Volumio heeft een mooie reputatie opgebouwd met muzieksoftware die steeds beter wordt. Maar met de (nieuwe) Primo, Rivo en Integro wil het Italiaanse bedrijf aantonen even sterk te zijn in hardware.
In deze review gaan we de drie toestellen bekijken die de aanstormende generatie vormen bij Volumio: de Integro, de Rivo en de Primo. Streaming staat bij het trio altijd centraal, maar zoals je snel zal ontdekken past elk op een andere manier in een muzieksysteem. De rode draad bij dit alles is de software van Volumio.
Volumio in Vogelvlucht
Dit jonge Italiaans bedrijf, opgericht door Michelangelo Guarise, liep eerst in de kijker vanwege zijn mediaspelersoftware, maar begon een paar jaar geleden eigen hardwareproducten te ontwikkelen. In de achtergrond werkte Guarise al mee aan toestellen van derden, zoals Pro-Jects Stream Box Ultra S2, maar in 2020 lanceerde Volumio een streamer die echt helemaal van hun was. Dat was de Primo. Maar wacht eens even: een van de apparaten die we hier bekijken heet toch ook Primo? Dat klopt, want de nieuwe Primo is een volgende stap na die eerste EISA Award-winnende Primo. Misschien dat het beter Primo 2 heette, maar door hun heel ander design is de kans klein dat je Primo-verwarring ervaart.
Je verwacht misschien dat de (nieuwe) Primo, Rivo en Integro drie streamers zijn die steeds duurder geprijsd worden, onder het Appleiaanse motto ‘goed-beter-best’. Maar dat is niet zo. Het zijn drie heel verschillende toestellen: de Integro van 1.199 euro is een geïntegreerde versterker met streaming ingebouwd, de Rivo is een netwerktransport of een streamer met enkel digitale uitgangen van 989 euro, en de Primo is een 799-euro kostende streamer met een ingebouwde ESS-DAC. Wat is wel hetzelfde: het industriële design, de rode toetsen waar we zo op terugkomen, én de onderliggende Volumio-software.
Hoe zit het ook weer met Volumio?
Het is je vergeven als je verward raakt door het gebruik van de naam ‘Volumio’. Er is namelijk Volumio het bedrijf maar ook Volumio de software. Het eerste maakt het tweede, dat op zijn beurt weer de motor is voor producten die het eerste bouwt. Of maken we het nu zelf ingewikkeld? Hoe dan ook, Volumio begon als een openbron mediaspeler en kan nog altijd zomaar gedownload worden. Het is onder meer beschikbaar voor de Raspberry Pi en de Tinkerboard van Asus, gratis en voor niets. Soms wordt het dan aangeduid als VolumioOS.
Je moet het dus zelf installeren op eigen hardware. Niet moeilijk, maar je moet dan werken met generische hardware die niet per se ontworpen werd voor audiotoepassingen en het allemaal zelf in een behuizing stoppen. Als je wenst kun je deze gratis software wel upgraden naar Volumio Premium. Die stap kost circa 78 euro per jaar en voegt heel wat interessante functies toe, zoals ingebakken streamingdiensten, ondersteuning voor cd-drives en multiroomfuncties, incluis ondersteuning voor Sonos- en Chromecast-speakers.
Koop je een Primo, Rivo of Integro, dan krijg je automatisch de functies van Volumio Premium erbij. Bovendien is de soft- en hardware echt op elkaar afgestemd. Met Guarise hebben we doorheen de jaren wel vaker gesproken, en uit die gesprekken bleek dat hij en zijn team heel gefocust zijn op die hardwareoptimalisaties. Dat verwacht je misschien niet van een bedrijf dat begon als softwareontwikkelaar, maar de hardwarekant is zeker niet iets dat er zomaar wordt bijgenomen. Er is bijvoorbeeld heel goed nagedacht over de keuze voor de Infineon-versterkingsmodules in de Integro of over de DAC-implemenatie in de Primo.
Compact met rode toetsen
Met een grootte van een hardcoverboek kun je de drie Volumio’s nauwelijks fors of potig noemen. Ze lijken bovendien op elkaar, al is het uiterlijk van het drietal telkens subtiel net even anders. Maar eerst over de grote lijnen, want die zijn bij elk Volumio-apparaat wel hetzelfde.
Voor het design ging het merk te rade bij Design Narratives, een bureau dat ook werkt voor namen als Bosch en Philips. Op hun website kun je trouwens Volumio’s ander hardwareproject ontdekken, de Motivo. Ook iets bijzonders, een soort tabletop-streamer die bijna volledig uit een touchscreen bestaat, en al enkele jaren geleden te zien op de High End München-beurs. Door omstandigheden is het echter keer op keer uitgesteld en zijn deze drie apparaten uiteindelijk eerst verschenen, voor het eerst gepresenteerd op HEM 2022.
Bij de Integro, Rivo en Primo bestaat het chassis uit een aluminium omhulsel in gunmetal-grijs dat dankzij fel afgeronde hoeken fraai van boven rond de zijkanten naar de basis van het toestel vloeit. Het lijkt gestroomlijnd uit één stuk te bestaan, maar dat klopt niet helemaal. Onderaan zie je dat het toch uit twee delen is samengesteld, wellicht om toegang te krijgen tot de onderliggende componenten.
En als je toch naar die onderkant loert: de voeten zijn integraal deel van de behuizing. Zo voegen ze iets frivool toe aan het ontwerp en laten de toestellen visueel een beetje zweven boven de grond.
Even speels zijn de metaalrode accenten aan de voorkant. Bij de Primo en Rivo hebben we het over een rood vierkant met een lichtgevende led, bij de Integro zijn het twee rode draaiknoppen die de aandacht trekken. Zij flankeren een klein display waarop het volumeniveau verschijnt in een oldschool pixel-lettertype, en dienen om het volume en de ingangen te kiezen.
De gevel van elk Volumio-toestel is ook net anders. Het valt bijna niet op als je het toestel op een foto ziet, maar bijvoorbeeld bij de Primo bestaat de voorkant uit een stuk zwart houtfineer. Bij de Rivo spreek je dan weer over een lichtblauw metaal. Deze netwerkspeler is dan ook het opvallendste designstatement van de hoop.
Je mag dus gerust stellen dat Volumio voor dit trio een wat ongewone look koos. Het is inderdaad iets anders dan de typische zwarte rechthoek die in de hifi-wereld heerst, maar dat vinden we niet erg. De goede bouwkwaliteit en de afwerking van de behuizing doen deze toestellen sowieso op z’n minst in lijn met of zelfs duurder overkomen dan wat er gevraagd wordt. Bij alle drie is de voeding extern; met name bij de Integro gaat het om een wat grotere adapter. Maar niets dat onmogelijk is om achter een meubel te verstoppen.
Snel ingesteld
Alle drie toestellen draaien Volumio. Dat betekent dat je ze op dezelfde manier bedient: via een app op je Apple- of Android-toestel. Heb je een of ander obscuur mobiel toestel of wil je ze bedienen vanaf een pc? Dat kan, want de interface van Volumio is ook volledig beschikbaar via een webpagina.
Ook het instellen gaat bij de Integro, Primo en Rivo op dezelfde manier. Als je verkiest met WiFi te werken, installeer je best eerst de Volumio-app op je smartphone of tablet.
Je krijgt dan de nodige instructies opgediend om je mobiel toestel met Volumio-apparaat te verbinden, waarna je het wachtwoord van je eigen netwerk kunt invullen. De toestellen herstarten dan heel snel, waarna je ze verder kunt instellen. In principe zal de app de spelers automatisch vinden (via Bluetooth) en gaat het instellen heel pijnloos. Dat was op onze Samsung-smartphone zo, op de iPad moesten we iets vaker op ‘opnieuw zoeken’ drukken om die connectie te leggen. Maar uiteindelijk kunnen we niet klagen, echt veel moeite kostte het niet om de Volumio-apparaten online te krijgen. Je kunt trouwens ook werken met een ethernetkabel.
De rode draad
Oorspronkelijk is Volumio ontworpen als een speler voor eigen muziekbestanden die wellicht op een NAS vertoeven. Dat kan nog altijd, net zoals het afspelen van muziek vanaf USB-opslag of zelfs een microSD-kaartje. Die opties zijn bij alle drie geteste toestellen aanwezig. Ondersteuning voor hi-resformaten is ronduit uitstekend.
Later werd aan Volumio allerlei functionaliteit toegevoegd via plugins. Met extra software downloaden en installeren hoef je bij deze toestellen niet meer bezig te houden, want de meeste zaken zijn al vooraf geïnstalleerd. Roon Ready zijn ze bijvoorbeeld meteen. Maar die meer ‘techie’ origine verklaart wel de complexere opbouw van de interface. Vergeleken met de meeste streamers die we getest hebben, vind je hier bovengemiddeld veel mogelijkheden. Bij de instellingen ontdek je bijvoorbeeld ‘Bronnen’, met als eerst alles wat je nodig hebt om een verbinding te maken met een netwerkschijf.
Daaronder vind je een reeks streamingfuncties en andere opties die je naar wens kunt in- of uitschakelen. En het is een indrukwekkende lijst, gaande van Roon Ready en Tidal Connect tot een metadatafunctie om je muziek te verrijken met informatie of een functie die toelaat dat je een cd-drive via USB aansluit om cd’s te rippen. Als je dat verkiest kun je de login-gegevens van Qobuz, Tidal of Highresaudio invoeren, zodat je deze diensten rechtstreeks in de Volumio-app kunt gebruiken. Met name de Qobuz-integratie is heel geslaagd. Bij het beluisteren van muziek via deze dienst zie je niet enkel albumhoezen en gegevens van de artiest, maar ook een bio.
Muziek wordt rijk voorgesteld
De innerlijke geek wordt echt wel met deze software aangesproken, want ook als het gaat om hoe de interface zich presenteert en qua het afspelen kun je veel aanpassen. Wil je grote of kleine albumhoezen en artiestenfoto’s downloaden? Welke favoriete bronnen wil je tonen? Volumenormalisatie of niet? Moet Roon DSD-bestanden omzetten naar PCM om je netwerk te ontlasten? Dat kan. Kortom, hoewel de software uit de doos heel goed werkt, kun je ook even bezig zijn met je eigen Volumio-toestel te personaliseren.
Optierijk en geeky staat vaak synoniem voor niet zo mooi, maar dat is bij deze derde versie van Volumio niet langer het geval. De presentatie van je muziekbibliotheek is heel geslaagd, en bepaalde zaken zijn echt geweldig. Hoe Volumio bijvoorbeeld snel metadata opzoekt als je eigen muziekbestanden afspeelt, waardoor je een heel rijk afspeelscherm te zien krijgt. Met een paar tikken lees je meer informatie over een artiest of het album.
Het is niet helemaal zo weelderig en uitgebreid als Roon misschien, maar toch een leukere ervaring dan een doorsnee mediaspeler. Ook het gedeelte waarbij je speakers groepeert – en dat kan dus pakweg de Integro met een Sonos One in de keuken zijn – is goed gedaan.
Er valt dus veel positiefs te vertellen over de gebruikservaring van Volumio. Toch liepen we af en toe verloren, voornamelijk wanneer we ons weg zochten door de verschillende streamingbronnen of een muziekcollectie. Een paar kleine UI-tweaks zou dat kunnen oplossen; het zijn ook geen dealbreakende zaken.
Nog meer opties?
Een aantal streamingopties is al aan bod gekomen, waaronder de diensten ingebakken in Volumio. Daarnaast kun je ook webradio beluisteren. En ja, er is een plugin om de lossless FLAC-radiostations van Radio Paradise af te spelen. De meeste plugins zijn vooraf aangebracht, maar niet alles. Omdat Volumio al zoveel opties bevat, ga je wellicht niet gauw nog meer plugins toevoegen (al is dit heel eenvoudig: klikken en even wachten).
Toch vermelden we er één graag nog even, omdat het echt uniek is. Je kunt namelijk een koppeling leggen met Bandcamp, waardoor je playlists en nieuwe releases die op dit platform kunt afspelen. Helaas is het niet mogelijk om een brug te slaan naar je eigen Bandcamp-account om aangekochte muziek af te spelen – maar deze heb je wellicht sowieso gedownload.
Naast alles wat Volumio te bieden heeft, kun je ook muziek streamen via Airplay, Spotify Connect en Bluetooth. De drie toestellen ondersteunen bij dat laatste verschillende aptX-codecs, wat deze toestellen goed doet klinken als je streamt vanaf je smartphone.
Overal HDMI
De Volumio-apparaten beschikken allemaal over HDMI-poorten. Dat gaf bij de introductie van de toestellen bij ons de indruk dat je de Volumio’s kon inzetten als soundbar-vervanger. Zeker bij de Integro veronderstelden we dat het een HDMI-ARC-ingang zou zijn, zodat je die versterker kon gebruiken voor tv-geluid. Het zou deze Italiaan een uitdager maken voor pakweg de Sonos Amp of de Bluesound PowerNode. Helaas is dat niet het geval. Je kunt wel je televisie aansluiten via de optische ingang op de Integro en zo toch je tv-geluid naar de speakers sturen. De afwezigheid van een fysieke remote is dan wel een ding.
De HDMI-poort op de Integro, Rivo en Primo is uitsluitend te gebruiken als uitgang. Sluit je tv aan en je kunt de Volumio-interface op een gigantisch scherm tonen. Sommigen vinden het vast prettig dat je dan albumhoezen en informatie op grootschalig kunt bewonderen. Maar het lijkt een beetje een gemiste kans, toch voor de Integro. Grappig: als je deze optie inschakelt en je zet een van de Volumio’s aan, dan zie je een half minuutje lang een hele hoop code voorbijvliegen. Maar dat is enkel na een koude start.
Volumio Integro
Toch nog even over het design: bij de Integro is de kleine voetafdruk echt een pluspunt. Het maakt het makkelijk om kunt kleine versterker heel discreet opstellen, op een tv-meubel bijvoorbeeld. In een klassieker hifi-meubel ogen de Primo en Rivo dan misschien wat meer als buitenbeentjes, maar dat heb je wel vaker bij compacte streamingoplossingen.
Achteraan vind je trouwens een verrassend ruim palet aan ingangen. Twee USB-poorten, een microSD-sleuf, twee digitale inputs (coaxiaal en optisch) én een analoge cinchpaar die eventueel voor een platenspeler kan dienen… het is wel wat.
Ondanks zijn bescheiden afmetingen is de Integro een volwaardige versterker. Je sluit een paar luidsprekers, die aangestuurd worden door een klasse D Merus MA12070P-chipoplossing van Infineon in een dual mono-opstelling. Bij dit pad komt er geen aparte DAC aan te pas, deze Merus-chips zetten zelf digitaal om naar een analoog signaal. De beloofde 2 x 50 Watt (bij 8 Ohm) is best indrukwekkend als je ziet hoe klein het toestel is. Hiermee kun je wel al iets doen, zeker in combinatie met makkelijker aan te sturen weergevers.
We sloten de Volumio-versterker bijvoorbeeld aan op een paar Canton Reference 7K-vloerstaanders en het resultaat was zeker niet pover. De traditionele percussie op ‘Huldufolk’ van SKÁLD – een Franse folkgroep die heel Noors klinkt, wat minder bizar wordt als je je herinnert dat een stukje Frankrijk Normandië heet – zette de Integro op deze Duitse speakers met veel kracht en impact neer. Een bijzonder album trouwens; na een reeks folknummers krijg je opeens groezelige Viking-versies van Rammsteins ‘Du Hast’ en ‘A Forest’ van de Cure opgediend. Even subtiel als een bende baardige Noormannen die op de voordeur van je klooster staan te beuken, dat. Positief is de aanwezigheid van een sub-out om een subwoofer aan te sluiten, handig als je deze versterker met kleine speakers wil combineren en dan toch iets beleving qua bassen zoekt.
Wat ook in het oog springt is dat Volumio extra moeite deed om een aparte het hoofdtelefoonluisteren aan een betere kwaliteit mogelijk te maken, onder meer een aparte DAC en versterkingsmodule. Of toch te zorgen dat het in staat om lastigere hoofdtelefoons aan te sturen. We konden met de nieuwe Sennheiser HD 660S2 prima naar muziek luisteren op deze versterker.
Volumio Primo
De eerste Primo was een zeer functioneel ogende doos. Goedkoper ook, maar inmiddels zijn we een aantal jaren en inflatieprocenten verder. De nieuwe Primo is bovendien qua hard- en software veelzijdiger, dus het is wel een geëvolueerd product. Dat merk je onder meer aan de aanwezigheid van gebalanceerde XLR-uitgangen, een ongewoon iets op dit prijspunt. Op vlak van ingangen is de Primo heel beperkt, maar dat past bij het concept.
Dit toestel is eerder bedoeld als een upgrade bij een oudere analoge versterker dan als een digitale hub – die rol is eerder weggelegd voor de Rivo. Alhoewel, het is mogelijk om met de Primo via USB een andere DAC aan te sturen. Dat deden we bijvoorbeeld met de Primare PRE35-voorversterker, die over een USB klasse B-ingang beschikt. De twee USB-poorten en een microSD-sleuf voor een geheugenkaart kun je daarnaast gebruiken om ter plekke opslag met muziekbestanden aan te sluiten.
Volumio noemt de Primo zelf een streamer met een ‘high-level DAC’. Om exact te zijn bevat het een 9038Q2M-chip van ESS in een differentiële opstelling die de geluidsvloer zou doen dalen. Het klonk in elk geval uitmuntend, met goede timing als microdetail, zowel toen we het aansloten op een Primare-set van een PRE35 en A35.8 op de Cantons als bij een oude Sony TA-A1ES met een setje DALI Rubicon 2’s. De Primo was bij die Sony van tien jaar geleden met name via de gebalanceerd verbinding een fraaie aanvulling, en we kunnen de Volumio goed zien in deze rol als verbeteraar die oude hifi nieuw leven inblaast.
Onder meer bij ‘Total Madness’, een verzamelaar van het fijnste werk van de Britse skalegende, genoten we van de niet overanalytische maar toch detailrijke weergave. Hits als ‘One Step Beyond’ of ‘Baggy Trousers’ moeten het echt hebben van die typische snelle skaritmes, en die percussie werden vinnig en goed gedefinieerd aangeleverd. Het is op dit prijspunt een sterk resultaat – en, als we denken aan de lichting Chinese goedkope DAC’s die Amazon en co overspoelen, volgens ons ook het bewijs dat een goede implementatie van een DAC-chip stukken beter kan klinken.
Volumio Rivo
Van het drietal lijkt de Rivo het buitenbeentje te zijn. Het is om te beginnen duurder dan de Primo, die nochtans wel meer kan. De Primo bevat zowel streaming als een DAC, terwijl de Rivo nog een aparte DAC nodig heeft. Dat lijkt onlogisch, maar – aldus Volumio – heeft te maken met het betere elektronische ontwerp.
De missie van de Rivo is dus beperkter. Je kunt hem enkel gebruiken als digitale bron met een ander toestel die over digitale ingangen beschikt. Dat zou een DAC kunnen zijn. Denk dan bijvoorbeeld aan een DAC cq hoofdtelefoonversterker in de headfi-sfeer. Maar met de Rivo zou je ook streaming kunnen toevoegen aan een oudere geïntegreerde versterker met een digitale ingang. Dat kan een optische input zijn, maar dit apparaat kan ook een DAC via USB aansturen. Dat is wel interessant omdat je zo hi-resmateriaal in hogere kwaliteit kunt doorsturen. Ten slotte kan een Rivo een bron zijn voor een paar actieve speakers.
Dat het klein is, is daarbij net heel interessant.
Conclusie
Zoals al inleidend werd gezegd kun je niet zomaar stellen dat de Primo beter is dan de Rivo of de Integro. Het zijn gewoonweg drie heel andere toestellen. Wel zijn de gebruikservaring en de mogelijkheden qua streaming bij het drietal identiek, met dank aan de Volumio-software. Die kennen we al een aantal jaar, waardoor we ook kunnen vaststellen dat het nu wel heel volwassen is geworden. Je kunt er heel veel mee en dankzij de plugin-aanpak krijg je krachtige functies. Maar out of the box biedt Volumio al alles wat je als veeleisende muziekliefhebber kunt wensen.
In veel opzichten is de Primo de ster van deze show. Het is de goedkoopste van het trio, maar komt wel met een DAC-gedeelte dat voor zijn prijs excellent mag genoemd worden. Het is ook bijzonder flexibel. De Integro is dan weer een heel gelikt alternatief voor pakweg een Sonos Amp. Het is een compacte versterker, maar toch beschikt het over voldoende vermogen en verfijning om veel speakers aan te sturen. Spijtig dat het geen HDMI-ARC aanbiedt, dan stond het heel dicht bij perfectie.
De Rivo is veel meer gefixeerd op één doel: het aanleveren van een digitale muziekstroom aan een DAC of een audiotoestel met digitale ingangen. Daar moeten we weinig woorden aan vuilmaken: dat doet het uitstekend. De Primo kan die rol ook vervullen, maar de Rivo is breder inzetbaar.
Volumio Integro
1.199 euro | beoordeling 4 op 5
Volumio Rivo
989 euro | beoordeling 4,5 op 5
Volumio Primo
799 euro | beoordeling 5 op 5