Trance
Het CD-vullende stuk `Trance` van de Amerikaanse componist Michael Gordon verscheen oorspronkelijk in 1995 op het label `Argo`. Erg ongebruikelijk in de wereld van de klassieke muziek verscheen er recent een remix van dezelfde opname door het Engelse ensemble `Icebreaker`, destijds gemaakt in aanwezigheid van de componist. Maar wat heet klassieke muziek?
Gordon beweegt zich in een vrij niemandsland waar klassiek, minimal, ambient, pop en wereldmuziek vrijmoedig in elkaar overlopen. Dus waarom geen remix? Het stuk was al fantastisch, maar is er qua klank enorm op vooruitgegaan. Naast een nieuwe mastering en mix werden er ook nog overdubs van gitaren en keyboard toegevoegd. Het resultaat is veel helderder, meer ruimtelijk en nog een stuk extremer dan het al was. Want voor wie trance met softigheid associeert: het beukt er het grootste deel van de 52 minuten Trance gigantisch op los in een adembenemend hoog tempo.
Een voordeel van de oorspronkelijke Argo-uitgave is wel dat klassieke CD`s altijd een informatief boekje hebben. (Dat is handig als je een stukje moet schrijven; de nieuwe uitgave ziet er uit als een pop-CD, zonder extra achtergrondinformatie.) Zo vertelt Gordon, medeoprichter van het collectief `Bang on a Can`, dat het stuk zijn oorsprong heeft in een droom. Hij liet daarin zijn muziek zien aan een oudere componist, een kruising tussen Györgi Ligeti, Louis Andriessen en zijn leraar Martin Bresnick. De componist schudde het hoofd, want alles klinkt als Mozart. De wijze raad: `You need to work with large forces.` De volgende dag begon Gordon aan Trance, voor Icebreaker, dat recentelijk de Nederlandse podia onveilig maakte samen met de Volharding.
Large forces, het werd een bijzonder orkest, met (pan-) fluiten, saxofoons, drie keyboard spelers, accordion, viool, cello, percussie, een flinke kopersectie (trompetten en trombones), scheurende elektrische gitaren en een hoofdrol voor de basgitaar, die met een pulserende riff de route uitzet. Wat meteen opvalt is de bijzondere ritmiek van het stuk, waarin geen enkel instrument op de `beat` speelt (ook het slagwerk niet) en alles toch swingt, zij het op een uiterst ingewikkelde manier. Razend moeilijk ensemblewerk, waarin ieder instrument precies zijn eigen ritmiek moet volgen om de hele toestand niet als een kaartenhuis in elkaar te laten donderen. De instructie van Gorden aan de muzikanten luidt: denk aan een vrachtwagen, een dorp Afrikaanse drummers en `a Motown trance groove that`s been totally messed with.`
Het stuk bestaat uit zes in elkaar overlopende delen, getiteld Trance 1 t/m 5, met tussen 4 en 5 een `Trance Drone`. De eerste twee delen zijn een luid massief blok. In 3 wordt gas teruggenomen, waarbij de fluiten mooie boventonen vormen. Vier start minimalistisch, met een Steve Reich-achtig patroon door de saxen, met het echo-effect dat Reich in zijn `Phase` stukken centraal stelde. Het mondt uit in een climax uit het potje waar bijvoorbeeld bands als Godspeed You Black Emperor en Mogwai uit putten.
Een wrede overgang doet ons in de `Drone` belanden, beginnend met spooky elektronische klanken, die spoedig vergezeld worden door samples van Tibetaanse monniken, Boeddhistische nonnen, biddende pygmeeen en gregoriaans gezang, liefst allemaal door elkaar heen. Raak dan maar eens niet in de trance. Na dik acht minuten komt de basgitaar weer terug om het slotdeel in te luiden, waarbij de samples nu in korte loops hun werk blijven doen. De spanning wordt verder opgevoerd, om te ontladen in een luidruchtige, extatische slotdans.
Luisteren naar Trance is een buitengewoon enerverende ervaring, erg tranceverwekkend ook. Bepaald geen muziek voor in de auto of op de achtergrond. Een uniek stuk.
Aanvullende Informatie |