Nog steeds lees en hoor ik te vaak dat het toevoegen van een subwoofer aan een stereo installatie afbreuk doet aan de set. Kopers van een subwoofer zouden slechts uit zijn op goedkoop effectbejag en het toevoegen van een boem bas, om de huiskamer te transformeren tot een van zwarte ramen voorziene Volkswagen Golf, waarvan het dak op en neer gaat op het dreunen van de bas. Storend voor de omgeving en de inzittenden jagend naar hun eerste hoortoestel. Niets is minder waar. Een goede subwoofer geeft zoveel extra aan een mooie set. Geeft zoveel meer informatie vrij en laat de ambiance ademen. Dynaudio snapt hoe je een subwoofer maakt. Zelfs een kleintje. Leest u maar.
De Sub 250 is een kleine gesloten kubus van ongeveer 29 x 29 x 32 cm. Waarin een woofer gemonteerd wordt van 240 mm. De woofer heeft een conus die is gemaakt uit magnesium silicaat op een polymeer. Aan de conus, opgehangen in een soepele rubber surround, zit een 100 mm spreekspoel uit aluminium draad gewikkeld. Dat het een echte Dynaudio unit is herken je aan de forse stofkap die wezenlijk onderdeel is van de conus zelf. De magneet van de woofer is relatief klein en de woofer weegt niet zoveel. Wat het geringe gewicht van de Sub 250 (10 kilo) deels verklaart. Het achterpaneel van de behuizing biedt plaats aan de versterker, die 230 Watt levert aan 4 Ohm. De versterker is opgebouwd rond een geschakelde voeding, die ondanks de kleine afmeting van de trafo, in staat is het vermogen te leveren. Geen klasse D schakeling zo te zien, maar klasse AB of B. De versterker heeft geen eigen compartiment en "kijkt" tegen de achterkant van de woofer aan. Een eigen compartiment vind ik altijd wat fraaier, omdat de elektronica dan geen mechanische stress ondervindt door de luchtwervelingen in de kast. Het frequentiebereik loopt van 29 Hz tot 250 Hz binnen +/- 3dB. De ingangimpedantie is 10 kOhm, uitgang 100 Ohm. Ingangen en uitgangen alle in cinch uitgevoerd. Een automaat zorgt ervoor dat de sub inschakelt als er signaal aan de ingang is. Wat perfect werkt, zelfs op heel lage volumes. Hulde.
Dynaudio maakt de Sub 250 zo flexibel als mogelijk. Hij is inzetbaar als subwoofer voor zowel een stereo set, een home cinema set en als centrale woofer bij satellietsystemen. De handleiding munt uit in de duidelijkheid hoe u e.e.a. aansluit, daar hoef ik niet op in te gaan. Van boven naar beneden zien we op het achterpaneel een volume regelaar, dan een low pass filter instelbaar tussen 50 tot 150 Hz en een fase schakelaar (0 of 180 gedraaid). Een volgende schakelaar laat u kiezen uit twee modes: slave waarmee de unit als slave werkt op een master Sub 250, dus bij het toepassen van twee subs tegelijk, of LFE, een niet gefilterde ingang die ervan uit gaat dat uw surround processor of extern cross-over filtert. Uiteraard is er een ingang voor de LFE input en een slave uitgang. Twee volgende ingangen zijn voor links en rechts stereo, gecombineerd met stereo uitgangen voor satellieten. Tenslotte nog een schakelaar die u laat kiezen of aangesloten satellieten (met eigen versterker) een volledig muzieksignaal zien, of dat ze afkappen op 60 of 80 Hz. Afhankelijk van de gekozen ingangen, uitgangen, versterker en luidsprekers configureert u uw systeem. Er is geen ingang om de Sub 250 aan te sluiten op de luidspreker uitgang van uw versterker, een methode die Rel vaak kiest, maar mijn voorkeur niet heeft.
Omstandigheden
Gezien de toepassing van de Sub 250 in mijn set, vol stereo met full range satellieten, sluit ik de twee stereo ingangen aan op de pre-out van een Van Medevoort MA240 versterker. Door die keuze te maken staat de volumeregelaar ter beschikking evenals de fase schakelaar en kan ik spelen met het laagdoorlaat filter. Ik kom al gauw op 180 graden fase draaien en een afsnij frequentie die afhankelijk van de luidsprekers ligt tussen 50 en 65 Hz. 50 Hz op Impulse IMP monitors met basreflexpoort en 65 Hz op ATC SCM 12 wat een gesloten systeem is. Bron is een Marantz CD 63Se met Trichord klok, die een Musical Fidelity X-Dac V3 aanstuurt. Interlinks Chord Chameleon Silver Plus en Chord Odyssey 4 luidspreker kabel. Stroomvoorziening is opgebouwd met behulp van Supra LoRad kabel en een Supra verdeelblok. Stands tenslotte, een paar Alphason Aragon AG-60s, zonder spikes vanwege de linoleum vloer die ik graag heel wil houden. De kamer waarin de set staat is 2,85 meter bij 4,40 meter en redelijk levendig. Door het ophangen van boekenplanken en het neerzetten van een logeerbed heb ik nauwelijks last van staande golven. Een luie stoel op 2,50 meter van de luidsprekers maakt het luisteren tot near field monitoring. Een prettige ervaring die erg veel inzicht geeft in de muziek en de opname.
Meelopen
De Sub 250 staat al een fors aantal weken op permanente basis mee te spelen als ik de pen ter hand neem. Luiigheid is de oorzaak dat ik nu pas een recensie maak. Gecombineerd met het feit dat de sub een wezenlijk onderdeel van de set geworden is, die ik liever niet zie vertrekken uit de luisterruimte. Zelfs in de beperkte ruimte met een inhoud van 33 kubieke meter blijkt de ondersteuning van een subwoofer cruciaal voor muziek plezier. Met de nadruk op subwoofer. Teveel verwart men een centraal geplaatste baskast, die dient om satelliet speakers en mini monitors te voorzien van het broodnodige laag, met een subwoofer die niets anders doet dan het laag van het hoofdsysteem, dat op zich prima in staat is tot full range weergave, naar onder toe met één of meerdere octaven uit te breiden. Een subwoofer ademt mee in een systeem, vraagt nimmer de aandacht, en als hij goed staat afgesteld vraagt u zich met regelmaat af of het nodig was om er geld voor uit te geven. Zo zacht staat hij. Tot u hem uitzet en de volle stemmen en klankrijke bas in het niets verdwijnen. Het voordeel van een sub, of liever nog twee subs in master-slave opstelling, is dat u al het goede behoudt van een monitor luidspreker (plaatsing, stereobeeld, definitie, snelheid) en toch bas krijgt. Zonder te hoeven vervallen in grote vloerstaanders. Bovendien kunt u met een losse sub zelf regelen hoeveel laag u erbij wilt. Uw hoofdversterker hoeft minder te zwoegen en visueel acht men een sub met monitors vaak aantrekkelijker. Dat laatste argument geldt voor ons audiofielen uiteraard niet.