgewerkt zoals je wil
Helemaal Chord is dat je het toestel kunt personaliseren. Het geheel kan worden uitgebreid met de zwarte of zilveren Integra-poten, vier massieve torentjes die twee aan twee met een dikke aluminium staaf verbonden zijn. Dit is de meest flamboyante maar ook de knapste uitvoering, toch wat ons betreft. Vroeger had je bij andere toestellen met het Integra-systeem een extravagante blinkende nikkeloptie, maar die is inmiddels afgevoerd.
Wie liever een ‘opgevulde’ en minder industriële look verkiest, kan die ruimte links en rechts van de behuizing opvullen met hoogwaardige acrylblokken in het zwart.
Welke van de drie opties je kiest, de kostprijs van het toestel blijft hetzelfde.
Geen display nodig
Wat natuurlijk ook niet mag ontbreken op een Chord-versterker is een royale lading kleurenleds. Als je van bovenaf op de Integrated neerkijkt, zie je door de ovale verluchtingopening – conform Europese richtlijnen afgewerkt met een fijn rooster, maar wel een fraaie – een reeks kleuren je toelachen. Het doet wat denken aan een RGB-verlichte gaming-pc, al is die vergelijking ook wel wat overdreven. In de praktijk is het veel subtieler dan onze beschrijving laat overkomen. Zeker bij zonlicht zijn de interne leds in het toestel vanaf de sofa onzichtbaar.
Op de metalen afstandsbediening vind je een DIM-toets die in een verduisterde kamer de lichtshow wat tempert, incluis de verlichte powerbol aan de voorkant. Een mooie afstandsbediening trouwens, in metaal uitgevoerd en met een toepasselijk premium-gevoel. Je zou verbaasd zijn hoe vaak een duur hifi-apparaat met een goedkope remote komt. Gelukkig is dat hier niet het geval.
Rond de volumeregeling is er eveneens een lichtcirkel voorzien; deze kleurt in een bepaalde kleur naargelang de gekozen ingang. Rood is bijvoorbeeld de gebalanceerde XLR-ingang, met geel, blauw en groen voor de drie single-ended cinch-inputs. Het leren decoderen van je Chord-toestel is deel van de owner’s experience, jawel!
Echt moeilijk is dat natuurlijk niet, zoveel ingangen zijn er immers niet. De tweede grote knop op de Integrated is een balansregeling. Er is een AV-modus die handig is als je de Chord-versterker wil opnemen in een surroundopstelling en je de stereokanalen door iets beter dan een typische AV-receiver wil laten aansturen.
Hoogfrequente voeding
Het design van Chord-spullen wordt altijd uitvoerig besproken. En ja, we moeten daarbij niemand met de vinger wijzen; het is ook precies waar de voorgaande paragrafen van deze review over gingen. Door hun liefde voor futurisme is het echter makkelijk uit het oog te verliezen dat het Britse merk ook echt door-en-door een technologiebedrijf is. Hun DAC’s bijvoorbeeld, zijn niet gebaseerd op kant-en-klare delta-sigma DA-converters maar wel op eigen algoritmes die via een programmeerbare FPGA-chip digitale stromen omzetten in analoge muzieksignalen. Ook als het gaat om versterking bouwt Chord al decennia op een ontwerp dat oprichter John Franks ontwikkelde voor een van de eerste producten van het Britse bedrijf. Daarna is hij het verder blijven verfijnen.
Op technisch vlak is de Ultima Integrated een fusie van wat je bij de Pre 3 en de Ultima 6-eindtrap onder de motorkap terugvindt. Er zijn wel wat verschillen en puristen verkiezen uiteraard dat voor- en eindversterking in aparte behuizingen leven. De Ultima Integrated komt echter door het combineren zeker niet over als een compromis, wel als een volwaardig en (soms) praktischer ingestelde Ultima-familielid.
Zoals bij wel meer versterkerdesigns vormt de voeding bij de Ultima Integrated het fundament waar alles op is gebouwd. Maar bij Franks’ design spreek je over een wel heel uitgebreide en solide fundering. Toch gaat het hier niet om een traditionele ringkerntransformator die vele kilo’s toevoegt aan een typische versterker. Helemaal in lijn met andere Chord-versterkers, zit er in de Ultima Integrated een autonome schakelende voeding die op een heel hoge frequentie functioneert én veel filtering bevat.
Let wel: die zin is een héél bondige samenvatting van het complexe pad dat stroom doorloopt eer het uit de voeding komt. Het tweeledig doel van deze aanpak? Zuivere stroom aanleveren waar de typische hoogfrequente schakelruis echt ver weg is geduwd én in staat zijn om snel te reageren op dynamische pieken.
De schakelende voeding wil trouwens niet zeggen dat de Ultima Integrated een klasse D-versterker is. Franks’ ontwerp blijft een klasse AB-oplossing, met een sliding bias waardoor het tot een zeker niveau in klasse A lijkt te functioneren. Warm wordt deze versterker echter niet, het is zeer efficiënt (en er zijn ook die koelvinnen). John Franks past een feed forward-foutencorrectie toe, wat de vervorming ontstaan tijdens het versterken door de MOSFET-transistors heel kordaat aanpakt.
Helemaal moeiteloos
De Ultima Integrated toonde zich tijdens de weken dat we het op bezoek hadden een bijzonder kundige versterker die zeker z’n plaats in het hoger segment mag opeisen. Heel mooi was bijvoorbeeld hoe de Chord-versterker de sombere cello in ‘On the Trail - Concertino for guitar and string orchestra’ vol textuur neerzette maar ook moeiteloos de dynamische omslag maakt naar een volledige orkestbezetting. De schaal vergroot daarbij naadloos, van een drukker maar kleiner geluidsbeeld is absoluut geen sprake. Helemaal knap werd het als de gitaar van Maciej Staszewksi op het toneel verscheen. Uit onze Sopra N°2’s rolde het heel ontspannen en moeiteloos, zowel het snelle gitaargepluk als de harmonische noten die heel natuurlijk uitdoven. Met de verkeerde versterker kan dit knappe werk op de Focals wat felle kantjes laten horen, maar met de iets warmere Chord waren Staszewski’s gitaar en de strijkers die in de laatste minuten hun plaats op het podium opeisen net heel organisch van aard. Alleen spijtig van de muzikale afsluiter, dat is dan net te cliché voor een werk dat eerder dreigend uit de hoek wil komen.
Een gelijkaardige compositie, een stuk van Alberto Iglesias uit de Almodovar-film ‘Hable con Ella’, laat meer van hetzelfde horen: de snelheid om de Spaanse gitaar in al z’n glorie te tentoon te stellen, maar ook net juist gekalibreerd om de synergie tussen individuele instrumenten te behouden. Wat dure woorden zijn om gewoon te zeggen: het klinkt als muziek, niet een eindexamen van een solist aan de muziekacademie.
Tijdens deze test hebben we voornamelijk muziek via streaming afgespeeld, oftewel via de Eversolo DMP-A8 in DAC-modus of met dat toestel ingezet als digitaal transport voor een T+A DAC200. In dat laatste geval werd er hoofdzakelijk via Roon gespeeld, met de streams opgewaardeerd naar DSD. De T+A heeft immers een in-house ontwikkelde DSD-convertor die ons heel goed in de oren klinkt. Maar in alle eerlijkheid wist de AKM-chipset in de Eversolo eveneens te overtuigen, onder meer met muziekbestanden afgespeeld vanaf interne opslag.
Ruiger mag ook
Als we via de T+A luisterden naar het pas verschenen ‘Chapter II: How Dark It Is Before Dawn’ van Anoushka Shankar, dan waren we zeer onder de indruk van de fijne weergave van microdetail, waardoor de intimistische, ijlere sound van het ‘Pacifica’-openingsnummer en ‘In The End’ heel geslaagd op een brede soundstage wordt overgebracht. Dankzij veel opnames van de sitar is het makkelijk om een haat-liefde-relatie met dit instrument te ontwikkelen, maar op de Chord werd het voorzichtige spel van Shankar zo authentiek neergezet dat het betovert, niet afstoot. Net als bij de aarzelende pianonoten die af en toe opdoken, was er veel textuur en een natuurlijk uitdoven aanwezig. Van hardheid geen spoor, daar hebben we de Chord nooit op kunnen betrappen (op, opnieuw, speakers die op dit vlak snel tekortkomingen blootgeven).
Er is best wel veel fijnzinnigere muziek tijdens de testperiode langsgekomen. De iets zachtere aanpak en de expansievere soundstaging van de Integrated maakte dat nu eenmaal een dankbare ervaring. Maar z’n echte kernsterkte is het vermogen om heel kwiek te reageren op dynamische sprongen, wat we ook al hadden opgemerkt bij een paar uithalen op ‘On The Trail’ en bij het consumeren van de sterke contrasten aanwezig bij CPE Bach’s ‘Symphonies – From Berlin To Hamburg’. Weer een fijn opgenomen werk van het Akademie für Alte Musik Berlin, dat de afgelopen twintig jaar nagenoeg alles van Carl Philipp Emanuel Bach aan bod liet komen.
Met dit bronmateriaal komt de Chord subliem uit de hoek, het communiceert geweldig de emotie in de verschillende werken. Audiofiel is ‘em dus wel, maar ook even geschikt voor heel ander maar ook opwindende voer. De instrumentale progrock op ‘Departure Songs’ van We Lost The Sea of de krachtige rocknummers op ‘It Leads to This’ van de Britse The Pinneapple Thief bijvoorbeeld, lustte de Chord even graag.
Even een kolossale maar toch nog altijd gelaagde geluidsmuur opbouwen en onderhouden, dat gebeurde gewoon zonder een spoor van stress of zweetdruppels. Een indrukwekkende prestatie van een versterker die ‘slechts’ de instap vormt voor de Ultima-familie.
Conclusie
De Chord Electronics Ultima Integrated is helemaal trouw aan alles waar het merk én de Ultima-toplijn voor staat. Ja, het design kun je wat excentriek vinden, maar je kunt ook de adembenemende bouwkwaliteit en de originaliteit bewonderen. Het is bovenal een geïntegreerde versterker die qua geluidskwaliteit en dynamisch vermogen nooit teleurstelt. Het lijkt ons dat je al heel ver raakt met deze Ultima Integrated, ook met speakers op heel hoog niveau. Het is ook een prikkelende indicatie van wat die de losse Ultima-versterkers wel moeten bieden.
Chord Electronics Ultima Integrated
10.490 euro | www.mafico.com
Beoordeling 4,5 op 5