REVIEWSpendor

Luisteren naar de Spendor A9

René van Es | 09 februari 2011 | Spendor

Dat luisteren neemt langer in beslag dan in de planning stond. Een beetje omdat ik er tegenop zie, de 27 kilo zware systemen de vijf trappen af te sjouwen die ze ook op moesten, maar nog veel meer omdat de Spendor een systeem heeft neergezet dat geen seconde verveelt, laat staan irriteert. Vanaf het eerste moment ontstond een vriendschap en die is alleen maar hechter geworden. Al snel bleek de Spendor A9 een allemansvriend te zijn. De door mij geliefde vrouwenstemmen doen het uitstekend, variërend van pop, via chansons tot opera. Een stapeltje geleende CD’s van mijn dochter staat vol met R&B van Mary J. Blige, Aaliyah, Jennifer Lopez en anderen. Mocht Spendor in uw beleving een `ouderwetse naam` hebben, dan raad ik u aan ook eens bij de kinderen te neuzen. R&B pompt met dezelfde power uit de A9 als vanuit een gepimpte VW Golf. Het laag drukt de kamer in, zonder te bonken, precies zoals het op de CD staat: diep zompig of knallend droog. Het zal u verder niet verbazen dat klassieke muziek het geweldig doet op een klassiek systeem als de A9.



Voordat ik dieper inga op sommige muziek is het volgens mij op zijn plaats om uit te leggen, wat ik bedoel met een `klassiek systeem`. De moderne ontwikkelingen in luidsprekerland voeren naar zeer analytische systemen die werkelijk alles laten horen. Mogelijk gemaakt door moderne materialen in de conussen, superkrachtige magneten en transparante onderdelen in de wisselfilters. Elk detail is hoorbaar en wordt met hoge snelheid op ons afgevuurd. Lange tijd was ik zelf een volger van die drang naar perfectie en snelheid, om mij uiteindelijk te realiseren dat muziek ook op een andere manier benaderd kan worden. In mijn tweede luisterruimte staat een paar Engelse monitors te spelen, zo fijn dat ik die al jaren gebruik zonder een seconde de neiging te hebben die te vervangen door iets anders. Geen hightech, gewoon degelijk, plezierig en goed. In de huiskamer is mijn vaste high end monitor systeem vervangen door een Engelse luidspreker. Opnieuw gekozen vanwege de muziekweergave en niet langer als `Gatsometer` ingezet. Daarmee wil ik niet zeggen dat details en snelheid mij niet meer interesseren, zeker niet. Maar onderhand heb ik voor mijzelf uitgemaakt dat ik liever van muziek geniet met sloffen aan dan op hardloopschoenen. De nadruk in kwaliteit is verschoven van een ultiem snelle weergave naar het ultieme genieten van muziek zoals het is bedoeld. De laatste benadering vat ik samen onder de noemer “klassieke weergave”. Rustiger, soms een beetje bezadigd, van hoge kwaliteit, neutraal, vervormingsvrij, puur en zuiver. Omdat ik heb gemerkt dat `ultiem snel` steeds de drang geeft naar beter en beter, terwijl met een `klassieke luidspreker` de drang naar vervangen verdwijnt en het genoegen in muziek beluisteren toeneemt. Precies daarom raken Spendor, Harbeth, PMC, ATC en equivalenten mij steeds meer in het hart. Opvallend dat juist die merken allemaal hun wortels hebben in de BBC en in professionele omgevingen. 



Toen na een eerste paar uur luisteren mijn vrouw vroeg: “Wat kosten die speakers?”, kreeg ze als antwoord: “Maar 2500 euro per stuk.” Dat vond ze helemaal geen `maar`. Vooral niet omdat we kort daarvoor een gloednieuwe, compacte middenklasse auto bestelden voor de prijs van niet meer dan drie paar Spendor`s en de verhouding dan inderdaad scheef lijkt. Mijn argument, dat ik meer tijd naar muziek luister dan in de auto doorbreng, sloeg niet aan. Dus aan mij de taak middels muziek de `maar` aan u te verklaren. Daarbij dient u wel in te achterhoofd te houden dat een luisterindruk een gegeven is, opgebouwd door te luisteren naar de eigen set in de eigen akoestiek. Daarom is het slechts een leidraad, getoetst aan mijn eerdere ervaringen en geen absolute waarheid.

Neem als voorbeeld de zoete tonen van de trompet van Chet Baker, die vullen de kamer terwijl buiten de wind huilt. Rechts zit het slagwerk in de middentoner en komt lang niet zo los als de rest van de instrumenten. Pepper Adams scheurt met zijn sax de rust aan flarden en verwarmt de kamer. Bas mooi ondersteunend en in de lijn goed te volgen. Nergens teveel druk. Enorme harmonie tussen muziek en techniek. Trompet mag misschien wat feller, hoewel je dan snel neigt naar overdreven metaalklank. Wat goed naar voren komt is de ouderwetse opnametechniek die ooit voor Chet werd ingezet. Een echt soort links-rechts stereofonie. Tonen sterven mooi langzaam uit. Niets over te klagen.

Eveneens verhuisd naar gene zijde is Eva Cassidy. Haar prachtige stem leeft op een schitterende manier voort in de Spendor A9. Echt prachtig de weergave die ik voorgeschoteld krijg. Bijna (her)levend aanwezig, stembuigingen en intonatie vormen samen de natuurlijkheid in de stem. Instrumenten, veelal akoestisch, vormen het decor waarin slechts één enkel middelpunt bestaat: Eva Cassidy zelf. Zonder twijfel geeft de A9 hier een performance weg die slechts weinig luidsprekers zullen evenaren. Dat de wind buiten tegen het raam beukt merk ik pas weer als haar stem langzaam verdwijnt in de ruis van de langspeelplaat. Een meer uptempo nummer, meer dynamiek en power, geen enkel probleem voor Spendor. Het blijft natuurlijk, inclusief handenklappen, vingerknippen en tweede stemmen. Enig punt van aandacht is dat de hoogte afbeelding meer opgetrokken zou mogen zijn. Ik kijk vanuit het midden van de zaal, waar de stoelen hoger geplaatst zijn. Andere luidsprekers maken een wat groter beeld. Toegegeven, als ik de ogen sluit spoelt de muziek om mij heen en vergeet ik acuut waar ik het over had. Dit is echt een systeem van klasse. Het zou me niet verbazen als de heer Swift dezelfde LP als referentie in zijn ontwikkelruimte heeft staan. Zo dichtbij komt Eva zelden of nooit bij de luisteraar.

Niet de mooiste piano opname, wel een spectaculaire is die van Thuyoshi Yamamoto die Errol Garner’s Misty onnavolgbaar neerzet. Wanneer de luidspreker niet in staat is het majestueuze van de vleugelklank te behouden, verandert de vleugel heel vaak in een tingeltangel door de gebruikte opnametechniek. De Spendor heeft er geen probleem mee. Zonder dat de A9 warm klinkt, hij is slechts een beetje warm-neutraal, staat er een vleugel voor mij. Kast, snaren en klavier. Ik merk wel dat aan de onderkant het laag niet heel krachtig diep doorloopt. Voor een orgelliefhebber mogelijk een punt van aandacht. Voor 9 van de 10 huiskamers in Nederland een zegen. Beter iets minder laag dan opgeblazen laag dat nergens heen kan. Ik zou hier heel lang mee kunnen leven.

Het lijkt me eigenlijk overdreven nog één woord toe te voegen over de A9 terwijl Schubert speelt in de vorm van een strijkkwintet. Na het bovenstaande is het niet verwonderlijk dat ook viool, juist viool, met cello gemaakt lijkt voor Spendor’s. Prachtig spel op een Tacet Transistorfrei opname. Oei, wat zal het de makers pijn doen dat ik een digitale NAD gebruik als eindversterker. Troost is wel de buizen phono en de buizen lijnversterker, denk ik dan maar. Samen met de platenspeler, arm en element zorgen ze wel voor een levendige en dynamische weergave. Pas als ik het volume heel hoog opschroef, onaangenaam hoog, gaat de tweeter op de NAD M2 tegenspartelen en protesteert door af en toe wat metalig uit te halen. Voor de rest niets dan lof, het visualiseren van de spelende heren kost geen enkele moeite. De Spendor haalt hiermee het niveau van een Quad elektrostaat, zonder de afmetingen, de ruimte of de hoogspanning nodig te hebben. Dat was zo in 1976 (BC1 versus ESL-57), nu is het 35 jaar later net zo met de A9 en de ESL-2805. L’histoire se répète.

MERK

EDITORS' CHOICE