De FMJ serie is op dit moment de enige full-size serie met losse componenten van dit Britse merk, en beslaat dan ook een stereo- en een surrounddeel. De strakke vormgeving en het dikke metalen front geven een rustige en stabiele indruk. FMJ is de afkorting van Full Metal Jacket, wat natuurlijk op de kwaliteit van de behuizingen slaat. Bij de bouw daarvan wordt veel aandacht aan trillingsdemping besteed, en ook wordt speciaal resonantie-arm staal voor de kasten gebruikt, wat volgens de ontwerpers van Arcam in rust en stabiliteit in het geluidsbeeld zorgt.
Arcam A38
De A38 versterker levert 2x105 watt, en heeft een uiterst kloeke voeding die niet alleen veel vermogen levert, maar ook aardig wat stroom. Een andere bijzonderheid van de Arcam A38 is dat de volumeregeling analoog plaatsvindt, maar digitaal wordt gestuurd, en instelbaar is in drie gradaties van verfijning. Ik koos voor de Reference stand, die tussen 0 en +72 dB in stappen van 0,5 dB werkt. Ook handig is dat van iedere input van de A38 de gain (zeg maar ingangsgevoeligheid) tussen -12 en +12 dB kan worden aangepast, zodat iedere bron even luid kan worden weergegeven.
Arcam CD37
De CD37 cd-speler heeft een prettig groot display dat van een redelijke afstand goed te lezen is. En goddank een keer geen blauw, maar heerlijk rustgevend groen van kleur. De CD37 speelt behalve cd’s ook sacd’s, en maakt gebruik van de als zeer goed en betrouwbaar bekend staande Wolfson 8741 DAC-chips. Om het kostbare analoge signaal zo veel mogelijk in de watten te leggen wordt in de uitgangstrap onder meer gebruik gemaakt van hoogwaardige Burr/Brown op-amps en geselecteerde WIMA condensatoren. Naast een dubbele analoge uitgang zijn er een coaxiale en optische digitale uitgang achter op de speler te vinden, alsmede een mini-jack in- en output voor de systeemafstandsbediening.
Luisteren
Op papier is dit zonder meer een fraaie combinatie, en de verwachtingen waren dan ook hoog gespannen toen de door mijzelf samengestelde schijf met luistertracks in de cd-speler verdween. Ik had de Contour S 3.4 twee maanden geleden al horen spelen in de luisterruimte van de redactie en ik herinnerde me dat ik toen niet heel erg onder de indruk was. Wat ik nu hoorde was evenwel totaal andere koek. Waar de luidspreker eerst een beetje verstopt en in zichzelf gekeerd klonk was er nu snelheid, detail en vooral een verbluffende ruimtelijkheid. Wat was er in de tussentijd gebeurd?Â
Snel redenerend kwam ik tot twee bevindingen. Ten eerste dat de luidsprekers de vorige keer nog lang niet ingespeeld moeten zijn geweest, en ten tweede dat de Arcam set die er nu op is aangesloten waarschijnlijk een veel betere ‘match’ geeft. Het verbaast me telkens weer hoeveel verschil een versterker kan maken. Niet alleen in klankkleur, maar ook in kracht en dynamiek, en daarmee in hoge mate in realisme en geloofwaardigheid.Â
Arcam A38
De baritongitaar van Pat Metheny in Ferry ‘Cross The Mersey (van het album Quiet Nights) heeft een heerlijke warme toon, met veel hout en de kenmerkende piepgeluidjes van vingers die op de hals van het instrument over de snaren schuiven. Snelheid is er genoeg, wat voor een realistische projectie zorgt, die ook nog eens erg goed geproportioneerd is. De basvibrafoon van Werner Pirchner op het ECM album EU vult de hele ruimte, en het geluid is niet alleen breed, maar lijkt ook ver achter de luidsprekers te weerklinken. Dat geldt ook voor de eerste, bijna aarzelende trompetstoot in het nummer Amsterdam Blue (Cortege) van Jon Hassell op de soundtrack van The Million Dollar Hotel. Terwijl de langzaam pulserende bas en gitaarkast-percussie van Ry Cooder en zijn zoon Joachim je bijna in trance brengen sterft de trompet oneindig ver in de diepte uit. Erg fraai!
Hoe strak het laag is en hoe goed versterker en luidspreker elkaar aanvullen en in bedwang houden merk ik als mijn geliefkoosde track Thanks To You van Boz Scaggs flink hard draai. Alles in de ruimte trilt volgens mij aardig mee, en de gratis rugmassage die dit nummer op dit volume geeft is ook mooi meegenomen. De woofers slaan niet eens zo heel ver uit, de kast trilt nauwelijks mee, en van kleuring of boemerigheid is totaal geen sprake.
Kasten voor de Dynaudio Confidence serie liggen te wachten op verdere bewerking - foto: Marc Brekelmans
Tot slot nog een track die de detaillering in het hoog mooi laat horen; Alphabet Angel van David Sylvian (Dead Bees On A Cake). Dit nummer begint met een zacht aangeslagen bekken (een ‘ride’, voor de kenners), wat gedurende het hele nummer doorloopt, wat alleen hoorbaar is als er voldoende detail wordt weergegeven. Eerlijkheid gebiedt te zeggen dat ik dat pas een enkele keer heb meegemaakt (is ook erg afhankelijk van het volume), en hier haalt de Contour S 3.4 het net niet ten opzichte van de bijna tien keer zo dure luidspreker waar ik het voor het eerst op hoorde. Maar gezien de prijs van de Dynaudio is dat absoluut geen schande, en ik moet toegeven dat ik liever de wat zachtere klank van de fantastische soft-dome van Dynaudio in het hoog heb dan net iets teveel detail wat in andere opnames juist gaat irriteren.