Een dock van tweeduizend euro – zijn ze nu helemaal… Wie koopt nu zoiets? We begrijpen je gedachtegang, maar na een weekje met de Klipsch Stadium te hebben geleefd, kunnen we ons goed voorstellen dat er veel mensen op zo’n high end dock zitten te wachten. Volgende week zou het apparaat in de winkels moeten verschijnen, dus bij dezen de recensieprimeur.
Inderdaad, met een budget van rond de twee mille kun je in de hifizaak al heel aardig terecht voor een ‘echte’ hifiset van meer dan redelijk allooi. De vraag is echter of iedereen die een dergelijk bedrag voor muziek in de huiskamer (of waar dan ook) overheeft, dat ook wil. Zelfs als je voor een alles-in-één oplossing gaat, blijf je nog met twee luidsprekers zitten die ‘ergens’ in de kamer een plaats moeten vinden. En dat ‘ergens’ is heel erg bepalend voor hoe het gaat klinken, net als de ‘match’ tussen de versterker en de luidsprekers die je hebt uitgezocht.
Hifi-apparaten waarmee je gemakkelijk via Bluetooth of AirPlay draadloos de muziek van je telefoon of tablet afspeelt, zijn nog steeds redelijk dun gezaaid. Je hebt kabels door de kamer en achter de apparatuur lopen. Oh, en natuurlijk kun je niet zomaar een kabeltje gebruiken, het kiezen van de juiste verbinding tussen de apparatuur lijkt wel een wetenschap op zich. En als je binnen een redelijk budget een kwalitatief hoogwaardige set wilt samenstellen, dan zal je veelal concessies moeten doen aan het design.
Waar het op neerkomt: sommige mensen willen gewoon geen hifiset. Ze willen een ‘docking station’ voor hun iPhone of andersoortige mobiele apparatuur, zodat ze hun muziek ook thuis zonder poespas kunnen afspelen. Maar tegelijkertijd zijn ze wel gewend zich te omringen met spullen die topkwaliteit in design, functie en uitvoering uitstralen. Dus willen ze niet zomaar een dock, maar het beste en mooiste dock dat er is. Vandaar dat we nu de geboorte van een nieuwe productcategorie beleven: het high-end dock.
De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat Bang & Olufsen al een docking station in de aanbieding heeft waarvan de prijs boven de magische grens van 1.000 euro uitkomt, tenminste wanneer je de versie met AirPlay wilt. En natuurlijk is er déze jongen van McIntosh, die daar ook nog eens een behoorlijke schep bovenop doet. Maar zonder het eerstgenoemde, Deense apparaat te kort te doen, kunnen we toch wel stellen dat het accent vooral op design en gebruiksgemak (kan op dezelfde afstandbediening als de overige B & O apparatuur) is gelegd, waar de Klipsch de lat juist op het gebied van geluidskwaliteit flink hoger wil leggen. We hebben hier te maken met een serieuze speakerset en een ‘echte’ Klipsch – inclusief hoorns voor de midden – en hoge tonen!
De Stadium neemt ruwweg de plaats van één doorsnee audiocomponent als een cd-speler of versterker in – hij is wat breder en ondieper. Recht van voren gezien lijkt hij uit twee rechthoekige luidsprekers te bestaan, die elk zijn omvat in een U-vormige ‘schil’ van geborsteld aluminium. Deze staan op een lage hoogglans zwarte onderplaat met een aluminium randje in het midden, waar de weinige schakelaars die het apparaat rijk is in zijn verwerkt. Kijk je schuin van boven, dan zie je dat de beide speakers naar achteren taps toelopen en dat eraan de binnenkant nog twee basspeakers zitten. Het geheel doet een beetje aan als strakke, moderne architectuur. Het apparaat ‘past’ daardoor eigenlijk in elk interieur en straalt hoogwaardige kwaliteit uit.
De Stadium is géén ‘dock’ in die zin dat je een telefoon of MP3 speler er direct ‘in’ steekt. In de afstandbediening, die een halfronde vorm heeft zodat je hem niet in de hand hoeft te houden om alles makkelijk te kunnen bedienen, zit een sleuf waar je je iPod, smartphone of tablet in zet. Deze kan zo onder handbereik, bijvoorbeeld op de salontafel of naast de luisterstoel, worden neergezet zodat je alle bedieningsorganen van je bron en het dock zelf bij elkaar hebt. Bovendien houd je je informatie over de albums en tracks, albumhoezen en dergelijke op die manier altijd in het zicht in plaats van dat je ze van drie meter verderop, waar je dock staat, moet lezen. Eenvoudig en (daarom) heel slim bedacht.
Op de achterzijde van het apparaat vinden we een drietal ‘fysieke’ ingangen: een optische, een USB-aansluiting en een analoge lijningang met RCA-aanslutingen. Je kunt dus ook gewoon je cd-speler of een platenspeler met phono-voorversterker op het dock aansluiten. Voor wat betreft de draadloze aansluitingen ‘kan’ het apparaat met Bluetooth, wifi en AirPlay. Al deze mogelijkheden zijn in de – in mijn geval voorlopige – gebruikshandleiding simpel en stap voor stap te volgen, waardoor elk apparaat eigenlijk binnen ongeveer een minuut met de Stadium moet kunnen communiceren.
