Wat voor gevoel heeft u bij het Amerikaanse luidsprekermerk Klipsch? Weet u er veel van of weinig, en heeft u ze wel eens gehoord? Als ik naar mijzelf kijk, weet ik er best het nodige van, maar toch heb ik ze ondanks mijn werk als recensent nog maar zelden beluisterd. Totdat ik voorbije zomer bij een dealer opnieuw oog in oog kwam te staan met de modellen van deze stoere fabrikant. Eigenlijk stond ik tamelijk perplex. Want wat een ontzettend goede, moeiteloze en spontane weergave boden deze vintage ogende modellen. Op de laatste zaterdag van mei werd dat feestje in het AudioExpert Castle als show herhaald en kon er onder genot van koffie, thee en lekkere versnaperingen van bijna de complete Heritage serie én enkele modellen uit de Reference lijn worden genoten.
KlipschExpert
Het is wat met het Bossche AudioExpert. Want in tegenstelling tot toch wel veel collega's in het vak is deze hifi- detaillist onder leiding van Ronnie Smits en Peter van Tuijl al jaren fors aan het upgraden. AudioExpert Castle in Nederhemert is daar een sprekend voorbeeld van. Want nergens in Nederland wordt high-end op zo’n illustere wijze gepresenteerd. Omdat deze manier van werken ook voor het winkelteam compleet nieuw was, kostte dat in het begin nog even tijd. Imiddels heeft ‘het kasteel’ de smaak te pakken en zitten we met deze grootst opgezette Klipsch-presentatie van de Benelux al bij de vierde grote show in korte tijd aan. Goed bezig mannen!
Avontuurlijk ontdekken
Nu zou je kunnen denken dat zelfs op zo'n locatie vier shows op rij wat veel is. Want zie je daar dan niet steeds dezelfde gezichten en wordt het dan niet een soort van uitje zoals het bekende bezoek aan een meubelboulevard met Pasen?
Je zou het bijna denken, maar het blijkt niet zo te zijn. Doordat het met minder dan 15 minuten reistijd voor mij bijna een thuiswedstrijd is, ben ik er relatief veel te vinden. En wat mij dan opvalt is dat er juist niét steeds dezelfde mensen verschijnen. Het is natuurlijk een beetje koffiedik kijken en uiteraard niet wetenschappelijk onderzocht. Maar doorgaans liggen kastelen best afgelegen. Je komt met andere woorden zo’n majestueus onderkomen niet tegen in een winkelstraat in stad of dorp. Ook bevindt het zich niet op een bedrijvenpark of industrieterrein. Hoewel het verder wel goed bereikbaar is, ligt ook Kasteel Nederhemert – wat de echte naam is – zoals het hoort lekker afgelegen. Je gaat er daarom echt met een duidelijk doel naartoe.
Een tweede aspect waardoor mijns inziens de variëteit aan bezoekers hoog is, komt door de tot op heden compleet andere gepresenteerde producten per show. Natuurlijk is het allemaal hifi, maar ook binnen onze hobby/passie, kunnen de verschillen heel groot zijn.
En wat is er dan leuker en al helemaal met zo’n bijzonder/afwijkend merk als het legendarische Klipsch, om eens te ontdekken of zo’n compleet andere benadering ook niet interessant zou kunnen zijn?
Paul Wilbur Klipsch
Maar voordat ik verder ga met de vier gepresenteerde systemen, eerst wat achtergrondinformatie over het merk Klipsch en dan in het bijzonder geestelijk vader Paul Wilbur Klipsch. Een pionier wiens passie voor geluid de wereld van audiotechniek voorgoed veranderde.
Klipsch groeide op met een grote nieuwsgierigheid en aangeboren talent voor techniek. Zijn liefde voor muziek en geluid bloeide al op jonge leeftijd op, waarna hij al snel begon te experimenteren met radiotechniek en luidsprekers. Na het behalen van een graad in elektrotechniek aan de New Mexico State University en een master in elektrotechniek aan Stanford University vond hij zijn roeping in het leger. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werkte hij aan geavanceerde radar- en ballistische projecten, waarna zijn militaire dienst hem ten slotte naar het diepe zuiden van de Verenigde Staten bracht. Daar in het kleine stadje Hope in de staat Arkansas, begon hij zijn droom te verwezenlijken. Een avontuur wat startte in een bescheiden schuur en het was deze eenvoudige werkplaats waar zijn eerste meesterwerk ontstond: de Klipschorn.
Dat voor die tijd unieke luidsprekerontwerp maakte gebruik van hoekhoorns om zo een opmerkelijk krachtig en efficiënt geluid te produceren. De Klipschorn was zo innovatief en vooruitstrevend dat het als een standaard werd gezien binnen in de audiowereld en tot op de dag van vandaag nog steeds wordt geproduceerd.
Klipsch geloofde heilig in de kracht van hoornluidsprekers. Weergevers die in staat waren om geluid met minimale vervorming en maximale efficiëntie te reproduceren. Ze wisten daardoor muziek een levensechtheid en spontaniteit mee te geven, die tot op de dag van vandaag door een grote groep liefhebbers nog steeds enorm wordt gewaardeerd. Hoewel Paul W. Klipsch in 2002 overleed, leeft zijn nalatenschap voort in de huidige producten van Klipsch Audio Technologies.
Van oh naar ah
En dan het genieten zelf. Hoewel de meer modern gestileerde Klipsch RF-7 III luidsprekers, op deze dag vooral als achtergrondweergave in de tijdelijke tot kantine omgedoopte grote zaal dienen, is de kwaliteit ondanks het logischerwijs lage volume al meteen erg goed. Wat er verder ook wordt gedraaid middels een ogenschijnlijk eindeloze playlist, er is bij ieder nummer en muziekstroming evenveel grip en zeggingskracht op en in de weergave.
Dat in combinatie met een opvallende fijnzinnige transparantie en het gevoel wat je alleen krijgt bij het achteloos hoge koppel van een V8 motor, zorgt voor een meer dan plezierige presentatie. Nu moet nog wel gezegd worden dat een deel van deze mooie eigenschappen natuurlijk ook door de gebruikte referentie McIntosh versterkers in samenspel met een Grimm MU2 muziek server en AudioQuest Niagara 7000 netfilter worden veroorzaakt. Maar dan nog is het de beste achtergrondweergave die ik ooit in een “kantine” heb ervaren en de toon van deze dag is daarmee meteen gezet. Ik kan nu verschillende kanten op en zal ik eerst naar de ruimte met de twee kleinere (of minder grote, zo u wil) modellen gaan, of toch eerst naar het moment suprême in de vorm van de immens grote Klipsch Jubilee 75th Anniversary Edition? Omdat de nieuwsgierigheid en “audiofiele gretigheid” het dan vaak wint, ga ik ook nu maar meteen voor het topmodel.
Klipsch Jubilee 75th Anniversary Edition
Het vlaggenschip uit de Heritage serie heeft ondanks zijn strakke, moderne uitstraling, ook alles te maken met de realisatie van Paul W. Klipsch ultieme droom. Een ideaalbeeld om een luidspreker te creëren die zelfs de meest fervente audiofielen tevreden zou stellen en oorspronkelijk was bedoeld als opvolger van de Klipschorn. Maar Paul besefte ook al snel dat het ontwerp veel meer was dan dat. Qua concept is dit feitelijk “slechts” een reusachtig grootte 2-weg hoornluidspreker (175 cm hoog, 127 cm breed en 76 cm diep) waarbij gebruik wordt gemaakt van de nieuwste akoestische technologie.
Onder de strakke en opmerkelijk modern aandoende façade, bevindt zich een gepatenteerde en opmerkelijk complexe, geventileerde lage frequentiebehuizing. Samen met de gebogen kastvorm ontstaat een gevouwen hoornconstructie waarbij de “hoornmond” zich aan beide zijden van de baffle bevindt. De twee 30,5 cm grootte woofers bevinden zich echter in het midden aan de binnenzijde van de kast en zijn verder niet zichtbaar.
De state-of-te-art compressiedriver die is voorzien van een faseplug die een groter afstraalgedrag biedt, zit gekoppeld aan een eveneens opmerkelijk grote, geheel nieuw ontworpen hoorn. Een actief DSP-wisselfilter rondt dit bijzondere plaatje ten slotte af en maximaliseert de output en past de tijdsvertraging en fase van de drivers aan voor een volgens Klipsch, levensecht geluid.
Luisteren Klipsch Jubilee
Aangestuurd door een McIntosh C2800 voorversterker, twee mono MC451 hybride (150 watt buizen in combinatie met 300 watt transistorvermogen per kanaal) eindversterkers en een Aurender A20 netwerk streamer, staat er een heel potent systeem voor deze reusachtige weergevers. Mastodonten met een rendement van maar liefst 107 dB(!), een frequentiebereik van 18Hz – 20 kHz en een eveneens reusachtig prijskaartje van 49.998 euro per paar! De eerste vooroordelen van een mogelijk ‘schreeuwerige’, rauwe en ‘plompe’ weergave kunnen al vanaf de eerste noten meteen overboord. Want deze uiteindelijk in volle glorie gerealiseerde droom van Paul Klipsch, is precies het tegenovergestelde. Want wat een verfijning, zuiverheid en elegantie hebben deze bijna manshoge en 127 cm brede panelen in zich. Weergevers die bovendien als een kameleon iedere soort muziek zonder ook maar de geringste moeite tot zich kunnen nemen en door het regelbare wisselfilter ook de ‘fun factor’ bewust of onbewust nog verder kunnen verhogen.
Ook heel knap is dat ze zowel fluisterzacht als werkelijk extreem luid kunnen spelen. Maar ik denk dat het niet aan mij ligt als ik verlang om het echt grootschalige en luide werk op deze speakers te horen. Als speciale gast is vandaag Klipsch export salesmanager Marcel Chocko aanwezig en die geeft graag gehoor aan deze luide lusten. Eigenlijk verandert er klankmatig en tonaal helemaal niets aan de weergave, maar wel wordt de weergave nu heel mooi gedoseerd fysiek en word je als luisteraar op geciviliseerde wijze prettig heen en weer geschud. Machtig mooi en wat zou het mooi zijn geweest als Paul Klipsch dit ook zelf zo had kunnen ervaren.
Klipsch Cornwall IV
Na een dik uur met stijgende bewondering naar deze misschien wel best doserende/meeschalende hoornluidspreker ooit te hebben geluisterd, is het de hoogste tijd om mij naar de volgende ruimte te begeven. In deze wat kleinere, maar akoestisch wel nog betere kamer, staan aan de ene zijde een Klipsch Cornwall IV (8.998 euro per paar) en aan de andere zijde de kleinere Klipsch Heresy IV (4.998 euro per paar) voor mij en de overige belangstellende klaar. Voor u als lezer is het denk ik wat vreemd dat ik bij dit verhaal bij de grootste en duurste set ben begonnen, terwijl u gevoelsmatig waarschijnlijk zelf bij de kleinste en minst dure weergevers was gestart. Maar hee, ik heb met deze verhaalopbouw natuurlijk wel een achterliggende bedoeling en gedachte – want voordat ik dit schrijf, heb ik uiteraard alle speakers eerst uitgebreid beluisterd.
Laat ik vooropstellen dat de Jubilee met afstand de beste luidspreker van het stel en deze show is. Alles is met dat model in superlatieven en het is gewoon een razendknappe prestatie om zo’n enorm aanstekelijke en spontane weergave, met zoveel rust, overzicht en projectie (hoe indringend de weergave op iemand overkomt) in een groot hoornsysteem te realiseren. Dus de twee incarnaties van de veel meer betaalbare al vroegere succesmodellen zijn maar een slap aftreksel daarvan? Nou nee, en dat is het mooie. Zowel de Cornwall IV als Heresy lijken klankmatig ook niet op de grote Jubilee. Maar het is verder niet wat u verwacht, want het intrigerende is dat ze ieder op hun eigen manier ook bijzonder aantrekkelijk zijn.
De grote keerzijde is voor mij persoonlijk alleen het lelijke uiterlijk! “Wat zeg je nou”, zult u nu vast denken. Een recensent die zegt dat een showproduct lelijk is? Laat ik het even wat nuanceren. Want ook al heeft de Cornwall (96,5 cm hoog, 64 cm breed en 39,4 cm diep) wel degelijk de afwerking en materiaalkeuze van 2024, het ontwerp en vorm stammen nog steeds uit 1959! Wat je dan dus krijgt en ziet, is voor hedendaagse ontworpen een enorm vintage achtig model. Compleet met vooral een bovengemiddeld grote breedte, een relatief geringe diepte en een best plomp en wat “ruig” voorkomen. Net een huiskamer P/A-speaker.
Maar de klank…
Maar dan de weergave. Aangesloten op één van de nieuwe zeer interessante high-end sterren van het AudioExpert Castle, de hybride uit Italië afkomstige Riviera Audio Laboratories Levante geïntegreerde versterker, ontstaat er meteen wat bijzonders. Maar laat ik beginnen dat deze best grote (maar nog niet te grote) beauty die niet alleen buizen in de voortrap met transistoren in de eindtrap combineert, zijn eigenaar de mogelijkheid biedt om met een druk op de knop van klasse A (2 x 30 watt aan 8 Ohm) maar 2 x 120 watt in klasse AB is schakelen. En dat zonder tegenkoppeling en ook nog voorzien van een ingebouwde super hoofdtelefoon uitgang.
Aangestuurd door een Aurender A15 netwerk streamer ontstaat bijna de “perfecte weergave” in samenspel met de Cornwall IV. Alles is in balans, tonaal opvallend ongekleurd, direct en betrokken. Maar het doorkruist nooit de rode lijn en muziek blijft altijd muziek. En wat is ook het laag toch prachtig. Ondersteund door drie specifiek door Klipsch ontwikkelde Tractrix baspoorten, zorgt de enkele reusachtig 38 cm woofer voor een heerlijk droog en op de juiste wijze onopvallend maar wel duidelijk laagfundament. Samen met het opmerkelijk vloeiende midden en hoog, ontstaat hierdoor ook bij lage volumes de gewenste vulling en volheid. Een prachtig klinkende speaker voor dit bedrag en zo goed, dat het voor velen hun laatste speaker zou kunnen zijn.
Klipsch Heresy IV
Als ik zeg dat ik het mooiste voor het laatste hebt bewaard, denkt u vast dat ik nu helemaal gek ben geworden. Want de kleinste, minst dure speaker zou dan het mooiste zijn? Nou, net als de Cornwall IV is ook de Heresy IV uit de Heritage serie afkomstig. Ontworpen in 1957 en in eerste instantie bedoeld als centerspeaker voor de Klipschhorn in een drie speakeropstelling, bleek de Heresy ook meer dan goed genoeg te zijn voor een mooie stereo opstelling. Hoewel dit 3-weg ontwerp op het eerste gezicht steeds hetzelfde toont als toen het in 1957 de fabriek of beter gezegd atelier verliet, zijn er onderhuids net als de Cornwall IV natuurlijk de nodige veranderingen doorgevoerd. Zo is voor alle Herritage modellen de garantie op 10 jaar gesteld, zit er een nieuw ontwikkelde compressiedriver in voor het middengebied en een titanium membraan voor het hoog.
Een nieuw ontworpen faseplug zorgt daarbij voor een groter en nog evenwichtiger afstraalgedrag. De baspoort is bij deze versie IV naar de achterzijde verhuist en zorgt samen met de Tractrix poort, voor minimale lucht turbulentie en daardoor een schoner en krachtiger laag. Maar wat misschien nog wel het meeste opvalt aan dit ontwerp van 63 cm hoog, 39,37 cm breed en 33,66 cm diep, is de vaste voet die de speakers behoorlijk naar achteren laat hellen. Dit blijkt niet alleen bedoeld voor een beter afstraalgedrag, maar ook essentieel voor de koppeling van het laag met de vloer. Hoe het ook zij, met zijn rendement van 99 dB en nominale impedantie van 8 Ohm, is de Heresy IV een extreem gemakkelijke speaker om aan te sturen.
Daarom is het wat vreemd dat er een hele zware Hegel versterkercombinatie is aangesloten (P30A voor- met H30A stereo eindversterker). Maar waarschijnlijk stond deze versterkerset hier al vanwege andere speakers die normaal in deze ruimte staan en er is verder ook helemaal niets mis mee natuurlijk. Alleen is het enorme vermogen hier natuurlijk niet nodig. Streamer van dienst is hier een Auralic G1.1, terwijl als DAC voor de onlangs door mij geteste Grieke Ideon Ayazi is gekozen. Die schakel in deze match begrijp ik dan weer wel goed. Want als er een “digitaal” merk een vloeiend, kleurrijk en analoog geluid biedt, is het Ideon wel.
Luisteren Heresy IV
Zoals ik eerder al min of meer aankondigde, is dit voor mij de grootste verrassing van deze dag. Ik zal niet zeggen dat mijn mond wijd openvalt, maar wel dat ik hogelijk verbaasd ben van hetgeen ik hoor. Want een best kleine speaker die achteroverhellend pal op de grond staat, geeft doorgaans niet een bijster goed geluid. Je pakt dan al snel een paar stands erbij. Maar bij deze Klipsch is niet alleen rekening met deze positie gehouden, maar wordt er ook maximaal gebruik van gemaakt! Vanaf de eerste noten worden het aanwezige publiek en ondergetekende, enorm verrast door de prachtige caleidoscoop aan muziek die prachtig energiek, maar ook met de juiste rust en geweldig grote betrokkenheid voor het voetlicht wordt gebracht.
Zelfs zodanig dat het mij op een gegeven moment echt raakt en ik visioenen krijg van de mooiste audiosystemen uit de jaren tachtig en hoe muziek toen klonk. Een heel ander geluid dan nu en dat heeft er ook mee te maken dat net als de Cornwall, ook de Heresy IV een echt 3-weg systeem is. Een bouwwijze die net zoals alle Klipsch Heritage modellen, over een groot wooferoppervlak beschikt. Samen met het hoge rendement komt muziek daardoor zo veel gemakkelijker en meer ongedwongen voor het voetlicht, dat pijnlijk duidelijk is dat we vandaag de dag dan wel technologisch vooruit zijn gegaan, maar qua beleving ook vaak het nodige hebben verloren! Kortom luisteren naar deze Hertitage benjamin, was een lust voor het oor. Zelfs zodanig dat verschillende bezoekers het model meteen luid en duidelijk op hun aankooplijst plaatste. Wauw.
Conclusie
De vierde show en tevens een vierde showverslag vanuit het AudioExpert Castle. Waarom? Niet alleen omdat ik ervoor word gevraagd, maar ook omdat hier ondanks de hoogdrempelige locatie, juist op laagdrempelige wijze heerlijk in alle rust van dit soort producten kan worden genoten. Natuurlijk draagt deze prachtige bijzondere omgeving daar enorm aan bij, maar ik moet ook de credits aan het AudioExpert team geven. Want de sfeer is iedere keer uiterst ontspannen, er is geen enkele commerciële druk waarneembaar, op de demo’s mag je vaak verzoeknummers indienen en ook de catering met koffie, thee en versnaperingen, is steeds beter geregeld.
Was dat eerst dan niet het geval? Jazeker wel. Maar het kasteel kent voor dat soort aspecten niet zo’n logische indeling. Dus was het voor het AudioExpert team in het begin nog even zoeken wat het best werkte. Maar inmiddels is dat gevonden en kan er nog beter worden genoten van het iedere keer volledig gratis (ook het parkeren), gepresenteerde moois. Wat Klipsch betreft ben ik heel anders naar dit bijzondere en stoere “Harley Davidson” luidsprekermerk gaan kijken. Hoewel het niets met de genoemde motoren te maken heeft, is het wel net zo stoer, net zo basaal, net zo trots en op onvervalste wijze Amerikaans.
Qua weergave is het veel verfijnder en hoger oplossend dan ik vooraf had verwacht. Maar het mooie is dat hier technologie heel slim wordt ingezet om het bestaande vooral steeds beter en niet zozeer anders te krijgen. Dus u hoort echt waardoor het merk Klipsch groot is geworden, maar dan wel met de laatste techniek van 2024.
Hoewel het klankmatig eindresultaat beslist adembenemend mooi is, zal de vormgeving voor best wat mensen toch even slikken zijn. Maar u kunt het ook anders zien en dat is dat er door deze prachtig stoere objecten zelf aan te schaffen, ook een (interieur)statement kan worden gemaakt. Voeg daarbij de meer dan aanstekelijke weergave en er ontstaat een onvervalste win-winsituatie.