In de wereld van de audio gaat het om technisch verklaarbare oplossingen en verbeteringen, maar zoals menigeen zal erkennen ook om zaken die niet zo gemakkelijk grijpbaar zijn als toepassing van zilver, het gebruik van MOS-FET’s, grote transformatoren en esoterische materialen in condensatoren.
Al snel wordt het "ongrijpbare" met een lach afgedaan als voodoo en worden mensen die verschillen horen bestempeld als verwarde audiofielen. Neem als voorbeeld de discussie over kabelinvloeden die inmiddels ruim 40 jaar voortwoekert. Met de onderstaande recensie neem ik u mee in een stukje van de wereld van de heer Aalt Jouk van den Hul, de schier onvermoeibare wetenschapper die audio combineert met de wereld om hem heen en de alternatieve geneeskunde in het bijzonder. Een wereld waarvan ik geen weet had en die ik nauwelijks kan begrijpen, maar die mij inmiddels wel fascineert met betrekking tot The Extender.
Colibri Signature Stradivarius
Een bezoek aan de luisterruimte van Van den Hul is een feestje als er grammofoonplaten worden gedraaid met opnames van Mark Levinson, Count Basie of Diana Schuur. De opstelling is om van te watertanden, met als platenspeler een Basis met SME V arm. Daarin hangt de laatste creatie van de Van den Hul elementen, de Moving Coil Colibri Signature Stradivarius, genoemd naar de laklagen op het houten deel van het element. Drie lagen met de hand aangebracht welke telkens twee maanden moet uitharden per laag.
Het met de hand gebouwde element dat Van den Hul beschrijft als: “Het beste element dat ik ooit heb gemaakt”, heeft een extreem lage massa, een kanaalscheiding groter dan 40dB en tast probleemloos 100mu af. De cantilever is heel kort en ultiem stijf, gedempt met een rubber soort die bewegingen sterk afremt en “zwaaien” van de cantilever niet toelaat. Het resultaat is onder meer een (laag)weergave die extreem bol van details staat, super transparant is in het middengebied en de muziek met een enorme snelheid laat weerklinken. Ik heb het geluk het nieuwe element in volle glorie te beluisteren waarbij de muziekkeuze alles te maken heeft met de musici en er nauwelijks gelet wordt op opnamekwaliteit die in de groeven is geperst.
The Extender
De set laat weinig te wensen over en bestaat uit vrijwel alleen maar eigen ontwikkelingen van Van den Hul. Zoals The Grail SB gebalanceerde phono versterker, The Emerald gebalanceerde lijnversterker en een paar The Excalibur mono eindversterkers. Onderlinge bekabeling is Carbon Nano Tube, u hoeft niet te raden van welke fabrikant. De opgestelde luidsprekers zijn een paar Diapason Dynamis, licht naar voren gekanteld voor een beter fasegedrag. Een “geheimtipp” van de meester is het volzetten van de vensterbanken met pluche beesten om ongewenste reflecties van de ramen tegen te gaan. Het ziet er leuk uit en het werkt met een lage WAF.
Op de Diapason speakers staat hetgeen dat de rit naar Vaassen noodzakelijk maakte, The Extender waar ik volkomen blanco kennis mee maak. Laat ik eerst beginnen met de muziek die wij samen beluisterden. Een heel oude opname van Jerry Milligan doet mij denken aan een koffergrammofoon met een hoorn aan de bovenkant, maar dan wel twee tegelijk want het speelt in stereo. De weergave is heel direct, met een perfecte plaatsing, komt volkomen los van luidsprekers en biedt een enorme dynamiek. De weergave vanuit het Colibri Signature Stradivarius element is loepzuiver. De Pat Metheny Group laat de snelheid van het systeem naar voren komen en knalt. Een tik in de plaat weerklinkt kort en gortdroog, geen sprake van naslingeren, mede te danken aan het feit dat in de gehele signaalweg van element tot aan luidsprekerklem slecht Ă©Ă©n condensator opgenomen is. De muziek wordt breed uitgespreid, vooral de diepte en de hoogte in het stereobeeld zijn opmerkelijk, net als de attack die de weergave van de instrumenten een zodanige meerwaarde geeft dat het griezelig gaat worden.
Een volgende opname is die van een Chinees sprookje dat is omgezet in muziek, daarin worden alle instrumenten heel precies geplaatst zonder ze klein af te beelden. Als ik wat naar voren schuif met mijn stoel lijkt het haast of ik luister met een hoofdtelefoon, zo intens is de weergave. Een recital van werken van Chopin en Schubert, vastgelegd door Audio Lab Records en gespeeld door Peter Katin is opgenomen in een zo kleine ruimte dat het lijkt alsof ik er getuige van ben door van buitenaf via openstaande tuindeuren te luisteren. Tijdens de demo’s zet Van den Hul The Extenders af en toe uit en weer aan. Dat uitzetten heeft tot gevolg dat de muziek lijkt terug te kruipen in de luidsprekers, van “echt” terug naar een zeer hoogwaardig audiosysteem, maar dan blijft het inderdaad een audiosysteem. Er komt geen extra laag bij, geen geprononceerd middengebied, geen extra hoog, het is een extra dimensie in de beleving van muziek die The Extender geeft. Het meest opvallend zodra je maar op één kanaal The Extender uitzet (rechts) zoals we deden met “Rhapsody in Blue” van Gershwin, dan speelt links heel ruimtelijk en rechts verliest zo aan ruimte dat je hersenen er geen goed stereo meer van kunnen maken. Vergelijk het als volgt: u staat voor twee deuren in een studio, gaat u links naar binnen dan spelen daar de musici (The Extender kant) en neemt u de rechter deur dan komt u in de ruimte waar de engineer luistert via monitor speakers.