Afgelopen zomer waren wij op doorreis naar het zuiden van Frankrijk en zijn we een nachtje blijven slapen in de buurt van Chambord, alwaar we in de avondzon genoten van een goed maal, met uitzicht op het schitterende kasteel van Chambord. Niet wetende dat daar zestig jaar geleden voor het eerst de Elipson BS 50 aan het publiek werd getoond tijdens het festival Son et Lumière.
Evenmin kon ik in de verste verte vermoeden dat die luidspreker nog geen jaar later in onze huiskamer zou staan. Weliswaar in een andere materiaalsoort, met een andere unit, maar tegelijk is deze Tribute-versie trouw gebleven aan het oermodel uit 1952. Voluit staat BS 50 voor "Boule de Staff de 50 cm de diamètre".
Reacties op het uiterlijk zijn nogal uiteenlopend. Wie de kamer betreedt, weet soms niet eens wat die bollen moeten voorstellen. Wanneer wij vertellen dat het luidsprekers zijn, volgt een reactie van ongeloof. Je ziet ook niet elke dag een luidspreker die bestaat uit een bolvorm met een diameter van 50 centimeter, die op een frame staat zodat de hoogte op 74 centimeter komt. Maar dan bent u er nog niet: op de bol staat een schelp die de totale hoogte van het object naar 1 meter 20 brengt. De bolle behuizing werkt als een basreflex-systeem met een grote poort aan de onderzijde. Inwendig vinden we een nog een dichte kamer, slechts geopend met een dunne pijp, die werkt volgens het principe van een Helmholtz-resonator.
Een principe dat Elipson in en voor 1952 al toepaste en nog steeds gebruikt. Ook de beroemde 1303 van Elipsonuit de 70er jaren gebruikte deze techniek. De bol zelf is licht gevuld met dempend materiaal. Aan de bovenzijde is de kap van de bol "afgesneden", zodat in dat gat de luidspreker kan liggen. Elipson is niet erg scheutig met informatie over wat men gebruikt en ik durf de bol niet te slopen. Wat ik kan zien is een laag uniten een losse dome-tweeter, diein het hart is gemonteerd. Ik schat de woofer op 17 cm doorsnede, duidelijk met een behandelde papieren conus, terwijl de tweeter een doorsnede heeft van 25 mm. Vóór de units zit een metalen rooster in een aluminium rand. Het geluid zou op die manier dus naar boven gericht zijn, ware het niet dat op de BS 50 Tribute een schelp staat die het geluid reflecteert en naar de luisterpositie richt. Een techniek waarmee Elipson veelvuldig heeft geëxperimenteerd in het verleden en die men zelfs zo ver wist te perfectioneren, dat veel Elipson’s jarenlang hun weg vonden naar studio’s van de ORTF en concertzalen. Tenslotte vinden we op de achterzijde de zware luidsprekeraansluitingen (voor blank draad, bananen of spades) en een logo van Elipson.
Maakte Elipson de bollen en de schelpen vroeger uit gips dat werd versterkt met kippengaas, de huidige bollen en schelpen zijn van epoxy composiet materiaal. De bolvorm is zo ongeveer de meest ideale vorm van een luidspreker, omdat een bol inwendig geen staande golven kent en daardoor geen resonanties heeft. Bovendien kan een voorbeeldig afstraalgedrag van de behuizing worden gerealiseerd, omdat er geen front en kastwanden zijn. Uiteraard is het afstraalgedrag ook sterk afhankelijk van de toegepaste luidspreker unit(s) en, in het geval van de BS 50 Tribute, van de vorm van de schelp. Na Elipson hebben veel meer fabrikanten de voordelen van de "bol" ontdekt; denk maar eens aan B&W. Ik zou mij zomaar kunnen voorstellen dat de witte ondergrond van de BS 50 Tribute ideaal is voor een kunstenaar die de bollen een geheel eigen karakter kan geven,waarmee unieke kunstwerken ontstaan die bovendien muziek geven.
Heel even heb ik met de gedachte gespeeld mijn kleindochters met viltstiften aan de slag te laten gaan, maar de verwachting dat ik daarna bij de importeur 4000 Euro zou moeten aftikken hield me tegen. De BS 50 Tribute blijkt gemakkelijk plaatsbaar: het is niet nodig veel te schuiven (dichter bij of juist verder van de muur). Bij mij staan ze, gemeten van de bol naar de muur, 30 cm van de achterwand en 70 cm van de zijwandenen daarmee hart op hart 2,30 meter uit elkaar. Ik draai de luidsprekers lichtjes in, de schelpen langs de luisterpositie gericht. De installatie bestaat uit een RipButler NAS, een NAD M50 netwerkspeler, Esoteric D-07 D/A-Converter, Audia Flight Strumento No. 1 voorversterker en van hetzelfde merk een 50 watt klasse A eindversterker. Kabels komen van Supra (CAT7+), Apogee (Wyde-Eye XLR), Yter (XLR analoog) en Crystal Cable (SpeakReference en Power Reference). Kemp Elektroniks leverde de netfilters en overige stroomkabels.