De techniek

Avantgarde hoornluidsprekers staan bekend om hun kwaliteiten in het middengebied. Deze frequentieband is het meest belangrijk voor het menselijke gehoor en is ook het bereik waar het gehoor het meest gevoelig is. Spraak, inclusief baby gehuil, speelt zich binnen deze frequenties af. Hetzelfde geldt voor de basistonen van de meeste instrumenten. Volgens de ontwerper van de hoorns, Matthias Ruff, is de nieuwe middentoner M2 Omega een verdere ontwikkeling van de standaard Duo 8-Ohm M2. Om een hogere magneetwerking te krijgen in de spleet voor de spreekspoel, heeft Matthias de gebruikelijk koperen inleg van het pole piece weggelaten. Het pole piece is het deel van de magneetconstructie dat door de ringvormige permanente magneet – de motor - heen steekt.

De spreekspoel is rond het pole piece gewikkeld en door deze nieuwe constructie ontstaat een hogere spreekspoel inductie. Om de gewenste hogere dichtheid van de magnetische flux en bijbehorende efficiëntie te bereiken, viel al snel de keuze op het materiaal dat tot in de jaren ’60 de standaard was voor luidspreker magneten, Alnico. De naam Alnico komt van de materialen die samen de magneet vormen: Aluminium, Nikkel en Cobalt. Mede door een oorlog in Zaïre is eerst kobalt heel duur geworden en later zelfs onverkrijgbaar, daarom moest de industrie uitwijken naar ceramische materialen voor magneten. Deze ceramische magneten hadden en hebben nog een voordeel. Het materiaal is veel makkelijker te verwerken. Alnico is heel hard en bros en het verwerken ervan is dus ook prijzig. Hoe dan ook, het geluid van een luidspreker met Alnico magneet is veel natuurlijker, meer organisch en  meer afgerond in vergelijking met een luidspreker met een ceramische magneet, ook al zijn ze technisch identiek.

Het aanpassen van het pole piece en het gebruik van Alnico is niet alles dat er nieuw is aan de M2 Omega luidspreker. De toeleverancier van de conussen kwam met een nieuwe vinding. Dit noemde hij het Velours Demping Effect, VDE, en hij vroeg Matthias een paar proef M2 Omega luidsprekers eens te testen. Het VDE wordt veroorzaakt door op de conus een ontelbaar aantal kleine haartjes aan te brengen. Helaas voor de leverancier klonken de testmodellen niet naar de zin van Matthias. Ondanks dat de proef niet geslaagd was, bleef het idee bij Matthias in zijn hoofd zitten. Hij verbeeldde zich al de minuscule haartjes op de conus die hoog frequente vervorming absorberen en ongewenste resonanties tegen gaan. In samenwerking met de leverancier is er toen een conus met VDE ontwikkeld die samen met een eveneens nieuw ontwikkelde cellulose stofkap klinkt zoals Matthias dat wil.

De mechanische hoog doorlaat frequentie van de M2 middentoner ligt op 170Hz en voorkomt de noodzaak van elektronische compensatie om een soepele overgang naar de subwoofer van de Duo mogelijk te maken. Aan de bovenkant van het frequentiebereik van de middentoner zorgt de zogenaamde CDC, de Controlled Dispersion Characteristic, voor een natuurlijke demping bij 2000Hz. De CDC is Avantgardes manier om de werking tot een bepaald gebied te beperken door een kleine akoestische ruimte tussen de mond van de hoorn en de conus van de luidspreker te voegen.

De inhoud van deze ruimte werkt als een laag doorlaat filter, een banddoorlaat filter. Alle frequenties boven de eigen resonantie van de CDC ruimte worden met 6dB/octaaf gefilterd. Samen met de demping van 6dB van de luidspreker komt de CDC effectief uit op een 2de orde curve zonder enig passief component te hoeven gebruiken. De middentoner is dus rechtstreeks met de versterker verbonden. 

Om de tweeter te beschermen, zodat er letterlijk geen rook uit komt, is er elektronica nodig. De Duo Omega gebruikt exact dezelfde tweeter als de Trio Omega, de H3. Deze tweeter is uitgerust met een Kapton spreekspoel former. Om de former zit de spreekspoel gewikkeld. De voor een tweeter heel zware magneet van bijna 3 Kg is zoals we later zien heel sterk. Gekoppeld aan zijn hoorn neemt de tweeter al op vanaf 900Hz, een goed stuk lager dan de 2000Hz  top van de middentoner.

Hoewel de elektronica in het passieve wisselfilter tot een minimum is beperkt, er is een condensator nodig om de lage frequenties weg te filteren. Het nadeel van een gewone condensator in een circuit als van een wisselfilter is dat iedere keer als het inkomende muzieksignaal van polariteit wisselt – van de positieve helft van een sinusgolf naar de negatieve helft en andersom – de lading van het diëlectrische veld in de condensator omkeert. Het lijkt alsof het diëlectrische materiaal de wisseling tegenwerkt. Het houdt het veld op 0 totdat er voldoende voltage aanwezig is om de veldsterkte een ‘schop’ te geven en weer gaat toenemen. Armin Krauss vergelijkt dit met het schuiven van een krat over een betonnen ondergrond.

Als het krat eenmaal schuift is er minder kracht nodig om het in beweging te houden, maar om het in gang te zetten kost dat de nodige extra moeite. Omdat het muzieksignaal door het elektrische veld in de condensator wordt gestuurd, verliest het signaal lineariteit. Deze is het  gevolg van de vertraging die optreedt als het diëlectrische veld door de 0 gaat en daar even wacht. Volgens Avantgarde is de beste manier om deze negatieve invloed van dit polarisatie pingpongen van het diëlectrische veld binnen de condensator te bestrijden door het introduceren van een condensator polarisatie circuit. Dit CPC elimineert de vervorming door het wachten, de timing, die het  zeer gevoelige hoornsysteem genadeloos zou weergeven. Hoewel de wachttijd heel kort is, merken onze oren dit wel op. Vergelijk dit eens met een ander timing probleem in de audio wereld, jitter. 

Matthias Ruff heeft het CPC ontworpen met een gelijkstroom voorspanning om te voorkomen dat het veld door 0 gaat. De speciale condensator hoeft niet – kan zelfs niet – intern van polariteit wisselen. De gebruikte voorspanning is veel hoger dan de spanning van een muzieksignaal ooit kan zijn. De Avantgarde CPC condensator is opgebouwd met meerdere geleiders in plaats van de gebruikelijke twee. De geleider ontvangt een voorspanning van maar liefst 100Volt gelijkspanning.

Het is opmerkelijk te constateren dat de 100 Volt voorspanning niet bij een externe bron vandaan komt. Er wordt geen accu of wisselstroom gebruikt. Het is het binnenkomende muzieksignaal dat de oorsprong is voor de spanning. Door de CPC module, het rode doosje op de foto van het wisselfilter, wordt het muzieksignaal afgetapt door een transformator met een lage impedantie waarna de spanning wordt geconverteerd naar de benodigde 100 Volt.

MERK

EDITORS' CHOICE