Bright yellow bright orange
Hoe dat gaat met bandjes. Ze beginnen te spelen, binnen de stijlregels van de heersende tijdsgeest. Maken een paar jaar platen, toeren de wereld rond. Proberen eens wat te varieren in het geluid, men wordt het beu en gaat uit elkaar. De fanatiekste leden gaan solo verder, en na een jaar tien begint het weer te jeuken. Conflicten worden bijgelegd, men komt weer bij elkaar. Niet zomaar voor een reuniefeestje, nee, men pakt de draad weer op met nieuwe liedjes, nieuwe platen. Om in het geval van de Australische Go-Betweens te ontdekken dat het met houdbaarheidsbeperkingen door die tijdsgeest van weleer, die eind jaren zeventig `new wave` heette, wel heel erg meevalt. In mijn kast verblijft al sinds 1983 hun tweede LP Before Hollywood. Al heel lang niet meer gedraaid, maar alle tien de liedjes bleken nog volledig in mijn geheugen aanwezig. Er blijkt opvallend weinig veranderd te zijn, anno 2003. De opvolger van comebackplaat The Friends of Rachel Worth uit 2000 klinkt alles behalve ouderwets: we hadden al die tijd te maken met een tijdloos fenomeen! Kwaliteit veroudert niet, en het gebeurt veel te weinig dat popmuzikanten hun talent een leven lang door kunnen ontwikkelen. De Go-Betweens hebben een origineel eigen geluid, dat scheelt.
Perfecte liedjes zijn natuurlijk van alle tijden, en de Lennon & McCartney van de Go-Betweens, Robert Forster en Grant McLennan, schudden ze nog steeds zonder aarzelen uit de mouw. De nonchalante, quasi terloopse eenvoud, versterkt door de onopgesmukte zangstemmen van de heren, is zeer bedrieglijk. De liedjes zitten razendknap in elkaar en spreken meteen aan, na een paar keer zing je ze zo mee, al zijn de teksten verre van eenduidig. En uit je geheugen krijg je ze dus niet meer. Ondanks de melancholieke ondertoon is de sfeer steeds luchtig en licht. Populair zijn ze er, net als enigszins verwante bandjes als vroeger The Feelies en The Monochrome Set, of later Pavement, niet echt mee geworden. Voor een groot publiek is dit werk te subtiel en vluchtig, effectbejag en grote gebaren ontbreken volledig. Een kleine groep liefhebbers over de hele wereld volgt de Go-Betweens echter intensief, en ook de muziekpers is steeds unaniem lovend.
Forster en McLennan weten inmiddels als geen ander hoe hun liedjes het best opgenomen kunnen worden. Het zelfgeproduceerde album klinkt dan ook als een klok. Sober maar extreem transparant en kraakhelder, alsof ze bij je in de kamer staan te spelen. Versieringen zijn spaarzaam en zeer gevarieerd, zodat verveling ondanks de vocale beperkingen geen kans krijgt. Op één nummer een strijkje, dan weer een piano of orgel en fraaie samenzang van alle vier de leden. Daarbij komt dat Forster en McLennan om de beurt een nummer zingen, en een wat ander type compositietechniek hanteren. Ook de ritmesectie, momenteel bestaande uit bassiste Adele Pickvance en drummer Glenn Thompson, draagt in hoge mate bij aan het perfect strakke geluid. Maar centraal staan steeds de liedjes. Compact, geen noot te veel, en altijd meteen raak. Een onvaste stem of onhandige extreem simplistische gitaarsolo draagt ironisch genoeg alleen aan de trefzekerheid. Hoe dat werkt? Het zal wel het Mysterie van de Muziek zijn, ik weet het niet. Hiet is in ieder geval wel erg lekker.
Over de CD:
Label: Clearspot
Distributie: De Konkurrent www.konkurrent.nl
Website band: www.go-betweens.net
10 tracks, 39:10