Recensie: Golden Ear Triton 2


Thomas van den Bossche | 02 mei 2014 | GoldenEar

We ontmoeten elkaar voor het eerst in oktober vorig jaar. Op de stand van More Music tijdens de Belgian Hifi Show, meer bepaald. Daar stonden twee rank ogende luidsprekers zo’n beetje de sterren van de hemel te spelen…

Dat gebeurt natuurlijk wel vaker op audioshows, dat van die sterren en die hemel. En al helemaal als we het over de stand van high-end invoerder More Music hebben. Maar de clou zit hem eigenlijk niet zozeer in de audiokwaliteit op zich, maar wel in het opmerkelijke prijskaartje dat daarbij hoort.

Een koppel Golden Ear Triton 2 luidsprekers kost immers precies 3.000 euro. En dat is echt haast te mooi om waar te zijn. Tenminste: dat was wat ik dacht toen ik ze voor de eerste keer hoorde. Het logische gevolg was een dringende vermelding op mijn ‘Zeker testen!’ lijstje. Het heeft uiteindelijk nog een hele poos geduurd eer die test eindelijk kon doorgaan, maar goed.

De merknaam Golden Ear is niet erg bekend in audioland. Dat komt omdat het bedrijf pas sinds 2010 bestaat. Desondanks is chief designer/CEO Sandy Gross bepaald geen beginneling. Sterker nog: de man is een levende legende in audioland. Onder meer omdat hij eerder al Polk Audio en Definitive Technology opstartte. Maar goed, we zouden het over de Triton 2-luidspreker hebben.

The devil’s in the details

Sandy Gross claimt dat de gunstige klankmatige eigenschappen van de Triton’s grotendeels het gevolg zijn van een sterk doorgedreven zin voor detail. Het gaat hierbij om een groot aantal details die volgens Sandy beter uitgevoerd zijn als bij de concurrentie. Op zichzelf zorgt zo’n individueel detail niet voor wereldschokkende verschillen, maar gezamenlijk hebben ze wel degelijk een stevige impact op het eindresultaat.

Het ontwerpteam heeft zich met name beziggehouden met aanpassingen die geen al te zware impact hebben op het prijskaartje. Zodat er op het einde een product zou overblijven met een opmerkelijke prijs/kwaliteitverhouding

 Eén Triton 2 weegt 27 kilogram en is 122 cm hoog. De luidspreker is 38 cm diep en 13 cm breed. Meet je achteraan, dan is de Triton 2 19 cm breed. Het frequentiebereik loopt van 16 Hz tot 35 kHz. Jawel, van 16 Hz. Dat is een hoogst uitzonderlijke waarde, die zelfs op bakbeesten van subwoofers nauwelijks voorkomt.

Die 16 Hz zal de Triton 2 ongetwijfeld bijlange niet op het 0 dB niveau kunnen weergeven – dat wil zeggen: even luid als de overige frequenties -, en dus is dat getal eigenlijk niet zo vreselijk belangrijk. Feit is dat de laagweergave waarschijnlijk wel een eind verder doorloopt – dankzij de architectuur met de ingebouwde subwoofer – dan je zou verwachten bij een luidspreker met deze afmetingen. De gevoeligheid bedraagt 91 dB, de nominale impedantie is ‘compatible met’ 8 Ohm.

 

Een Triton 2 bevat twee rechthoekige 13 x 23 cm subwoofer drivers en twee passieve radiatoren – in Golden Ear jargon: ‘quadratic planar infrasonic radiators’ van 18 x 25 cm. Hogerop zit een High Velocity Folded Ribbon (HVFR) tweeter, met daarboven en daaronder een 11.5 cm mid/laag eenheid. Dat zijn vijf actieve drivers voor elke luidspreker, plus twee passieve radiatoren.

Wat de drivers in de Triton 2 met elkaar gemeen hebben, is dat ze erg smal zijn. En dat is niet toevallig. Het is namelijk zo dat bij de initiële, rechtstreekse afstraling van een dynamische driver, er ook wat geluid weglekt naar de zijkanten van de driver. Dat vervolgens met een klein faseverschil alsnog wordt afgestraald. Door de driver compact te houden, is de afstand die wordt afgelegd naar de zijkanten kleiner, en is het faseverschil bijgevolg ook kleiner. Zo klein, dat de hersenen het niet meer als dusdanig registreren. Voila!

Sandy Gross houdt van luidsprekers met ingebouwde subwoofers. Dit omdat een subwoofer enerzijds beter in staat is om de laagste frequenties behoorlijk weer te geven en anderzijds omdat dankzij het integreren het samenspel met de rest van het muzikale spectrum perfect kan uitgevoerd worden. Dat kan met een losse subwoofer ook wel, maar het is veel moeilijker.  

Maar ook aan de hoogweergave is de nodige aandacht besteedt. Daar wordt namelijk een High Velocity Folded Ribbon tweeter voor ingezet. Deze bestaat uit een gevouwen driver die in het horizontale vlak beweegt, en op die manier de lucht in beweging brengt.

Het principe verschilt eigenlijk niet zo erg van dat van een accordeon. Hoe het ook zij, een ribbontweeter heeft normaal gezien een aantal specifieke klankmatige eigenschappen. En ja, die heb ik tijdens de luistertesten inderdaad gehoord.

Mooie looks

Als je de Triton 2’s in een woonomgeving onderbrengt, dan lijken de afmetingen heel erg mee te vallen. Ja, ze zijn tamelijk hoog, maar door de zwarte kleurstelling en omdat ze erg slank zijn valt dat nauwelijks op.

En okee, ze zijn erg diep, maar ook valt op één of andere manier niet zo op en sowieso stoort het ook niet. Wat overblijft: een slanke, betrekkelijk compacte vloerstaander. Tot wanneer je de dozen ziet waarin ze geleverd worden. Dan pas besef je hoe groot deze dingen écht zijn.

De luidsprekers zijn netjes afgewerkt, maar meer ook niet. Rondom de structuur is luidsprekerdoek gewikkeld, zoals dat vroeger ook al bij luidsprekers van Mirage en Definitive Technology toegepast werd. De sokkel onderaan, evenals het ‘deksel’ dat bovenop de luidspreker ligt, is met een glanzend laagje afgewerkt. Het ademt niet echt het premium gevoel uit, maar daar is het prijskaartje natuurlijk ook wel naar.

Elke Triton heeft een klassieke luidsprekeraansluiting – nothing fancy here – die enkelvoudig uitgevoerd is, met daarnaast ook een LFE-ingang op cinch en een stroomaansluiting. Die laatste twee dienen natuurlijk om de ingebouwde subwoofer van, respectievelijk, signaal en stroom te voorzien. Het is echter niet noodzakelijk om de LFE-aansluiting te gebruiken.

Sterker nog, de fabrikant geeft aan dat het systeem op zijn best presteert als je enkel de gewone luidsprekeraansluiting gebruikt. Als de Triton’s in combinatie met een AV-receiver gebruikt, dan kan je er bij de instellingen best voor kiezen om de frontluidsprekers op ‘Large’ of ‘Full Range’ te zetten.

Met de ‘Subwoofer Level’ draaiknop achterop kan je dan het volume van de subwoofer – die zowel het gewone laag als het LFE-laag weergeeft – instellen. Klinkt allemaal veel ingewikkelder dan het eigenlijk is.

Luisterplezier

Pokkegriezels, dit – ‘Return of the She-king’ van Dead Can Dance - klinkt wel heel erg overtuigend. Het dreunende laag is diep, uiterst solide en het dreunt dan wel  - zoals de opname voorschrijft –, maar minder lang dan op de meeste vergelijkbare luidsprekers. Wat een andere manier is om te zeggen dat de bas mooi strak is. De shaker aan het begin van de track, evenals de snaredrumroffels, ijlen nergens na.

Nu probeer je je allicht in te beelden hoe dat in de praktijk klinkt, zo’n luidspreker die ‘niet naijlt’. Het is best wel moeilijk onder woorden te brengen, maar als je het hoort, is het meteen duidelijk. De muziek klinkt er strakker en meer gestructureerd door, en ritmischer ook. Het klinkt realistischer, meer zoals een echt muziekinstrument. En er ontstaan ook wat meer lege ruimtes in de muziek. Nu ja, ‘ontstaan’ is eigenlijk niet de juiste term.

Het is integendeel zo dat door naijl effecten de opvulling ontstaat. Het is dus beter om te stellen dat de Tritons de stiltes behouden en ze niet kunstmatig opvullen. En ook al gaat het over fracties van een seconde: qua ervaring scheelt het een hoop.

Voor ik het vergeet: de test set-up bestaat uit een Sonos Connect-streamer en een Marantz SR5008 AV-receiver.  Vaak spelen luidsprekers véél beter in mijn grote set – met Meridian processing en McIntosh monoblokken -, onder meer door de daar aanwezige Velodyne subwoofer. Maar deze keer mis ik de Velodyne nauwelijks. En het valt op dat de Triton’s heel tevreden snorren met de Marantz als aansturing.

Een track à la ‘Old and Wise’ van Alan Parsons Project klinkt geweldig op de Golden Ears. Het volume gaat dan ook wagenwijd open. Dat gebeurt automatisch als het lekker klinkt, je moet er maar eens op letten. Ook lachen: ‘L’Abielle’ van Guem & Zaka. Afrikaanse percussie van de allerbeste soort die door de Golden Ears met veel zwier en aplomb wordt weergegeven. De conga’s en de bongo’s vliegen me zo’n beetje rond de oren. Even de ogen sluiten en ik bevind me meteen in een stofferig, zweterig Afrikaans dorpje waar de 21ste eeuw nog niet helemaal is doorgedrongen.

Okee, en dan nu de nadelen. De Triton’s zijn niet de meest analytische luidsprekers. Ze laten heus wel een hele hoop details horen, maar niet op een laboratoriumachtige manier, waarbij elk laagje individueel in zijn eigen wereldje zit. De Triton’s maken er eerder een gezellige, muzikale bende van. Nu is dat eigenlijk vooral een nadeel als je de Triton 2’s als studiomonitor zou willen gebruiken. Een studiomonitor hoeft niet goed te klinken en hoeft ook geen glimlach op je gezicht te toveren. Een studiomonitor is een werkinstrument. Dat Triton 2’s tovert wél een glimlach op je gezicht en klinkt wél goed – heel erg goed zelfs-, maar het is géén werkinstrument.    

Er is nog heel wat meer muziek beluisterd op de Triton’s, maar dat heeft niet tot inzichten geleid die al niet duidelijk waren na de eerste luisteruren. Toen al stond het naar mijn idee als een paal boven water dat deze knapen vijf sterren verdienen. Niet omdat er helemaal niets meer te verbeteren valt qua geluidsweergave, maar wel omdat het een extreem moeilijke opdracht is om een luidspreker te vinden die beter klinkt voor dit budget. 

Conclusie

Als je kunt leven met het formaat, de looks en de styling, en als je niet meer dan € 3.000 voor een paar luidsprekers wil/kan uitgeven: Doen! Wil je nog beter geluid dan dit, dan kan dat. Maar reken dan wel op een significante meeruitgave. Want ook binnen een prijsklasse tot € 5.000 en meer zijn deze knapen nauwelijks te kloppen. Vandaar dus die vijf sterren…

 + Geweldige geluidskwaliteit

+ Subwoofers inbegrepen!

+ Onovertroffen prijs/kwaliteitverhouding

- Twee stopcontacten nodig

- Afwerking is gewoontjes