Je hebt schilders die in een paar minuten een gigantisch paneel volsmeren, en anderen die een week nadenken over een enkel stipje, om dat vervolgens weer uit te gummen. György Kurtág is een componist-equivalent van het laatste type. Zijn oeuvre, de stipjes die niet weer weggegooid werden, bestaat voor het grootste deel uit zeer korte werkjes voor minimale bezetting. Kafka-Fragmente, voor sopraan en viool, duurt dan wel bijna een uur, maar de meeste van de deeltjes, 40 in getal, nemen nog geen minuut in beslag.
De teksten zijn afkomstig uit brieven en dagboeken van Franz Kafka. Het zijn in enkele woorden samengebalde emoties, die perfect naar muziek zijn vertaald. Uiterst geconcentreerd, louter kern, en dus extreem veeleisend voor zowel de uitvoerenden als de luisteraar. De klanken wringen doorlopend, de akkoorden dissoneren en de stemming wisselt om de haverklap, steeds wel in volstrekte harmonie met de tekst.
Violist Andras Keller kent het stuk al van tijdens het ontstaan ervan, in 1987, en is er bijna mee vergroeid. Voor sopraan Juliane Banse is het de eerste opname van het werk, maar ze zingt het stuk al jaren.
Beiden slagen er in aan alle extreme eisen die het stuk stelt te voldoen zonder ook maar ergens geforceerd over te komen. Vaak lijk je meerdere violen te horen, maar het is er echt slechts één. Het is een constant balanceren tussen de concentratie op de vierkante milimeter en de grote lijn. De intensiteit van de muziek vereist, paradoxaal genoeg, enige distantie om het een uur lang vol te houden. Dit tweetal slaagt er volkomen in de weerbarstige muziek voldoende adem te geven, niet amechtig alle kruit te verschieten en te imploderen, een gevaar dat nadrukkelijk aan Kurtág’s compositie kleeft.
Goed daarom dat de componist zich intensief met de opnamen van zijn werken door ECM bemoeit. Zijn aanwezigheid bij de totstandkoming is een soort van kwaliteitsstempel. Deze alweer vijfde CD van Kurtág bij dit label verschijnt bij gelegenheid van zijn tachtigste verjaardag, en is een waar juweeltje, ook qua opnametechniek.
Er wordt en breed scala aan menselijke emoties behandeld, waarvan de meeste bepaald onvrolijk. Van angst tot wanhoop, eenzaamheid, woede, zelfhaat, ellende kent vele gezichten. Zelden zijn die zo puur en krachtig verwoord dan door Kafka, (“Geschlafen, aufgewacht, geschlafen, aufgewacht, elendes Leben”) en vervolgens naar muziek vertaald door Kurtág. Een belevenis.
Aanvullende informatie:
Juliane Banse (sopraan), András Keller (viool)
Speelduur: 59:39
ECM New Series 1965
Distributie: Challenge