De reeds op de redactie van HiFi.nl ingespeelde LS50’s worden naar de luisterruimte op mijn kantoor gebracht. Daar krijgen ze een plek op de zware Atacama stands en kan er meteen geluisterd worden.
Nu ligt het misschien voor de hand om meteen alle mooie mannen- en vrouwenstemmen uit de kast te trekken om de LS50 meteen van zijn sterkste kant te kunnen laten zien. Daarom kies ik voor het volledig instrumentale Chromakey Dreamcoat van het werkelijk prachtig geproduceerde album The Campfire Headphase van de (Schotse!) band Boards of Canada. Een rammelende, lichtelijk vervormde gitaar vormt de rode draad van het nummer.
Statische ruis op de achtergrond roept het gevoel op van verlaten stranden. Plots valt de drumcomputer in... strak en dynamisch. Mijn voeten volgen de beat, het hoofd de melodie. Het beeld wordt breed weggezet, de gitaar stijf in het centrum, de elektronische snaredrum in fanfarestijl schuin erachter. Okee, de allerlaagste tonen (onder de 45Hz is de koek in mijn luisterruimte toch echt ver op) worden niet krachtig weergegeven, maar eigenlijk mis ik ze niet. De illusie van een diep doorlopende laagweergave wordt prachtig in stand gehouden.
Als Led Zeppelin daarna hun ruim 25 minuten durende live-versie van Dazed and Confused inzet (te vinden op: How the West Was Won) wordt het podium aan beide zijden een stuk kleiner. De hele band staat nu zowat tussen de luidsprekers. Maar Robert Plant is met gestrekte armen wel haast vanuit de luisterpositie aan te raken. De ferme klappen van John Bonham zijn weer enkele meters achter hem te horen. Tot het moment dat Jimmy Page een gitaareffect van rechts naar links door het geluidsbeeld laat schieten blijft het beeld een beetje tussen de speakers hangen. Maar het effect weet de onzichtbare barrière te doorbreken en eindigt pas ver buiten de linker-luidspreker. Ieder detail van zijn uitzinnige gitaarspel is met de ogen dicht te volgen. Detaillering zonder de vaak daarmee gepaard gaande hardheid of schelheid. Zelfs op hoog volume - en daar nodigt de muziek zeker toe uit - blijft de weergave uiterst aangenaam maar enerverend. Wie heeft het nog over triviale zaken als geluidskwaliteit? Dit is verstand op nul, luchtgitaar in de hand en gas erop.
“Hello Operator!”, roept Jack White van The White Stripes op het album De Stijl. De hoofdrollen in dit Bluesrock nummer zijn weggelegd voor de heerlijk scheurende gitaren die vooraan in het geluidsbeeld staan, en een geweldige solo op de mondharmonica. Als de muziek plots stilvalt zijn het de rimshots van Meg White die verrassend levensecht weergegeven worden en daarmee voor een vreemde break zorgen. De drive en dynamiek van deze track werken aanstekelijk via de LS50's en weer is het lastig stil te blijven zitten.
Na 30 minuten inspanning is het hoog tijd voor rust en contemplatie. Come Home is zo’n prachtig, country-achtig liedje van Ryan Adams (van het album Ashes & Fire) dat me in de juiste sfeer moet brengen. De melancholieke toon van het nummer wordt versterkt door het subtiele spel van Greg Leisz op steel guitar. De zwoele achtergrondzang is van Norah Jones. Ieder detail, Adams frummelt in het begin nog wat aan zijn gitaar, is duidelijk hoorbaar. Met de ogen gesloten verdwijnen de luidsprekers volledig. Maar met de ogen open gebeurt er nog iets bijzonderders: Adams verschijnt als een geest tussen de luidsprekers, aanwezig maar toch ook weer niet. Die illusie is met de ogen open zelfs nog sterker dan met de ogen gesloten. De haartjes op mijn armen gaan in het gelid staan, de traanbuizen maken zich op om te vuren. Hier kan ik uren naar luisteren.
Tijd voor iets anders: Somethin' Else van het gelijknamige Cannonball Adderley album opent als een vraag en antwoordspel tussen Miles Davis op trompet en bandleider Julian 'Cannonball' Adderley op altsaxofoon. Deze Hard Bop klassieker dateert uit het begin van het stereotijdperk, maar mijn digitale versie is er een in onvervalst mono. Naast genoemde jazz-grootheden zijn ook Art Blakey, Hank Jones en Sam Jones op deze Rudy van Gelder opname te horen. Zowel het spel van de muzikanten als de opnamekwaliteit zijn van uitzonderlijk hoog niveau. De LS50's vangen de klankkleur van trompet en saxofoon perfect - zouden die conussen daarom in koper zijn uitgevoerd? - maar ook het spel van Art Blakey op drums en Sam Jones op bas wordt met veel gevoel voor ritme weergegeven. Ook nu is het weer lastig om stil te blijven zitten, en de voeten proberen, meestal tevergeefs, de gecompliceerde ritme's en tempowisselingen te volgen. De weergave is zo ruimtelijk dat ik zelfs even vergeet dat ik naar een mono-opname zit te luisteren.