Dat de receptionist niet gewend is aan rondleidingen, blijkt wel wanneer één van de journalisten een foto maakt. De man schiet direct in de strenge modus. “Geen foto’s, daar doet EMI nogal jumpy over”, zegt hij. Al sinds de jaren dertig van de vorige eeuw is het Britse platenlabel eigenaar van het pand. Het was destijds Gramophone Company, een voorloper van EMI, dat het huis kocht en ombouwde tot opnamestudio’s. In 1931 werd het geopend met een opname van het door Sir Edward Elgar gedirigeerde London Symphonic Orchestra.
Die opname vond plaats in Studio One, waar onze rondtocht begint. Wie op straat voor Abbey Road Studios staat, kan niet vermoeden dat het pand een studio ter grootte van een flinke sporthal bevat. De ruimte biedt plaats aan een orkest tot zo’n honderd personen. Naast de ontelbare klassieke opnames, diende Studio One sinds begin jaren tachtig ook als locatie waar tientallen film- en game soundtracks het licht zagen. Zo dirigeerde John Williams hier zijn orkest bijvoorbeeld richting de muziek voor vijf van de zesStar Wars-films en werd, meer recent, de soundtrack voor Prometheus er opgenomen.
Prometheus
Onze gidsen hebben een rijke historie binnen Abbey Road Studios en zijn daardoor een vat vol anekdotes. Zo vertellen zij over de opnames van de muziek voor Harry Potter And The Deathly Hallows: Part 2. “Nadat de regisseur vlak voor de deadline van de film besloot zijn montage aan te passen, moest ook de muziek veranderd worden. Een orkest werd opgetrommeld en de muziek opgenomen. Vervolgens moest deze nog gemixed en gemastered worden. Slechts enkele uren voordat de film gedistribueerd moest worden, was alles af.”
Terwijl Gareth en Jim hun verhaal doen vanuit de controleruimte, wordt Studio One ingericht voor de opname van muziek voor een game. Film- en gamemuziek wordt namelijk steeds meer de core business van Abbey Road Studios, dat twee jaar geleden zelfs enige tijd door EMI in de etalage werd gezet. Door de veranderende, steeds kleiner wordende markt, maar vooral verbeterde technieken, kiezen artiesten en bandjes er steeds vaker voor thuis een studio in te richten. “Kun je thuis een album opnemen? Ja hoor, geen probleem”, zeggen onze gidsen. “Klinkt het dan hetzelfde als in Abbey Road? Nee”, voegen ze er snel aan toe.
Niet alleen beschikt Abbey Road Studios volgens de twee over een unieke akoestiek, ook biedt het een grote verscheidenheid aan apparatuur. Soms vele tientallen jaren oud. “Maar wel met een erg specifiek geluid.” Als voorbeeld nemen Gareth en Jim de in Studio Two opgestelde Neumann M50 microfoons. “Deze zijn nog steeds erg populair bij onze opnameleiders. Ze gaan zelfs zo ver, dat ze op de lijst met benodigdheden specifieke serienummers noteren. Want iedere M50 heeft zo zijn eigen weergave”, zegt Jim.
Niet alleen de engineers, ook de artiesten zijn natuurlijk eigengereide figuren. Al komen ze wel met een duidelijk doel naar Abbey Road. “Om een mooie opname te maken”, zegt Gareth. Voor sterallures is geen plaats in de befaamde studio’s. “Imago blijft achter bij de voordeur”, lacht de gids. “Artiesten komen hier niet om hun ego te laten masseren, maar om een plaat te maken. Daarvoor betalen zij ons.” Ter illustratie: de kale huur van Studio Two bedraagt 1800 pond (ruim 2200 euro) per dag.
Wie door de gangen van het imposante complex loopt, ziet een verscheidenheid aan apparatuur en instrumentarium. Ouderwetse opnameapparatuur, versterkers, luidsprekers of zelfs complete mengpanelen uit vervlogen tijden. “Het mengpaneel daar in de hoek werd in de jaren ‘60 door technici van EMI gebouwd”, vertelt Gareth in de controleruimte van Studio Three. “Wanneer mensen op zoek zijn naar een echte vintage sound, sluiten we deze aan. Want het werkt allemaal nog steeds.”