Omdat ik niet ontkom aan een vergelijk met de Q100 zal ik aan de hand van mijn luisterervaringen proberen aan te geven hoe de Q300 zich tot zijn kleinere broer verhoudt. Een van de belangrijkste eigenschappen van de Q100 (een verbluffend vermogen om een enorm ruimtelijk beeld te scheppen) is in dezelfde mate aanwezig bij de Q300. De luidsprekers spelen opnieuw de grote verdwijntruc als ik mijn referentietrack van John Martyn beluister. Ook deze luidsprekers projecteren details in het beeld soms meters ver achter de installatie, en ver buiten de luidsprekers. Toch bijzonder, want dat is - ongeacht de prijsklasse - beslist geen vanzelfsprekende eigenschap.
De afstemming van het hoog is bij de Q300 net zo subtiel, en de weergave is uiterst precies, gedetailleerd en zonder een spoor van scherpte. Waar ik zoals verwacht wel wat verschillen hoorde met de Q100 was in het laag. Het bleek echter vooral in het middengebied te zijn waar de verrassing zat. Door de grotere kastinhoud en de grotere conus gaat de Q300 op papier 7 Hertz dieper dan de Q100, en dat is een fors verschil. In de praktijk is er inderdaad ook meer laag. Maar ik moet eerlijk zeggen dat ik niet weet of ik het beter vind. Anders was het wel. Of het door de grotere kast komt of door de grotere Uni-Q unit weet ik niet, maar het minimale spoortje kleuring dat ik in de Q100 hoorde is, net als de overige parameters, bij de Q300 wat groter.
Dat zat hem overigens vooral in het middengebied, waar de stem van EmilÃana Torrini iets meer aangezet klonk dan met de Q100, en waar de houten kast van haar akoestische gitaar net iets teveel kleur kreeg. In een ruimte met wat meer demping (gordijnen, vaste vloerbedekking en gestoffeerd meubilair) zal dat verschil overigens veel minder goed te horen zijn, en daaruit vloeit dan ook bijna als vanzelf het advies voort om de Q300 thuis te beluisteren alvorens tot aanschaf over te gaan.
Conclusie
Tja, dan rest de vraag of de Q300 zijn plekje naast de Q100 verdient. En het antwoord daarop is positief, want ze verschillen genoeg van elkaar. Persoonlijk geef ik weliswaar de voorkeur aan de net wat grotere neutraliteit van de Q100, maar ik kan me zeer goed voorstellen dat bijvoorbeeld popliefhebbers zich uitermate goed kunnen vinden in de wat warmere weergave van de Q300. En ook in dit geval heb ik me verbaasd over die fantastische ruimtelijkheid. Dat is zonder meer de verdienste van die Uni-Q driver, en ik wil Kef dan ook nogmaals oproepen hun Reference reeks als de sodemieter met deze units uit te rusten. Waarmee ik eigenlijk als eindconclusie vaststel dat de Q300, net als de Q100, een aantal referentie-eigenschappen bezit die mijns inziens maatgevend zijn in deze prijsklasse.
REVIEWKEF
Luisteren
Max Delissen |
03 december 2010
| KEF
MERK