The Acoustical Mfg. Co. Ltd., oftewel QUAD


Kilian Bakker | 08 januari 2011 | Quad

In een Vintage Special hoort natuurlijk ook vintage apparatuur, van merken met een verleden. Dat aspect van de special begint met de fameuze audiofabrikant QUAD (opgericht in 1936 door Peter James Walker). QUAD heette in 1951 The Acoustical Manufacturing Company, Ltd. Een mondvol, maar hun toenmalige versterkers droegen juist weer vrij cryptische namen als `QA12/P` (Quality Amplifier, 12 Watt, Preamplifier-stage).

De QA12/P was een professionele versterker die ook naam had gemaakt bij privé muziekliefhebbers. Datzelfde jaar was het introductiejaar van een bijzondere versterker, genaamd Q.U.A.D. Die naam was, zoals vele liefhebbers zullen weten, een samentrekking van de term`Quality Unit Amplifier Domestic`.

Met de introductie van de Q.U.A.D. versterker was ook de gevleugelde QUAD-slogan geboren: "The Closest Approach To The Original Sound".

Gezien men in Huntingdon natuurlijk bezig bleef met het verfijnen van het aanbod producten werd in 1953 een nieuwe versterker aangekondigd: de QUAD II. Deze versterker bleek een groot succes, zowel bij muziekliefhebbers als studio`s (o.a. de BBC) en zelfs laboratoria. De QUAD II werd het boegbeeld van dit innovatieve bedrijf (een status die hij later deelde met de in 1955 aangekondigde ESL) waardoor de naam `QUAD` niet veel later op al hun apparatuur prijkte en uiteindelijk de naam van het bedrijf zelf werd (QUAD Electroacoustics, Ltd.).

De complete historie van QUAD is reeds uitgebreid besproken in Ken Kessler`s boek The Closest Approach. In dit vintage-artikel wordt daarom eens niet elk van de vele opmerkelijke prestaties van Peter Walker en zijn collega`s besproken, maar drie QUAD-mijlpalen die het toenmalige familiebedrijf uit Huntingdon op de internationale audiokaart hebben gezet.

QUAD II

Zoals in het bovenstaande reeds genoemd, gaf de Acoustical Q.U.A.D. II mono buizenversterker de alom geliefde Engelse audiofabrikant zijn uiteindelijke naam. Twee dingen vallen op wanneer men een QUAD II versterker in levende lijve ontmoet: het in zilvergrijze lak afgewerkte chassis is opmerkelijk compact en praktisch voor een versterker uit de jaren `50 van de vorige eeuw en bij het beluisteren zal men merken dat hij bepaald niet gedateerd klinkt. Sterker nog, hij kan menig moderne buizenversterker prima bijbenen en qua weergavekwaliteit in veel gevallen zelfs overtreffen.

Elke Quad versterker uit het Peter Walker tijdperk werd ontworpen rond een geheel nieuw en uniek circuit (in 1978 kreeg hij zelfs een Queen`s Award For Technological Achievement voor zijn `Current Dumping Amplifier`). Voor de QUAD II maakte hij gebruik van een op D.T.N. Williamson`s `Ultra Lineair` concept gebaseerde schakeling, wat hij `Super Ultra Lineair` noemde. Bij dit Super Ultra Lineair circuit wordt locale negatieve terugkoppeling vanuit de uitgangstransformator naar de kathode van de eindbuizen gevoerd (in plaats van naar het schermrooster). Een lichte mate van negatieve terugkoppeling wordt toegepast om vervorming te verlagen, een meer vlakke frequentierespons te krijgen en de uitgangsimpedantie te verlagen.

De niet aflatende interesse voor deze versterker inspireerde het toen tot de Verity Group behorende Quad eind jaren `90 om een zwaar vergulde reissue van de QUAD II uit te brengen. Alhoewel die uitvoering veel tongen losmaakte was de zeer hoge prijs en de gelimiteerde uitgave een teleurstelling voor veel liefhebbers, om maar te zwijgen over de indruk die de erg in het oog springende vergulding maakte op veel Quad liefhebbers. Het huidige Quad (IAG) heeft sinds kort een eigen QUAD II versie in productie, maar het was Quad Musikwiedergabe die als eerste de QUAD II nieuw leven inblies door hem in de originele uitvoering en ongelimiteerd uit te brengen, inclusief de authentieke zilvergrijze lak. Quad Musikwiedergabe kan de QUAD II in twee uitvoeringen leveren: als volledig gereviseerde originele versterker (met naar keuze de authentieke Jones Plug en banaanbussen of alternatieve aansluitingen) of een geheel nieuw gebouwde QUAD II (met moderne aansluitingen). Quad MW kan originele QUAD II`s ook reviseren, in welk geval de twee chassis geheel worden gedemonteerd zodat ze (samen met de trafokappen) van nieuwe lak kunnen worden voorzien.

Vervolgens maakt men in Gering een nieuwe kabelboom met behulp van een `wiring board` (een plank, voorzien van schroeven of spijkers die de eindpunten en de route van de bedrading markeren) en worden nieuwe buizenvoeten aangebracht. Daarnaast worden alle weerstanden, condensatoren en het EF 86 Board vervangen zodat het signaal door nieuwe contacten, solderingen, componenten en bedrading loopt. Alleen het chassis en de originele trafo`s worden hergebruikt. Zowel de gereviseerde als de nieuwe uitvoering krijgen natuurlijk een complete set nieuwe buizen mee (gemaakt in China, met vrijwel hetzelfde uiterlijk als de originele buizen). De buizenset bestaat - per kanaal - uit een paar EF86`s (6267), een GZ32 (5V4G) en de vrij zelden toegepaste KT66`s (6L6G). Het maximaal continue uitgangsvermogen wordt opgegeven als 15 Watt (20 Hertz tot 20 kiloHertz) en de effectieve uitgangsimpedantie als 1,5 Ohm (de uitgang kan worden aangepast voor 7 of 15 Ohm).

De QUAD II blinkt uit in pure muzikaliteit, praktische bruikbaarheid, betrouwbaarheid en natuurlijk een hoge hebbeding-factor. Deze ultra-Britse monoblokken zijn - wanneer onderdeel van een met zorg samengesteld systeem - in staat om een zowel lichtvoetige als levendige weergave te bieden. Wat betreft weergeverpartners zijn er allereerst een aantal goede klassiekers (denk aan Quad`s eigen ESL, de BBC LS 3/5a en de Spendor BC-1) die een uitstekende match vormen. Maar wie een nieuw paar weergevers voor deze versterkers zoekt zal bij merken als Harbeth, Spendor en het Duitse Quad Musikwiedergabe zeer geschikte kandidaten vinden. Dit tegelijk klassieke en tijdloze ontwerp vertegenwoordigd in geheel gereviseerde uitvoering een goede waarde, mede gezien het voor velen qua opwaarderen een eindstation vormt. De QUAD II is een versterker voor echte platenverzamelaars, geen lustobject voor tweakfreaks want op de installatie volgt simpelweg luistergenot.

QUAD ESL

Het aantal ESL-liefhebbers blijft gestaag groeien ondanks het feit dat men in Huntingdon in 1984 de productie beëindigde. De eerste QUAD full-range elektrostaat werd medio jaren `50 als ultieme mono weergever gelanceerd. De Britse pers duidde het aan als "Walker`s little wonder". ELS was de oernaam, wat later werd omgedoopt tot de inmiddels alom bekende aanduiding ESL. Toen Peter Walker in 1981 zijn tweede elektro-akoestisch geesteskind de naam ESL 63 meegaf (naar het jaar waarin het onderzoek voor zijn `FRED` begon) kreeg de eerste elektrostaat van velen de toevoeging 55 of 57 terwijl de ontwerper zelf het simpelweg op ESL hield. Daar zou het waarschijnlijk bij zijn gebleven als QUAD Musikwiedergabe niet een nieuwe uitvoering had gelanceerd, genaamd ESL57 QA.

De QUAD ESL is op zijn zachtst gezegd een opvallende verschijning, met een verticaal gekromd multiplex frame wat aan de voorzijde van een lichtmetalen grille is voorzien. Met name die grille heeft bij non-audiofielen vaak tot het misverstand geleid, dat men met een elektrische straalkachel van doen had. Fraai vormgegeven houten zijlijsten accentueren de gebogen lijn en verzachten het uiterlijk design van de ESL. Drie typisch jaren `50 gestileerde houten poten maken het ongewone retro-uiterlijk compleet. De sierlijsten en poten waren standaard in beuken uitgevoerd maar zwarte en zelfs mahoniehouten afwerkingen zijn tevens leverbaar geweest. Ovrerigens levert QUAD MW nieuwe zijlijsten en poten in praktisch elke gewenste houtsoort en afwerking. Van binnen zijn per ESL drie elektrostatische panelen gemonteerd waarbij de middelste, wat het hoog en midden voor zijn rekening neemt, wordt geflankeerd door twee laagfrequent-panelen (een soort liggende D`Appolito opstelling).

Aan de achterzijde is het open frame afgewerkt in een meer open grille die zich om de audiotransformator en hoogspanningfsvoeding vormt. Aan de binnenkant van die achterplaat zijn ofwel kokosstrippen of een zware jute-achtige bekleding bevestigd door middel van bitumen-patches (afhankelijk van de fabricagedatum; de productieperiode duurde zo`n drie decennia). Achter het hoog/mid paneel zijn twee dunne viltstrippen aangebracht. Deze viltstrippen zijn overigens een essentieel onderdeel van het ontwerp en alhoewel de strippen achter de lagetonenpanelen in theorie kunnen worden verwijderd bij een opstelling waarbij de ESL`s verder dan 1,5 meter van de achterwand staan, is het toch altijd raadzaam om de dempstrippen te laten zitten.

Voor het hoog/midden paneel is de akoestische demping die door de tweevoudige strip wordt gecreëerd zelfs essentieel voor de correcte toonbalans en een verhoogde controle over het mid-laag bereik. De akoestische efficiëntie neemt door de strippen ook nog wat toe. De afstemming is vooral in het hoog kritisch. Dankzij de uitgebreide kleur- en houtopties die door Quad Musikwiedergabe worden geboden kan men een paar oude QUAD elektrostaten in een nieuw jasje steken en kunnen deze muzikale klassiekers na een opfrisbeurt worden beschouwd als een set bijzondere handgemaakte meubelstukken, in plaats van een visuele audio invasie.

Internet staat bol van de ESL thrillers waarin immer de beperkingen worden aangehaald. De meest belangrijke waarschuwing is dat werkelijk luide weergaveniveaus bij deze weergever in veel gevallen tot schade zullen leiden (en niet enkel aan de weergever). Er zijn beveiligings-printen verkrijgbaar voor de ESL, die zeker aan te raden zijn wanneer men geen QUAD II of 303 versterker gebruikt (wat geijkte en bovenal veilige aanstuurpartners zijn). Zoals Peter Walker het ooit zelf omschreef: "people wanted to play bassdrum and large orchestral music at realistic levels in American lounges. The poor ESL couldn`t do that". In de praktijk blijkt een goed paar ESL`s een opmerkelijk rijke, organische weergave te bieden die geenszins benauwd of benepen overkomt. Wie zich goed verdiept in de pro`s en con`s van de ESL zal ontdekken dat relatief grote ruimtes werkbaar zijn zolang men het resultaat eerder op ruimtelijke schaal dan druk beoogt. Headbangers need not apply.

De originele ESL blijft een timbre/lucht/fijnzinnigheids-weergever pur sang en qua middentonen weergave is het nog altijd de referentie voor menig luidsprekerontwerper. Natuurlijk kan men vier van deze jongens combineren tot een `stacked pair`, wat zeker helpt in weergaveniveau en impact maar wel een uiterst lage WAF tot gevolg heeft (de Mark Levinson QHD - QUAD Hartley Decca - weergever is de meest legendarische uitvoering van de stacked ESL, met joekels van subwoofers en band-tweeters). De QUAD ESL is een oude en zeer gerespecteerde bekende van schrijver dezes (een ongemodificeerd en relatief jong paar doet dagelijks dienst in de residentiële luisterruimte). Desondanks blijft Peter Walkers tweede full-range weergever (de Acoustcal Corner Ribbon was de originele HiFi weergever uit Huntingdon) steeds verrassend en boeiend om naar te luisteren en dat verklaart meteen de onophoudelijke globale interesse in dit tijdloze ontwerp.

FRED

Gezien het grote succes van de eerste QUAD elektrostaat had Peter walker begrijpelijk weinig haast met het ontwikkelen van een waardige opvolger. Daarnaast bleek het niet eenvoudig om de ESL op meerdere punten te verbeteren (met name een meer uniform afstraalgedrag en een hogere maximale SPL) met behoud van de geliefde ontspannen, toonzuivere en coherente presentatie. Uiteindelijk lukte het de geniale Engelsman om zijn wenslijst om te zetten in een even verfijnde als muzikale weergever, die in de fabriek de koosnaam FRED kreeg, wat staat voor Full-Range Electrostatic Doublet. De productnaam werd ESL 63, naar het jaar waarin de ontwikkeling begon. Deze inmiddels legendarische weergever had een frame wat voor een gedeelte uit aluminium profielen en speciaal gegoten kunststof delen bestond. Houten top- en bodemplaten en een rondom bedekkende stof - zonder enige zichtbare schroef - gaven de ESL63 een gedistingeerd uiterlijk. Dit fullrange systeem bestaat in feite uit modulaire weergaveblokken waarbij het Mylar membraan en zijn statoren in een van ribben voorzien kunststof frame zijn geklemd.

 

Een ESL63 heeft vier weergaveblokken waarbij de twee in het midden speciale statoren hebben met zeven niet-geleidende cirkelvormige onderbrekingen in de koperlaag (zie afbeelding). Daardoor ontstaat er een `dual-stator` geheel met concentrische segmentering waarbij elk segment door zijn eigen Delay-Line wordt aangestuurd. Het signaal van de versterker wordt eerst door de audio transformatoren opgeslingerd tot een waarde die hoog genoeg is om vat te krijgen op het met een statische hoogspanning (circa 5,5 kiloVolt) geladen membraan. Vervolgens wordt dat signaal vertakt en door de verschilende Delay-lines gevoerd (elke Delay-line bestaat in feite uit een speciale spoel). De concentrisch verdeelde segmenten van de binnenste statoren worden vervolgens aangestuurd door de Delay-lines die in een gestaffelde volgorde het signaal aanbieden zodat er geen sprake meer is van een typische `vlakstraler` maar van een pseudo-puntbron. Twee extra weergaveblokken zijn via de buitenste kopervlakken gekoppeld aan de hoofdstatoren en bieden hoofdzakelijk ondersteuning in het laagfrequent bereik. Heel knap ontworpen en het moet gezegd dat het origineel (de oude `63) over een periode van maar liefst 18 jaar werd ontwikkeld (toen had men nog geduld).

 

Een puntbron is altijd het ideaal van luidsprekerontwerpers geweest, maar ook een zo licht mogelijk membraan en een éénweg `Full-range` systeem (zonder wisselfilter). Dit systeem combineert die drie idealen in een tamelijk praktische weergever (compact zijn ze niet maar er bestaan paneelweergevers met een twee keer zo groot frame). Peter Walker, de geestelijk vader van de ESL63, stelde het zo voor: als hij een Mylar vlies zou opspannen in een raamwerk en daar al pratende achter zou gaan staan, zou men nog steeds heel duidelijk zijn stem horen, met minimale kleuring. Wanneer het membraan zonder de echte klankbron (zijn stem) op dezelfde manier zou blijven bewegen, zou de toehoorder nog steeds een stem vlak achter dat vlies waarnemen... en dat was de basis van het F.R.E.D. onderzoek; een vlak, zeer licht membraan dusdanig aansturen dat er uiteindelijk een virtuele puntbron ontstond wat zich ongeveer 30 centimeter achter het membraan leek te bevinden. De huidige Quad/IAG ESL28/2905 weergevers maken nog steeds gebruik van dit systeem, alsmede de Quad MW ESL63QA.

De ESL 63 is het zeer geslaagde resultaat van een uiterst complex concept. Zowel qua weergave als voorkomen is de FRED een minder opvallende weergever dan de oude QUAD ESL maar het combineert op geslaagde wijze een uiterst natuurlijke, transparante en ongedwongen muzikale vertolking met een ingetogen maar elegante vormgeving. De ontwerpen van Peter Walker blijven juwelen en dankzij bedrijven als Quad Musikwiedergabe kunnen muziekliefhebbers van zowel heruitgegeven `originals` als daarop gebaseerde versies genieten.

De service van de QUAD fabriek zelf, (New) Transtec en QUAD MW is altijd voorbeeldig geweest. Ook vandaag de dag kan praktisch elk QUAD apparaat kundig worden gerepareerd en ook in Engeland is er nog een Service Department. Vele bedrijven in Europa en elders zijn in staat om de klassiekers van dit merk spelende te houden. Daarmee blijft een belangrijk gedeelte van de audio-historie levend en kunnen de trotse eigenaars blijven genieten van "The Closest Aproach To The Original Sound".