Let’s tune into some music!
André van den Berg heeft voor de volledigheid een kleine switchbox bijgesloten die het mogelijk maakt om deze bron tegelijkertijd op zowel het kabelnet als op een antenne aan te sluiten en daarmee A/B vergelijkingen tussen het kabelsignaal en het antennesignaal mogelijk te maken. Eigenwijs als ik ben kies ik er voor om deze optie niet te gebruiken omdat ik de signaalweg zo kort en simpel mogelijk wil houden. In plaats daarvan onderdruk ik mijn nieuwsgierigheid en besluit ik voorafgaand aan de eerste MD-90/ST-2 luistersessie tijdelijk de ST-2 te ontkoppelen en een combinatie van MD-90 en het kabelnet uit te proberen. Ik schroef een verloopstukje aan de connector van de MD-90 zodat ik daarop een gewone coax kabel aan kan sluiten die ik met het andere eind in het aansluitpunt van het kabelnet plug.
Wanneer alle verbindingen gemaakt zijn kan de ‘power toggle’ omgezet worden. Door de reeds ingevallen schemer komen de drie verlichte vensters extra goed uit en het zachte schijnsel doet me denken aan de gouden radiotijden van weleer. Dan draai ik aan de grote knop, op zoek naar een zender. De centrale meter en de meter aan de rechterkant bewegen heen en weer, al naar gelang de sterkte van het ontvangen signaal. De linker meter blijft echter onbeweeglijk in de hoek. Er is dus geen sprake van ‘multipath interference’; het fenomeen dat de tuner niet alleen inlockt op een zendersignaal, maar tevens op één of meerdere sterke reflecties van dat signaal die ontstaan door de weerkaatsing tegen objecten, in mijn nieuwbouwwijk voornamelijk gevormd door laagbouw. Ook later, met ontvangst via de ST-2, blijkt er geen sprake te zijn van deze vorm van storing. Zenders die ik tegenkom bevestigen me al snel in mijn mening dat audiofiele geluidskwaliteit niet haalbaar is met een op het kabelnet aangesloten tuner. Ik blijf het afzetten tegen een referentiekader dat gevormd is door LP en CD weergave en daar kan deze kabel gevoede MD-90 niet tegenop. Het blijft dan ook bij deze ene sessie en aan het eind van de avond sluit ik de ST-2 weer aan. Het luisteren naar die combinatie bewaar ik evenwel voor de volgende dag.
De tweede avond start ik met de antenne in diagonale positie voor het raam en gedurende het zoeken van de zenders blijkt dat dit niet de meest optimale stand is. In verticale positie is de omni-directionele werking het sterkst. Op die manier worden de meeste zenders binnen gehaald. (Ook al worden er via het kabelnetwerk meer zenders doorgegeven.) Het alternatief is om de antenne horizontaal te plaatsen. Daarmee wordt het een bi-directionele antenne die weliswaar minder zenders binnenhaalt maar in ruil daarvoor de ontvangst van het desbetreffende station verbetert. (En een in visuele zin minder makkelijk weg te werken object vormt) Eigenlijk moet ik zeggen; nog verder verbetert. Want het is meteen duidelijk dat, los van de manier waarop de ST-2 geplaatst wordt, deze antenne een weergave kwaliteit biedt die duidelijk waarneembaar boven het niveau van het kabelnet ligt. Het signaal klinkt ‘schoner’. Volgens de fabrikant neemt de kwaliteit nog toe wanneer de ST-2 buiten geplaatst wordt. Met name wanneer dit op een zo hoog mogelijk punt geschiedt. Het controleren van deze stelling laat ik echter graag aan de echte liefhebbers over.
Ik besluit om de antenne in verticale positie te gebruiken en scan de ether af op jacht naar fraaie klanken. Commerciële zenders als Radio Noordzee en Sky Radio blijken ook met de combinatie antenne / tuner een teleurstelling en ik beluister dan ook slechts enkele nummers van artiesten - waarvan ik de naam wel nooit te weten zal komen - voordat ik verder zoek. Maar dan… Op 98.9 stuit ik op de klassieke zender Radio 4. Ik centreer de naald in het middelste venster en bespeur tegelijkertijd een mooie grote uitslag bij de rechter naald die de sterkte van het signaal aangeeft. Wanneer de middelste meter exact in het midden staat is er wat ruis te horen. En nu komt het voordeel van de analoge afstemming om de hoek kijken. Ik goochel met de selectiviteit toggle, raak de afstemknop maar net aan en terwijl de middelste meter nauwelijks waarneembaar iets van de centrale positie afwijkt slaat de rechternaald verder uit met als gevolg dat de ruis verdwenen is. Ik val midden in een KRO uitzending waarin eerst de King Singers bewijzen over sterke zangkwaliteiten te beschikken en vervolgens het Nederlands Kamerkoor werken van o.a. Johann Sebastiaan Bach ten gehore brengt. Het valt me op dat er meer dynamiek is en dat het beeld reliëf heeft. ‘In het oor springend’ is verder dat het koor achter de luidsprekers staat en zich eerder in een ondiepe orkestbak dan op het podium lijkt te bevinden.
In de daarop volgende dagen luister ik regelmatig naar de tuner / antenne combinatie. Door het samenspel van de VU meters, de afstemknop en de wide / narrow toggle switch – eerst zoeken op ‘wide’ en eventueel daarna tunen op ‘narrow’ - blijkt het steeds opnieuw mogelijk om de juiste verhouding van sensitiviteit en selectiviteit te bereiken om signalen optimaal binnen te halen. Uiteraard doet de geluidskwaliteit onder voor die van LP en CD en daarom kunnen deze luistersessies mij dan ook niet doen besluiten om tot aanschaf van een tuner over te gaan. Maar bij het beluisteren van zenders die in een goede geluidskwaliteit uitzenden blijft de irritatie achterwege waarvan ik me nog goed kan herinneren dat hij optrad wanneer ik in het verleden enkele minuten aan het geluid van de tuner / kabelnetwerk combinatie blootgesteld werd.