Een iPod is natuurlijk leuk, maar de lezer van deze site zal zich voor de aanschaf van zo’n apparaat twee dingen afvragen. Ten eerste: Hoe klinkt ’ie? En ten tweede: Hoe haal ik er een maximum aan geluidskwaliteit uit? Deze sectie van de Hifi.nl iPod special doet u tips aan de hand om zoveel mogelijk audiofiel genoegen te hebben van uw kleine witte kameraad.
Een toverwoord in de digitale muziekrevolutie is datareductie. De beste algoritmen van tegenwoordig zijn in staat om in minder dan een tiende van het ruimtebeslag van rauw Cd-geluid een signaal weg te schrijven dat sterk lijkt op het origineel. Nochtans zal duidelijk zijn dat er een hoop wordt weggegooid bij een dergelijk bitdieet. Goede geluidsapparatuur laat duidelijke verschillen horen tussen de bron-Cd en materiaal dat krachtig is afgeslankt. Formaten met sterke datareductie worden dan ook lossy genoemd. Gelukkig is datareductie variabel toe te passen, en bij een verkleining tot twintig procent (de minimumcompressie in veel formaten) worden de resultaten heel goed. Er is dan kritische muziek en een zeer goede installatie nodig om hoorbare verschillen op te sporen tussen het origineel en het gecomprimeerde bestand.
Verder bestaat er nog een mengvorm tussen datareductie en verliesvrijheid: de zogenaamde lossless-formaten. Die maken bestanden gemiddeld zo’n 30 procent kleiner, maar bij uitpakken verschillen ze niet van het bronmateriaal.
iTunes importeert, en de iPod speelt, vijf (hoofd)soorten bestanden: de ongecomprimeerde WAV- en AIFF-formaten, voorts het mooie Apple Lossless (één van de verliesvrije compressieformaten), en tenslotte de lossy typen MP3 en AAC (onderdeel van de MPEG-4 specificatie; eveneens beter dan MP3, vooral bij hoge compressieniveaus). Bij de keuze voor het compressieformaat moet u rekening houden met geluidskwaliteit, ruimtebeslag en eventueel ook uitwisselbaarheid.
Wikken
Het oudste en populairste lossy formaat, MP3, is meteen het minst goede, maar hij wordt door alle MP3-walkmans, en ook afspeelprogramma’s op de PC, ondersteund. Dat laatste geldt niet voor het krachtigere AAC, dat niet werkt op iPod-‘klonen’ van bijna alle anderen, en ook niet wil spelen in iTunes-concurrenten als Winamp en MusicMatch. Daar staat tegenover dat het resultaat in AAC al bij 128 kbit/s om aan te horen is, en vanaf 160 kbit/s heel goed wordt. Iets vergelijkbaars geldt voor Apple Lossless: alleen iTunes en de iPod weten er raad mee, maar de concurrentie in het geheel niet. Tenslotte AIFF en WAV: kwalitatief zijn ze gelijk, maar AIFF wordt door PC’s en nep-iPods niet algemeen ondersteund. WAV speelt overal.
En wegen
De grootste iPod heeft een capaciteit van 60 GB en kan, volgens opgave van Apple, 15.000 nummers herbergen. Die claim is geldig bij tracks van vijf minuten die geëncodeerd zijn in AAC op 128 kbit/sec. Bij lossy formaten op hun hoogste bitrates: 320 kbit/sec – slinkt de capaciteit tot 6.000 nummers. Van ongecomprimeerde tracks (bitsnelheid veelal 1411 kbit/sec) passen er een kleine 1400 op de iPod 60 GB.
Ongetwijfeld zijn er fijnproevers die zelfs gesproken woord niet willen comprimeren, maar zoals we gezien hebben gaat het dan wel érg hard met het ruimtebeslag. Voor gebruik onderweg zou 320 kbit/sec voor bijna iedereen voldoende moeten zijn. Het kwaliteitsverlies is dan erg gering, en onhoorbaar als het buiten niet windstil is en u niet heel goed uw oren de kost geeft. Anders ligt het als u de iPod wilt gebruiken als bron in uw (tweede) hifiset: daar kan het wél voordelen hebben om WAV of AIFF af te spelen. Gelukkig zit u niet aan één standaard vast: de iPod mag geladen worden met een allegaartje van verschillende bestandsstructuren. Zo kunt u muziek die u veel beluistert, of die anderszins hoge eisen stelt, groot op de iPod zetten, en minder moeilijk materiaal juist kleiner.