Even plooien
De hi-resdiscussie laten we echter even voor wat het is. Waar het bij MQA om draait is dat Stuart en zijn collega’s een manier zochten om de muziekinformatie te behouden die bij een cd-opname verdwijnt maar die wel in de opnamestudio aanwezig is. Technisch kan dat natuurlijk met een hi-res FLAC- of ALAC-bestand, maar die zijn heel groot én spelen op relatief weinig toestellen af.
De oplossing die MQA aanbrengt, bestaat uit het ‘verbergen’ van de hi-resinformatie in het hoorbare bereik. Stuart praat graag over het ‘vouwen’ of ‘plooien’ van de muziekinformatie zodat het ‘onder’ het hoorbare gedeelte past. Vouwen is echter geen correcte wiskundige term, en eigenlijk wordt er een ditheringtechniek toegepast die de hi-resinformatie omvormt naar data die zich onder de noise floor of geluidsvloer van een opname bevindt. Of anders gesteld: de hi-resinformatie zit verpakt in het hoorbare frequentiegedeelte van een opname, maar op een volumeniveau dat onhoorbaar is.
Dit is waarom MQA-liedjes altijd spelen: voor een doorsnee speler zijn het gewone 44,1 kHz / 16-bit bestanden, terwijl een MQA-compatibele speler de informatie onder de geluidsvloer kan uitpakken om een volledige hi-resbereik te bekomen. Op audiofora is er overigens een hele discussie of het gebruik van dithering betekent dat het hi-resgedeelte lossy wordt opgeslagen of niet. MQA zegt van niet, anderen van wel. Omdat MQA geen open formaat is, valt het moeilijk daar definitief een uitspraak over te doen.
Sommige critici stellen bovendien dat MQA-bestanden die afgespeeld worden door spelers zonder MQA meer noise bevatten dan de ‘pure’ versie zonder hi-resinformatie in verwerkt. Mathematisch klopt die opmerking, al is de vraag of je die extra bijkomende noise echt hoort. Belangrijk om te realiseren is dat de echte wereld en ook opnames nooit echt stil zijn. Er is altijd een zekere mate van achtergrondgeluid, vaak rond 20 tot 30 dB, zelfs in een opnamestudio. Weinig mensen kunnen echter zo stille geluiden waarnemen.
Stuart stelt vooral dat MQA een oplossing biedt voor een probleem met digitale codering. Het probleem is niet, volgens de uitvinders, dat digitale signalen onvolledige weergaves zijn van analoge signalen. Dat wordt vaak beweerd, maar eigenlijk komt dat van een slecht begrip van digitale signaaltheorie. Stuart is van mening dat er bij de digitale omzetting van analoog geluid (=de muziek in de studio) allerlei filters worden toegepast waardoor er een fenomeen van ‘time domain blurring’ optreedt. Dit zou leiden tot een minder accurate weergave, soms hoorbaar als ringing. Ringing is het fenomeen waarbij een afgespeelde toon niet een pure piek is, maar voor- en na oscilleert. Daarom, zegt de MQA-uitvinder, dat sommige mensen vinyl aangenamer vinden dan een digitaal bestand. Voorwaarde is wel dat die vinyl niet geperst werd vanaf een digitale master.
Maar er is meer
De naam ‘Master Quality Authenticated’ geeft al aan dat MQA voor meer staat dan een nieuwe compressiemethode. Met de huidige hi-resbestanden ontbreekt de garantie dat ze wel direct afgeleid zijn van hoogwaardige studio-masters. In sommige gevallen blijkt een hi-resbestand een geupsamplede cd-master te zijn, bijvoorbeeld. Het is geen nieuw fenomeen. Zo was er meer dan tien jaar geleden een hele controverse rond de SACD-release van Norah Jones’ ‘Come away with me’, toen bleek dat de duurdere SACD gewoon afgeleid was van de 44,1 kHz cd-versie. Het gaat dan niet altijd over bedrog, maar gewoon onwetendheid. Van verrassend veel muziek is er geen informatie beschikbaar over welke stappen er genomen werden tijdens de productie en daarna.
MQA wil dat vermijden door platenfirma’s de mogelijkheid te geven om een ‘handtekening’ te plaatsen bij bestanden die recht vanuit de studio naar MQA zijn gebracht. Is die handtekening present, dan gaat er op een MQA-speler (en dat kan ook een DAC zijn) een indicator branden. De luisteraar heeft op dat moment de zekerheid dat er tijdens de distributie niets aan de geluidskwaliteit is gebeurd. Maar het systeem vereist wel zelfdiscipline van de labels. Technisch is er niets dat hen weerhoudt om geupsamplede muziek als een studiomaster aan te duiden.
De hamvraag
Klinkt MQA nu beter? Daar kunnen we vooralsnog geen antwoord op geven. Er zijn hier en daar MQA-bestanden te vinden, onder andere bij de gratis aangeboden testbestanden van het platenlabel 2L, maar een MQA-klare speler hebben we nog niet kunnen bemachtigen.