Auto en film zijn hecht verweven. De Bond-films zijn een treffend voorbeeld, maar aan de andere kant van de oceaan viert Chevrolet inmiddels ook een 50-jarig jubileum; als ster van het witte doek. We schreven er vorige week al over in deel één van dit tweeluik.
Het bezoek aan Hollywood leverde een buitenkansje op, meldden we in het eerdere stuk ook al. Tijdens de Chevrolet Film Night in de Paramount Studios ontmoetten we een aantal grote regisseurs en producten. Ze spreken niet alleen vrijuit over de ontwikkelingen in de filmwereld, maar uit de mond van Avatar-producer Jon Landau noteren we ook nog intrigerend nieuws over een nabije toekomst met een sterk verbeterde kwaliteit van filmprojectie in de bioscoop én bijpassend hoogwaardige home entertainmentsystemen.
Aanleiding van ons bezoek aan de Paramount Studios is het feit dat maar liefst twee Nederlanders een prijs uitgereikt krijgen voor het behalen van een top-3 positie in de Young Creative Chevrolet wedstrijd. Deze competitie is bedoeld als stimulans voor jonge studenten aan kunst- en design opleidingen. Kenny van Mierlo en Cristian Kalse scoorden hoog in de categorieën ‘korte film’ en ‘foto’. Hun werk is via deze link te zien.
De Film Night werd geheel in stijl gevierd, compleet met rode loper, beroemde auto’s uit de filmwereld, een indrukwekkend legertje topregisseurs en -filmproducenten en vanzelfsprekend een klinkende after party. Om precies te zijn op de filmset van een straat in New York, met vol zicht op de fameuze watertoren van de Paramount Studios. Sprookjesachtig, mag je rustig stellen. En het bleef nog lang onrustig in Hollywood, zullen we maar zeggen.
Nieuwe generatie filmtechniek
Dan het nieuws over de technologische ontwikkelingen. In een groepsinterview en gesprekken achteraf met high-profile regisseurs en producers wordt duidelijk dat met name Avatar de film- en entertainmentwereld flink heeft opgeschud. De sprong vooruit in technologie lijkt zelfs de filmelite te verrassen.
Producer Jon Landau: “In Avatar moet je technisch gesproken twee zaken onderscheiden: een ervan is 3D, maar dat is meer de vorm waarin je het giet. Dat slaat trouwens vooral aan in Europa en andere internationale markten. Zie het als de overstap van zwart wit naar kleur destijds: ook toen veranderde niets aan wat je moet doen om een goede film te maken. Volgens mij was de echt grote doorbraak in de eerste Avatar film (Landau werkt nu aan deel 2 en 3, red.) vooral dat we levensechte synthetische karakters konden genereren. Computer gegenereerde Avatars met eigen persoonlijkheden die aansloten op die van de acteurs en het publiek echt konden pakken. Dat is denk ik niet eerder zo gelukt.”
Filmproducent Jon Landau
Ian Bryce, onder andere producent van de Transformer-films ziet inderdaad een wereld van verschil met de aanpak van bijvoorbeeld Chevrolet Camaro Bumblebee die verandert in een Autobot. “Wij hebben de mogelijkheid om alles wat we nodig hebben op straat te filmen – auto’s en echte mensen – en de rest wordt aangevuld met CG. Een computer gegenereerde werkelijkheid met bijvoorbeeld de robots. Het verplicht je natuurlijk wel om vooraf een geweldig gedetailleerde previz te maken, zoals we dat noemen. In essentie een soort high-end strip of tekenfilm.”