Verslag Van den Hul-demonstratie Hi-Fi Klubben

Hi-Fi Klubben in Hilversum verzorgde onlangs een presentatie met niemand minder dan Aalt Jouk van den Hul. Min of meer een thuiswedstrijd voor de in deze plaats geboren en opgegroeide Van den Hul.

En wie dacht dat het alleen maar over audiokabels zou gaan die avond, kwam bedrogen uit.  De inmiddels 75-jarige muziekliefhebber pur sang is van meer markten thuis, en kan er geanimeerd over vertellen.

Aalt-Jouk’s vader was een ingenieur bij Philips met meer dan veertig patenten op zijn naam. Hij overleed helaas vlak na de Tweede Wereldoorlog en liet een zolder vol met spullen achter. Vanaf zijn vroege jeugd experimenteerde de ‘jonge onderzoeker’ met de achtergelaten schatten. Zo bouwde hij een buizenversterker met een zendbuis als eindtrap, iets dat pas veertig jaar later in zwang kwam met de legendarische Ongaku versterker van Hiroyasu Kondo die gebruik maakte van de 211 zendbuis. Van den Hul werd bij het grote publiek bekend doordat hij een bijzondere manier uitvond om een diamant te slijpen voor een platenspelerelement. De speciale Van den Hul naaldvorm maakt nog steeds een onverbrekelijk deel uit van het ontwerp van heel veel topklasse elementen.

Geleiders
De volgende stap was het bouwen van een compleet element en daarvoor moesten er natuurlijk spoelen uit draad gewikkeld worden. Voor Aalt-Jouk aanleiding om zich dieper in de materie van geleiders in te graven. “Dat in het algemeen koper gebruikt wordt als geleider, heeft niet zozeer met de kwaliteiten van het materiaal te maken als met het feit dat het zacht is en je er dus gemakkelijk een dunne draad van kunt trekken. Een nieuwe koperen draad heeft echter al de nare eigenschap dat er ‘breuken’ zitten in de moleculaire structuur, en dat wordt er niet beter op wanneer de kabel in het gebruik wordt gebogen, geklemd enzovoort."

"In tegenstelling tot wat veelal wordt gedacht ‘vervormt’ een kabel het geluid wel degelijk. Typerend is dat wanneer je een sinus door een geleider stuurt, de nuldoorgangen ervan niet vloeiend meer verlopen. Er ontstaan in meerdere of mindere mate ‘vlakke’ stukjes in de overgangen van de positieve naar de negatieve helft van de sinus, en andersom. We zijn gewend om metalen geleiders te gebruiken vanwege de lage weerstand ervan, maar dat is nu juist een minder belangrijke eigenschap voor het transporteren van muzieksignalen. Ik begon daarom te experimenteren met in principe niet-geleidende materialen die wel een heel mooie, regelmatige moleculaire structuur hebben, zoals koolstof, en dacht uit hoe ik deze geleidend kon maken. Dit leidde uiteindelijk tot de eerste metaalvrije audiokabels met Linear Carbon Structure – The First, The Second en The Third. Dat was ergens in de jaren tachtig en de kabels zitten nog steeds in het programma.”

MERK

EDITORS' CHOICE