Maar mijn aantekenblok blijft leeg, als Hiensch de eerste cd heeft gestart. De muziek, in dit geval Melody Gardots Our Love Is Easy, pakt ogenblikkelijk, en neemt me eigenlijk volledig in beslag. De stem van Gardot wordt zó levensecht gebracht, dat ik er kippenvel van krijg. En dat is iets wat ik maar heel zelden meemaak. Op een vreemde manier viel er verder ook niet heel veel meer over te zeggen, dan dat de indruk was: dit klopt helemaal. Het klinkt zo natuurlijk, zo vanzelfsprekend, zo juist; en in die zin herinnerend aan beroemde elektrostaten. Zij het dan dat de Kingdom Royal beschikt over veel royalere reserves en een dieper, ja, ‘royaler’ laag. Er wordt veel meer energie verplaatst dan bij volbereikselektrostaten.
Vervolgens luisteren we naar Nils Lofgrens overbekende live-cd, en daarvan het nummer Keith Don’t Go. Een klassieker, in audioland. Maar de demonstratie op Tannoy en McIntosh is er wel een van de buitencategorie. ‘Uit één stuk’, noteer ik. ‘Een krachtig en gecontroleerd laag. Strak. Puntig.’ Ook met Lofgren viel weer op hoe makkelijk het allemaal klonk, en hoeveel spelvreugde de set aan de dag legde. Alles was voorhanden: detaillering, lucht, plaatsing—maar tegelijk waren het termen die niet meer zo van belang leken. De belangrijkste indruk was een heel simpele: dat alles precies is zoals het moet zijn.
Opvallend is, dat dit resultaat bereikt wordt in een niet al te grote luisterruimte: 4 bij 7 meter. De Tannoy Kingdom Royal heeft dus kennelijk geen balzaal nodig om tot klinken te komen. Hiensch bevestigt: “Hij trekt zich geen bal aan van de ruimte. Hij kan bijna overal opgesteld worden.” Het opstellen wordt nog vergemakkelijkt doordat zowel de concentrische driver (in het hoog) en de supertweeter kunnen worden bijgeregeld tussen -3 dB en +3 dB.
Na Lofgren gaan we over op klassiek: om te beginnen van vinyl. Bij Klankbeeld staat de Creek Wyndsor (EUR 2800), met een door Van den Hul gemodificeerde versie van een Sumiko-element. We luisteren naar een oude plaat van Michael Newman, die Bach speelt op klassiek gitaar. Vinyl klinkt formidabel, wat volgens Klankbeeld niet in de laatste plaats te danken is aan de phonotrap in de McIntosh voorversterker. Vinyl heeft altijd iets organisch, iets levensechts, wat digitale bronnen niet in die mate hebben. Op de McIntosh/Tannoy-set komt dat fraai naar voren.
Ten slotte gaat Radiohead de cd-speler in. We draaien No Surprises van het overbekende album OK Computer. Ook na 12 jaar blijf ik No Surprises een formidabele compositie vinden. Een harp en een klokkenspel in een rocknummer! Enfin, wat zweefden die instrumenten mooi door de ruimte heen met de Tannoy/McIntosh-set. Wat parelde het klokkenspel mooi. En wat bleef de zangpartij indrukwekkend soeverein gescheiden van de instrumentale partijen. De afbeelding was volkomen stabiel.
Wie wil weten wat high-end audio op zijn best vermag, traktere zich op een bezoek aan Wageningen. Knoop er eventueel een bezoek aan de bijzondere Beeldengallerij Het Depot aan vast, of een wandeling door de botanische tuinen van de Landbouwuniversiteit, om weer een beetje ‘terug op aarde’ te komen. U zult het nodig hebben.
Klik hier voor meer informatie over de luisterdagen bij Klankbeeld.
ARTIKELKlankbeeld HiFi & Video
Luisteren
MERK