Wil je weten hoe de Bowers & Wilkins 802 D3 eruitziet in jouw kamer? Klik hier om het uit te proberen! >>
Terwijl de in deel 1 besproken Bowers & Wilkins 805 en 804 D3 modellen nog grotendeels hun vertrouwde en meer klassieke vormgeving hebben behouden, is dat bij de nieuwe 803 en 802 D3 wel anders. Want hoewel beiden vooral door de 180 graden gedraaide laagbehuizing een heel ander lijnenspel en techniek hebben gekregen, is het met name de 803 D3 die nu ineens tot een kleinere 802 lijkt te zijn getransformeerd! Enige domper op de vreugde is dat de prijzen voor al dit moois behoorlijk fors zijn gestegen. Zonder enige terughoudendheid bestormen deze uitdagers daarmee ook ineens het ‘gevaarlijke’ territorium van de kleinere gespecialiseerde top high-end aanbieders. Lukt het Bowers & Wilkins om tot dit illustere gezelschap toe te treden?
De eerste aanzet is in ieder geval al veelbelovend. Want hoewel ook de ‘instap’ 805 en 804 D3 al uiterst serieus moeten worden genomen in hun prijsklasse, dwingen de twee grotere modellen alleen al door hun werkelijk gigantische verpakkingsdozen vanaf het eerste moment respect af. Respect dat al snel overgaat in verbazing en vervolgens bewondering, wanneer blijkt dat eigenlijk de gehele verpakking bijzonder ingenieus in elkaar steekt. Vooral wanneer na het gewichtige transport de doos kan worden verwijderd, blijkt deze na het losmaken van de twee spanbanden in een oogwenk geheel te kunnen worden weggeklapt. Alleen het solide kunststofplateau met daarop de luidspreker en een ingebouwde afrijplank blijven uiteindelijk nog over. Deze laatste valt in een laatste stap in een oogwenk aan het plateau te bevestigen, waarna je heel gemakkelijk de luidspreker (die standaard op soepel rollende wielen staat) de doos uit kunt rijden.
Als eerste is de ronduit indrukwekkende 803 aan de beurt. Een waar topmodel dat ondanks de nodige gelijkenissen met zijn voorganger toch een wezenlijk anders totaalvoorkomen toont. Dat de laagbehuizing 180 graden is gedraaid blijkt namelijk nog maar één enkel aspect van de totale metamorfose, of zeg maar gerust complete transformatie, te zijn. Nadere beschouwing leert dat zelfs alle verhoudingen en gebruikte materialen, compleet verschillend zijn. Als u dan ook nog bedenkt dat nagenoeg alles van deze modellen in eigen huis wordt vervaardigd, dat er vele jaren onderzoek is verricht en het beoogde kwaliteitsstreven nog veel hoger is dan voorheen, dan heeft u ook meteen antwoord op de prangende vraag waarom deze modellen zoveel meer moeten kosten dan hun voorgangers.
Revolutionaire 803
Al sinds de introductie heb ik er geen geheim van gemaakt dat ik van alle nieuwe 800 D3 modellen het meest naar de 803 D3 heb uitgekeken. Want als er één model echt helemaal niets meer met zijn voorgangers te maken heeft, is het deze incarnatie wel. Waar de vorige editie nog veel weg had van een uit de kluiten gewassen 804, blijkt de 803 D3 veel meer van een verkleinde 802 weg te hebben. Hoewel maten van 116 cm hoog, 33,4 cm breed en 49,8 cm diep natuurlijk niet bepaald klein zijn, maken ze wel het zeer belangrijke verschil dat deze kleinere 802 nu wel naadloos in veel normale huiskamers zal kunnen worden geplaatst. Naast een minder grote kast heeft Bowers & Wilkins speciaal voor de 803 D3 ook voor de allereerste keer een kleinere maat uit massief aluminium vervaardigde turbinekop ontworpen. Daarvoor bleek het ook nodig om de nieuwe state-of-the-art Continuum middenunit mee te verschalen. Het uiteindelijke eindresultaat is een luidsprekerunit die nu 13 cm in plaats van de bekende 15 voor de grotere kop van de 802 meet. Uiteraard blijft het hier niet bij en zijn ook de twee woofers van dit 3-weg basreflex systeem van 20 cm naar 18 cm teruggebracht. De 2,54 cm diamanttweeter is en blijft vooralsnog voor alle modellen gelijk.
Hoe serieus Bowers & Wilkins de kwaliteit neemt blijkt al snel wanneer ook het gewicht van 41 kilo voor de 803 D2 generatie, naar 65,5 kg voor een 803 D3 is gestegen! Toch blijkt tegen de verwachting in, het verplaatsen door de vier standaard ingebouwde wielen, reuze gemakkelijk. Je voelt op zich wel dat je een serieus gewicht aan het verplaatsen bent, maar het is nog steeds heel goed te doen door slechts één persoon. Een andere slimme vinding is dat pal naast deze vier wielen, ook standaard vier spikes zijn verborgen. Wanneer eenmaal de juiste plaats is gevonden, hoeft de luidspreker enkel nog iets schuin te worden gehouden, om vervolgens met de ingebouwde uit de kluiten gewassen vleugelmoeren de spikes uit te draaien. Hierdoor worden de wielen automatisch van de grond gelicht en komen de luidsprekers als de spreekwoordelijke rots opgesteld te staan.
Bizarre specificaties
Naast het onverwacht hoge eigengewicht, zijn ook de specificaties op zijn minst opvallend positief te noemen. Want waardes voor het frequentiebereik die lopen van 19 Hz tot 28 kHz bij +/- 3 dB vanaf de referentie-as, heb ik bij dit formaat nog niet eerder bij een passief luidsprekersysteem gezien! Extra bijzonder is dat de Bowers & Wilkins ingenieurs er ook nog eens in zijn geslaagd om dit zeer diep doorlopende laag te combineren met een mooi hoog rendement van 90 dB (1 m bij 2,83 Vrms). Zelfs het impedantieverloop laat met een gemiddelde van 8 Ohm en een minimum bij 3 Ohm bij 100 Hz, geen verborgen negatieve verrassingen zoals vervelende fasedraaiingen zien. Waar bij de vorige 802 het wisselfilter nog in de massieve voetplaat was gemonteerd, heeft deze bij de nieuwe 803 en 802 modellen een plaats aan de binnenzijde van het over de hele lengte aangebrachte aluminium profiel gekregen. Hierdoor zijn niet alleen de filtercomponenten veel dichter bij de benodigde luidsprekerunit gebracht, maar ontstaat ook een maximale stabiliteit en koeling bij hoge belastingen. Helemaal onderaan dit profiel zijn overigens twee paar zeer hoogwaardige luidsprekerconnectoren geschikt voor zowel single wiring als bi-wiring/bi-amping aangebracht.
En de 802 dan?
Ik kan mij heel goed voorstellen dat mensen na mijn bijzonder enthousiaste 803 inleiding bijna zouden gaan twijfelen of de grotere 802 eigenlijk nog wel een toegevoegde waarde heeft. Want waarom zou je nog eens € 5.000,- (per paar) extra uit gaan geven als één maatje kleiner misschien al goed genoeg is? Toch is deze vraag vrij eenvoudig te beantwoorden: de 802 is vooral bedoeld voor mensen die kwalitatief alleen voor het beste willen gaan en daar bovendien het extra geld en de ruimte voor hebben.
Net als de 803 oogt ook de nieuwe 802 ondanks zijn substantiële maten van 121 cm hoog, 39 cm breed en 58 cm diep, kleiner dan hij feitelijk is. Dit wordt met name veroorzaakt door de vele ronde vormen, terwijl zeker een kleur zoals de nieuwe mat witte uitvoering met zilverkleurige turbinekop, daar nog eens extra aan bijdraagt. Het compromisloze high-end gevoel wordt nog verder verhoogd wanneer blijkt dat de naald van de weegschaal tot een letterlijk verpletterende 94,5 kilo doorslaat! Alsof dat nog niet genoeg is nemen de opgegeven specificaties nu zelfs bijna griezelige waarden aan. Wat namelijk te denken van een werkelijk indrukwekkende 17 Hz bij -3dB? Een waarde die wederom in combinatie met het mooi hoge rendement van 90 dB, een nieuw record binnen zijn afmetingen voor passieve luidsprekers neer weet te zetten! Het mooie daarbij is dat deze bijna onwezenlijke waarden door enkele buitenlandse collega tijdschriften daadwerkelijk konden worden gestaafd en dus gelukkig geen marketingstunt blijken te zijn.
Zoals reeds bij het 803 gedeelte vermeld, bezit de 802 de grotere turbinekop van de twee en zijn alle units enkele centimeters groter qua diameter. Beide modellen zijn overigens ook met een geheel nieuwe onderhuidse matrixconstructie uitgerust, Een ware ‘tour de force’ waarin enerzijds minder, maar anderzijds ook veel dikker materiaal (multiplex) is toegepast. Groot verschil met de voorgangers is dat nu bewust voor een mix uit verschillende materialen is gekozen, waarbij een tweetal net achter het voorpaneel aangebrachte massief aluminium panelen zowel de basis voor de twee woofers, als ook de belangrijke ruggengraat van deze nieuwe opzet vormen. Doel van deze oefening is om naast een maximaal stijfheid ook een zo onhoorbaar mogelijke kastconstructie te verkrijgen. Last but not least draagt een naar onder gerichte baspoort zowel bij aan het hogere rendement en een dieper doorlopend laag, als een grotere plaatsingsvrijheid.