Het duurde langer dan verwacht voordat ik de Kii Seven monitoren in mijn luisterruimte mocht verwelkomen. Daarover zometeen meer, het belangrijkste was dat ze er uiteindelijk gewoon stonden, en dat ze mijn inmiddels torenhoog gespannen verwachtingen niet alleen volledig waarmaakten maar zelfs overtroffen.
Na een plezierig lange logeerpartij is er zóveel te vertellen over deze actieve mini-monitoren dat ik vooraf graag de vrijwaring wil plaatsen dat deze review lang, maar nóch compleet, nóch neutraal van toon gaat zijn.
Enfin, vooruit met de geit – heeft u even?
De weg naar de Kii Seven
Toen ik tijdens de 2023-editie van het Dutch Audio Event in Veldhoven de propvolle kamer van Kii Audio binnenstapte werd me al snel duidelijk waarom je daar twee hele dagen (ik ben nog diverse keren teruggegaan) over de koppen kon lopen. De kleine luidsprekers die daar stonden te spelen leken met de natuurwetten te goochelen.
Deze Kii Seven’s, zoals ze aan me werden voorgesteld, bleken te beschikken over wat ik als sci-fi nerd het T.A.R.D.I.S.-effect noem. Voor de niet ingewijde medemens: de T.A.R.D.I.S. is het vervoermiddel van ‘Time Lord’ Dr. Who dat niet alleen door het universum kan reizen maar óók door de tijd, en dat er van buiten uitziet als een oude, blauwe Engelse politie-telefooncel, maar dat wanneer je door de deur stapt van binnen vele malen groter blijkt te zijn. Ze klonken dus veel groter dan ze eruit zagen en zetten daarbij een kamervullend beeld neer dat, zélfs in het sardineblik dat Ruimte 23 in Koningshof dat weekend was, zelfverzekerd overeind bleef.
Een review-afspraak was snel gemaakt, maar een datum was nog ‘nader te bepalen’ omdat er in Veldhoven weliswaar met een volledig functioneel pre-productiemodel werd gedemonstreerd, maar ontwerper Bruno Putzeys was nog niet helemaal tevreden over een paar details. Daarom volgde eerst een fabrieksbezoek en daarna brak een periode van wachten aan. Tijdens het Dutch Audio Event van 2024 (foto rechts) werd me verzekerd dat er nog steeds aan de finetuning van bepaalde functies werd gewerkt, maar dat eerst de focus op de pro-audio markt was gelegd omdat de vraag daar inmiddels explosief was gestegen. Toen het Kii Seven System, dus inclusief de optionele Kii Control unit, eenmaal bij me was neergezet en ingemeten kreeg ik ook de details over de weg naar dit moment te horen.
Technische eigenschappen
Om met dat laatste te beginnen: waarom was de Kii Seven voor de pro-audio wereld al een jaar op de markt maar duurde het voor de consument langer? Dat had te maken te maken met het feit dat Kii Audio de draadloze streaming 100% perfect werkend én klinkend klaar wilde hebben voor de consumentenmarkt. In de pro-audio wereld heeft draadloze streaming geen enkele meerwaarde en daar heeft Kii haar marketingstrategie op aangepast. In de pro-audio werkt men bekabeld en daar bestaat al een uiterst robuust systeem voor dat DANTE Audio heet (DANTE staat voor Digital Audio Network Through Ethernet). Het is momenteel zo’n beetje de internationale standaard en zit daarom dus óók in de Kii Seven’s. Omdat het een bestaand systeem is met vaste, eigen protocollen was de integratie ervan in de Kii Seven’s relatief gemakkelijk. Voor de consumentenmarkt mikte het team onder leiding van Bruno echter op een totaal andere doelgroep: de kritisch luisterende muziekliefhebber die best wel wat over heeft voor een geweldig klinkend hifi-systeem, maar daarbij óók heel nadrukkelijk op het lifestyle-aspect van het product let en eigenlijk zo min mogelijk apparatuur (en dus bekabeling) wil zien én gebruiken. En dan kom je in de huiskamer al gauw uit op een draadloze toepassing.
En dan denk je: nou, simpel toch, dan gebruik je dus WISA. Dit systeem van de Wireless Speaker and Audio Association is momenteel marktleider omdat het zeer goed werkt en hoge resoluties Hires audio aankan, maar Bruno was ervan overtuigd dat het beter kon. Niet omdat hij per se de beste wil zijn (elke vorm van ijdelheid is hem vreemd) maar omdat hij de gebruiker de best mogelijke ervaring wil bieden. En dat is gelukt. Waar WISA op dit moment een door klokjitter veroorzaakt tijdsverschil tussen de leidende en volgende luidspreker in het systeem biedt van ongeveer 2 milliseconden (en geloof me: dat is al zeer goed) heeft het in eigen huis ontwikkelde systeem van Kii Audio een tijdsverschil van rond de 500 nanoseconden. Dat lijkt niet zo spectaculair, maar in de wereld van de engineering is het echt een reuzensprong. Het is letterlijk een kwart van het tijdsverschil. Bovendien is Kii erin geslaagd om de klokjitter in beide luidsprekers even laag te krijgen, en als je bij een draadloos luidsprekersysteem streeft naar de ultieme impulse response dan komt het bij de onderlinge synchronisatie echt ‘zo nauw mogelijk’. Daarom klinkt de Kii Seven draadloos ook net wat beter dan bedraad, wat de consument die voor een draadloos high-end systeem kiest ook verwacht.
De Kii Control moet je er in principe los bij kopen, tenzij je voor het gebundelde Kii Seven System kiest. De reden dat de Control niet altijd standaard bij de Kii Seven wordt geleverd is opnieuw in de pro-audio wereld te vinden. Daar worden actieve monitoren (dus ook de Sevens) vaak via hun analoge inputs of de AES/EBU digitale ingang aangesloten, zonder dat er van bron hoeft te worden gewisseld. Dan heb je de Kii Control niet per se nodig. Voor thuisgebruik zou ik echter altijd voor het complete System gaan.
De Kii Seven van binnen
Achter het mijns inziens zeer goed gelukte esthetische ontwerp van de behuizing gaat veel innovatieve technologie schuil. De Kii Seven heeft per kant maar liefst 600 watt aan versterking aan boord, waarbij de woofers worden aangestuurd door een 2 x 750 watt S-Pro2 Klasse-D module van het Deense merk Pascal (vooral bekend uit de pro-audio). Voor het midden en hoog is vanwege de bijna onmeetbaar lage vervorming gekozen voor een 2 x 150 watt PuRiFi Eigentakt module (waarbij, zoals ik inmiddels wel bekend veronderstel, de Pu staat voor Putzeys). Een bijzondere eigenschap van de versterkers in alle Kii luidsprekers is dat ze voorzien zijn van stroomtegenkoppeling, waardoor de hysterese-vervorming van de luidsprekerunits met 15dB (!) wordt verminderd. Hysterese is, heel kort door de bocht, een effect van het magnetisch veld op de ijzeren onderdelen van de luidsprekersunits, dat niet alleen een remmend effect heeft maar ook vervorming veroorzaakt.
Door deze stroomtegenkoppeling klinken Kii luidsprekers ook op laag volume zeer breedbandig en transparant, waardoor je bijna vanzelf zachter gaat luisteren, zónder daarbij de aandrang te voelen om met de toonregeling te gaan spelen. Je zou het, met een heleboel dichterlijke vrijheid, een soort loudness-effect kunnen noemen, maar dan zonder de nadelen van actieve toonregeling.
Kii’s je kabel
Alles wat in de Kii Seven binnenkomt (van stroom tot digitale data en analoog signaal) wordt ontdaan van ongewenste artefacten. Bruno wilde dat Kii Seven eigenaren zich niet druk hoeven te maken over audiofiele details als lichtnetfase en galvanische ontkoppeling. In de praktijk resulteert dat erin dat het niet uitmaakt hoe je de stekker in het stopcontact steekt of welke (ethernet)kabels je gebruikt.
De standaard netsnoeren die worden meegeleverd met de Kii Sevens gingen bij mij rechtsreeks in de (ongeaarde) dubbele wandcontactdozen in mijn woonkamer, waarvan ééntje zelfs ‘ondersteboven’ omdat in het stopcontact eronder een muurtrafo van de aanvullende draadloze router zat (waarover later meer). Ik heb de Seven’s uiteraard óók nog volgens de correcte lichtnetfase aangesloten op mijn AudioQuest Niagara 5000, maar dat leverde wat mij betreft geen hoorbare verbetering op. Maar als je per se een netfilter met High Current outlets wil gebruiken ga dan gerust je gang, het wordt er namelijk ook niet sléchter van.
De door Wim Weijers van Kii Audio meegebrachte AudioQuest Pearl ethernetkabels voldeden in de bedrade opstelling uitstekend, mijn eigen AudioQuest Vodka van de switch naar de Kii Control leverde opnieuw geen hoorbare verandering op. Maar ook hiervoor geldt: als je meer vertrouwen hebt in je reeds aangeschafte duurdere kabels, gebruik ze dan gerust.
Drivers
De drivers in de Kii Seven worden niet intern gebouwd maar volgens strikte specificaties voor Kii Audio gemaakt. Nauwkeurige fabricage is erg belangrijk omdat de fysieke én elektrische eigenschappen van de drivers cruciaal zijn voor de vorming van het cardioïde afstraalpatroon via DSP, én voor een zo breed mogelijke dispersie (afstraalhoek) richting de luisteraar. Daarbij speelt vooral de tweeter een belangrijke rol.
Zoals ik in het artikel over mijn fabrieksbezoek óók al uitlegde is de tweeter voorzien van een aantal zeer specifieke technische kenmerken – de positionering van de spreekspoel in de luchtspleet en de combinatie van een wave-guide en een akoestische lens – die de tweeter een horizontale én verticale afstraling van bijna 180 graden geven. Dat betekent dat er on-axis (wanneer de tweeter precies op je oor gericht is) evenveel geluid te horen is als off-axis. En dat is heel bijzonder, aangezien de meeste tweeters steeds sterker gaan bundelen naarmate de weergegeven frequentie hoger wordt.
In de praktijk betekent dit extreem brede afstraalgedrag dat de Kii Seven een veel grotere ‘sweet spot’ heeft dan veel andere luidsprekers, en dat het voor het horen van een realistisch ruimtelijk beeld bijna niets uitmaakt waar je je in de luisterruimte bevindt. Bovendien kun je de speakers zó ver toe-in zetten dat de loodlijnen vanaf de tweeter vóór je kruisen, zodat je veel minder last hebt van reflecties vanaf de zijwanden die het geluidsbeeld vertroebelen, omdat ze later bij je oren aankomen dan het direct afgestraalde geluid.
Aansluiten en bedienen
Onderaan de achterkant van de luidsprekers zitten alle inputs. Naast de net-entree vind je daar een gecombineerde XLR/TRS analoge ingang (tip, ring, sleeve, ook bekend als Jackplug), de AES/EBU digitale ingang en de ethernetaansluitingen voor de onderlinge verbinding via Kii Link, en de aansluiting op de bekabelde Kii Control afstandbediening en volumeregeling. Daarboven vind je het bedieningspaneel met een aan/uit tuimelschakelaar en touch-knoppen waarmee je bijna alles kunt instellen dat ook via de gratis Kii Home app kan. Deze app is nu al beschikbaar voor iOS apparaten, maar zeer binnenkort ook voor Android.
Doorgaans is één keer instellen trouwens genoeg, zo lang de luidsprekers op de plek blijven staan waar ze bij hun installatie zijn neergezet. Hoewel je de Kii Link ethernetkabel vanuit de Kii Control op een van beide luidsprekers aansluit en dat signaal daarna via de tweede RJ45 aansluiting doorstuurt naar de andere luidspreker gaat is er in principe geen klassieke ‘master/slave’ verhouding. Beide luidsprekers zijn identiek en bij de setup stel je, puur voor een correct stereobeeld, op basis van hun MAC-adres in welke de rechtse is en welke de linkse. De gain van de analoge input is instelbaar tussen -10dBV (voor consumer-gebruik) en +4dBu (voor pro-audio).
De ingangsgevoeligheid kan via de Kii Control nog verder worden aangepast voor meer headroom. Dat is handig, want ik ontdekte tijdens de luistersessies dat de analoge ingang met de standaardinstelling best wel gevoelig is. Dat hangt uiteraard van de bron af, maar ik moest de gain van mijn PrimaLuna phonotrap in eerste instantie 4dB terugzetten omdat hij met zijn MC-gain op 60dB de analoge ingang van de Kii dreigde te oversturen. Dat kon echter ook – en in dit geval klankmatig beter – met de regelbare ingangsgevoeligheid worden gefixt.
Voor de Kii Seven is een paar (optionele) luidsprekerstands met een hoogte van 70 centimeter beschikbaar, waarvan de bovenplaten zo zijn ontworpen dat ze naadloos aan de luidsprekers kunnen worden vastgeschroefd voor een resonantievrije verbinding. De poot van deze robuuste, 11 kilo zware stands is voorzien van een kabeldoorvoer.
Gebruik van de stands is niet verplicht, in pro-audio setups zie je de monitor vaak direct op de console van het meng-paneel staan, maar thuis vind ik het een absolute aanrader.
Kii Control
De Kii Control is de centrale bedieningsunit van het systeem. Wanneer je hem bedraad aansluit loopt het signaal ófwel via de KiiLink kabel (als de bron aan de Kii Control aangesloten zit) ófwel via de kabel die aan de speaker hangt. Wanneer je hem via WiFi gebruikt is het belangrijk dat je een krachtig draadloos signaal hebt. Mogelijk moet je daarvoor een extra router in de luisterruimte aansluiten en die toevoegen aan je bestaande thuisnetwerk zodat je niet steeds hoeft te wisselen om de Kii Seven’s via de Kii Home app te bedienen. Wanneer je de Kii Control gebruikt heb je ook de mogelijkheid om een IR (infrarood) afstandsbediening te gebruiken. Daarvoor is een leerfunctie beschikbaar zodat je elke afstandsbediening kunt gebruiken die volgens het Apple Remote of RC5 systeem werkt.
Het Kii Seven System dat bij mij stond kwam bijvoorbeeld met een Apple Remote waarmee eenvoudig het volume te bedienen was en van bron kon worden gewisseld. Toen de Kii Seven’s bij mij stonden werkten de IR afstandsbediening én de volumeknop op de Kii Control alleen wanneer het systeem bedraad was aangesloten, maar mij is verzekerd dat een aanstaande firmware-update de IR functie ook gaat toevoegen aan de draadloze setup. Dat is toch wat handiger dan elke keer dat je de muziek harder of zachter wil zetten de app te moeten openen (die overigens wél snel werkt).
Voor online streaming is de Kii Seven voorzien van Spotify Connect en Tidal Connect en spoedig ook van Qobuz Connect. De Kii Seven is Roon Tested, wat wil zeggen dat er geen RAAT (Roon Advanced Audio Transport) beschikbaar is in de Kii Control. Het is dus géén direct eindpunt. Maar Roon heeft wél officieel vastgesteld dat de Kii Control correct werkt wanneer je hem via USB aansluit op een Roon Core computer, of wanneer je Roon gebruikt vanaf een externe streamer, die je via een coaxiale of optische digitale kabel met de Kii Control kunt verbinden. Op dezelfde manier kun je ook lokaal opgeslagen bestanden afspelen wanneer je überhaupt geen gebruik maakt van Roon. Omdat de Kii Seven zoals eerder uitgelegd alle inkomende signalen optimaliseert zou het dus ook niet moeten uitmaken welke streamer je als digitale hub gebruikt. Ik heb dat niet in de praktijk kunnen testen, maar met mijn Bluesound Node 2 (still going strong) had ik via een coaxiale AudioQuest HawkEye kabel niks te klagen over de geluidskwaliteit.
Luisteren naar de Kii Seven: draadloos
En over geluidskwaliteit gesproken, laten we het nu maar eens gaan hebben over mijn luister-avonturen met de Kii Seven’s. In eerste instantie werd de Kii Seven draadloos opgenomen in het WiFi netwerk. In mijn huis (waar de draadloze router in de meterkast in de gang staat) moest inderdaad een extra router worden neergezet. Bij het inmeten van de Room EQ/Correction was te zien dat er, met name bij de links geplaatste Kii Seven, een klein beetje ‘boundary effect’ optrad, waardoor het laag aan die kant een aantal dB moest worden teruggenomen.
Het hoorbare verschil was opmerkelijk. Er verdween een stukje ‘overdruk’ uit de lage tonen dat aanvankelijk best indrukwekkend had geklonken, maar uiteindelijk toch voor wat maskering zorgde. De schonere curve klonk tonaal gebalanceerder en was ook ruimtelijker. Wim vertelde me dat sommige luisteraars de draadloze weergave (licht) prefereren, wellicht omdat de eigen sync software van Kii Audio nog nét iets minder jitter heeft dan wanneer je bedraad speelt. Het klonk in elk geval geweldig.
Ik heb naar een brede selectie van tracks en albums geluisterd, van strak opgenomen spacerock (de single Mind Games van Silas Neptune), soulvolle singer-songwriter (Man To You van de Ierse Rob de Boer – die duidelijk Nederlandse roots heeft), verstilde post-rock van Held By Trees (hun recente album Hinterland, en liefhebbers van de latere albums van Talk Talk móéten hiernaar luisteren!), relaxte, gelaagde IDM (Fabric Presents Laurent Garnier: On The Way Home) tot elektro-akoestische grotestadsjazz (Night Daze van Willebrant en Paul Williamson) en wat me bij al deze zéér verschillende muziek het meeste opviel was dat me eigenlijk helemaal niets opviel. Het is alweer even geleden dat ik zó snel in de pure muziekluistermodus wegzakte en vergat om aantekeningen te maken op mijn iPad, en (niet geheel?) toevallig was dat óók met een zeer goed actief luidsprekersysteem. Maar waar de combinatie van strikte neutraliteit, ultieme coherentie in timing en fase en een bliksemsnelle impuls response bij zeer goede high-end systemen nog wel eens tot een zekere afstandelijke feitelijkheid kan leiden betrokken de Kii Seven’s me juist heel snel bij de muziek.
Dé lakmoesproef daarvoor is het tweede album van mijn eigen band, waar ik van repetitieruimte tot mastering zeer nauw bij betrokken was. Normaalgesproken verwijs ik liever niet naar muziek die nergens online te vinden is, maar ik maak een uitzondering omdat de ervaring die ik deze keer met die muziek had illustratief is voor wat de Kii Seven’s kunnen. Ik zat weer in dat Tilburgse, naar bier, rook en zweet stinkende repetitiehok, ik zat weer in die gedempt verlichte studio in Vlaardingen waar we ons album half improviserend opnamen, ik zat weer op mijn werkkamer waar ik samen met onze bassist de laatste mastering deed en de cd-r maakte die naar de perserij zou worden opgestuurd. De flow was zo natuurlijk dat er in mijn hoofd heel even geen enkele twijfel bestond dat dit de échte muziek was.
Luisteren naar de Kii Seven: bedraad
Omdat vrouw en dochter de bediening via de app wat omslachtig vonden schakelde ik na een paar dagen over naar bedraad luisteren, want dan konden ze de afstandsbediening gebruiken om het volume van de TV te bedienen. Dat vergde een handmatige reset van de luidsprekers, maar de Room-EQ presets in de Kii Control bleven daar veilig zitten. De enige verandering was dus dat er nu een aantal meters AudioQuest Pearl CAT7 in het systeem zaten, met KiiLink aan het digitale stuurwiel.
Er valt over te speculeren wat nu precies de reden was, maar bedraad klonk het inderdaad anders. Wat mij betreft niet per se beter óf slechter trouwens. Bij wijze van ‘nou zal ik ze eens hebben...’ verwisselde ik de AudioQuest Pearl CAT7 tussen de linker en de rechter luidspreker voor vijf meter UTP CAT5 van bouwmarktkwaliteit, maar de (misschien stiekem toch een beetje gehoopte?) ineenstorting van de weergave bleef volledig uit.
Tonaal hoorde ik geen significante verschillen tussen draadloos en bedraad, en ook de ruimtelijke weergave leek even groot te zijn. Misschien miste ik over het geheel genomen een klein stukje van de heerlijke laid back flow van de draadloze setup, maar bij het beluisteren van een aantal tracks die ik ook bij de vorige sessie draaide bleek dat daar in subjectief opzicht een iets grotere ‘drive’ voor in de plaats was gekomen. Een beetje als het verschil tussen een snaaraangedreven platenspeler en een direct drive.
Analoog luisteren
Na dit (echt totaal niet geforceerde) bruggetje zijn we aangekomen bij de analoge ingangen. Omdat mijn PrimaLuna EVO100 Tube Phono Amplifier niet voorzien is van gebalanceerde in- of uitgangen moest ik een verloopkabel gebruiken. Ik had nog twee keer anderhalve meter Grimm Audio TPR liggen, en dat was snel genoeg voorzien van Neutrik RCA en XLR connectoren. Aangezien deze kabel mede is ontwikkeld door Bruno Putzeys leek het me een voor de hand liggende keuze. Bovendien: als Wisseloord in Hilversum deze kabel goed genoeg vindt om er 55 kilometer van in hun studiocomplex te leggen is hij zéker goed genoeg voor mij.
Na wat gestoei met de ingangsgevoeligheid had ik het goed aan het spelen en mocht het Audio-Technica AT-33PTG/II element zijn kunsten vertonen. Ik volsta met de beschrijving van wat ik hoorde met het subliem geperste album Notes With Attachments van Pino Palladino en Blake Mills. Hun warm geproduceerde en gelaagde psychedelische jazz vloeide als warme honing uit de luidsprekers. De elpee klinkt sowieso beter dan de (HiRes 24/96) files op mijn NAS, maar in een direct vergelijk lieten de Kii Seven’s me voor het eerst duidelijk horen waaróm: tastbaarheid en geloofwaardigheid.
Dit is trouwens geen digitaal-versus-analoog wedstrijdje. Het verschil dat ik beschrijf is op déze opname en persing van toepassing, laten we hier alsjeblieft niet over gaan generaliseren. Waar ik wél over kan generaliseren is dat ik die eigenschap om op een ontspannen en natuurlijke wijze diep in het DNA van de opname te kunnen luisteren al na een week begon te herkennen bij bijna alles wat ik via de Kii Seven afspeelde. Zowel van vinyl als via streaming. Onvoorwaardelijk transparant, en dáárdoor ook uiterst muzikaal. There, I said it...
Conclusie
De vergelijking met de T.A.R.D.I.S. van Dr. Who die ik aan het begin van dit artikel maakte is niet toevallig. Want niet alleen klinken de Seven’s ‘van binnen groter dan ze van buiten zijn’, maar ze transporteren je ook moeiteloos door tijd en ruimte. En daarbij bieden ze niet alleen een uitermate transparant kijkvenster, ze zetten je daadwerkelijk neer temidden van de muzikanten wanneer de kwaliteit van de opname dat toestaat.
Wat Kii Audio aan full-range geluidskwaliteit uit zo’n kleine behuizing weet te toveren is werkelijk verbluffend, en dan is het ook nog eens een charmante verschijning.
Okee, niet iedereen zal de witte of donkergrijze afwerking en de afgeronde hoeken en randen mooi vinden, maar innovatieve technologie verpak je toch niet in rechthoekige houten dozen? Dat ze niet Roon Ready zijn vind ik een luxeprobleem en er is ook nog eens gemakkelijk omheen te werken.
Bij high-end van deze klasse vind ik het vaak een beetje lastig om het over de prijs te hebben. Uitmuntendheid mag wat kosten, nietwaar? In dat licht gezien biedt het Kii Seven System extreem veel waar voor zijn geld, maar een koopje is het nochtans niet. In de titel noem ik ze ‘de toekomst van de hifi’. Dit is de voorhoede van de nieuwe hifi en high-end. Ze zijn – zie het aparte kader over DSP hieronder – wat mij betreft het stadium van de eerste implementatie van een superieure nieuwe technologie al ruimschoots voorbij. Dat waren de grote broers, de Kii Three die al tien jaar op de markt zijn, eigenlijk óók al. En de Seven’s profiteren van bijna een decennium aan extra ontwikkeling.
Ze zullen nog wel met wat vooroordelen moeten afrekenen, maar toch zie ik de toekomst van de Kii Seven met vertrouwen tegemoet. Horen is geloven. Als steuntje in de rug ken ik daar graag (en waarschijnlijk niet geheel onverwacht) de maximale score aan toe.
Kii Seven
8745 euro per paar – Fine Touch White, Fine Touch Dark Grey | Kiiaudio.com
Kii Seven System (inclusief Kii Control en bijbehorende bekabeling)
9540 euro per paar – Fine Touch White, Fine Touch Dark Grey
Kii Seven Stands
795 euro per paar, inclusief spikes – zwart
Kii Control
795 euro
Beoordeling 5 / 5
-------------------------------------
De voor(oor)delen van en over DSP
(oftewel het verhaal binnen de review dat ook een apart artikel had kunnen zijn)
Vergeef me de enigszins cryptische titel boven dit kader. Het maakt hem misschien niet in één oogopslag te begrijpen, maar het één is op dit moment ook in de realiteit al op een wat lastig te begrijpen manier met het ander verweven. En er is zó veel over te vertellen dat we er dit aparte kader voor hebben gemaakt..
In een artikel over actieve luidsprekers dat eerder dit jaar werd geschreven werd door Kii-ontwerper Bruno Putzeys stipt hij een belangrijke stelregel in de technische ontwikkeling aan, namelijk dat een hoog ontwikkelde toepassing van een bestaande technologie doorgaans betere resultaten oplevert dan de eerste implementatie van een superieure nieuwe technologie. Dat is de reden dat audiofielen zo graag vasthouden aan de traditionele setup van een hifi-systeem: alles een eigen kastje. Platenspeler, losse phonotrap, aparte cd-drive, digitale streaming bridge, losse da-converter, vóór en eindversterker en luidsprekers, allemaal verbonden met een tros kabels van diverse merken en diktes, want hoewel dat niet de bedoeling is kunnen kabels gebruikt worden voor een beperkte klankmatige afstemming van het systeem.
En de eerlijkheid gebiedt te zeggen dat ik hier ook (deels) in meega. Maar ik kan me dan nog verweren met de stelling dat een hifi-recensent nu eenmaal een wat uitgebreidere gereedschapskist nodig heeft om losse componenten te kunnen beoordelen. Actieve luidsprekers is meer iets voor wanneer ik mijn pen ooit aan de wilgen hang. Dat betekent echter niet dat ik mijn ogen gesloten heb voor de vele voordelen die een actief luidsprekersysteem biedt. Actieve luidsprekers zijn er bovendien al heel lang. Ze worden vooral veel gebruikt in de pro-audio industrie, omdat geluidstechnici die onze audiofiele opnames moeten maken het al heel lang doorhebben: actieve luidsprekers hebben een betere ‘impulse response’, en meestal ook een beter tijd- en fasegedrag. Vroeger waren het vooral luidsprekers met een ingebouwde eindversterker en alsnog een passief wisselfilter, maar actieve filters (die het geluid uitsplitsen in verschillende frequentiegebieden zodat elke luidsprekerunit alleen het deel van het signaal krijgt waarvoor ze bedoeld zijn) zijn vandaag de dag de norm.
Het is daarom best gek dat actieve luidsprekers al lange tijd een ondergeschikte rol spelen in de consumentenhifi. Het verzet ertegen vanuit de audiofiele gemeenschap heeft iets ‘Gallisch Dorpje’-achtigs, zéker sinds hun toverdrank sterker is gemaakt door de toevoeging van een gezonde dosis wantrouwen tegen hét smaakmakende element van de hedendaagse generatie actieve luidsprekers: DSP. Oftewel Digital Signal Processing. Want hoewel de (eveneens digitale) cd-speler en meer recentelijk ook de streamer uiteindelijk een voet aan de grond hebben gekregen op het eiland waarop de High End Hifi woont, is de toepassing van DSP in luidsprekers nog steeds zéér dubieus. De puurheidsgedachte die daaraan ten grondslag ligt is oprecht, maar heeft vanuit het perspectief van de moderne muziekconsument inmiddels ook wel iets iets aandoenlijks.
Wie mijn schrijfsels de afgelopen jaren heeft gevolgd zou kunnen weten dat ik al meermaals een lans heb gebroken voor de (correcte) toepassing van DSP in actieve luidsprekersystemen, omdat DSP de ontwikkelaars in staat stelt om een luidsprekers dingen te laten doen die zónder DSP onmogelijk zouden zijn. DSP kan de weergave dusdanig verbeteren dat het gevoelde ‘nadeel’ van DSP (verlies van signaal-integriteit...inmiddels achterhaald, maar ja: die stelregel hè...) veruit ondergeschikt is aan de verbeteringen die het oplevert. Vandaar dit kader met het ‘verhaal binnen het verhaal’. Ik had ook kunnen volstaan met: ‘Bruno Putzeys gelóóft niet alleen in de toepassing van DSP in luidsprekers, het is zeer waarschijnlijk dat (bijna) niemand de voordelen ervan zo goed kan implementeren als hij’, maar dat zou een gemiste kans op duiding zijn.
Specifiek bij de luidsprekers van Kii Audio wordt DSP bijvoorbeeld ingezet om een ‘Cardioïde’ afstraling van de lage tonen te creëren. In gewoon Nederlands betekent dat ‘hartvormig’ en onderstaand plaatje laat zien wat dat betekent: veruit de meeste energie wordt naar voren geprojecteerd (de richting aangeduid met ‘0 graden’). Het enorme voordeel hiervan is dat de luidsprekers veel dichter bij de achterwand kunnen worden geplaatst en dat ze ook minder staande golven in de ruimte veroorzaken. Dat betekent niet dat je ze voor de vuist weg in een ruimte kunt neerzetten en dat het dan meteen goed klinkt, maar wél dat de plaatsing een stuk gemakkelijker is. De DSP zorgt bovendien voor een extreem goede timing en impulse response, en vooral dat laatste is wat Bruno betreft dé sleutel tot een natuurlijke en ontspannen luister-ervaring. De Kii Seven’s klinken zo groots en gemakkelijk omdát er DSP wordt gebruikt, niet ondánks dat het erin zit.
Een ander voordeel van DSP is dat je actieve luidsprekers er nog tot op zekere hoogte mee kunt aanpassen aan de akoestiek van de luisterruimte. De Kii Seven wordt bij aflevering en installatie ‘ingemeten’ door de leverancier of - in sommige gevallen, maar niet ‘in de regel’ - door Kii Audio zélf. Hiervoor wordt een meting gedaan met een extern programma, bijvoorbeeld Room EQ Wizard, en de afwijkingen ten opzichte van een target-curve die voortvloeien uit die metingen worden omgezet in correcties, die je als preset opslaat in de Kii Control unit. Je kunt meerdere presets opslaan, voor wanneer je de Kii Seven in verschillende ruimtes wil gebruiken. Hoewel de door Kii zélf ontwikkelde DSP functies de weergave middels de cardoïde afstraling, de fasecoherentie/time-alignment en de perfecte onderlinge afstemming van de drivers al sterk optimaliseren is de externe meting van de daadwerkelijke ruimte waarin ze komen te staan de Room-EQ kers op de akoestische taart.
Het enige frequentiegebied waarin je betekenisvolle correcties kunt uitvoeren met behulp van DSP is in het laag, maar daar is ook de grootste winst te behalen. Denk daarbij met name aan het boundary effect (in het Nederlands bekend als grensvlakeffect), waarbij plaatsing vlakbij een wand of in een hoek voor een akoestische versterking van de lage frequenties zorgt. Zélfs met de cardoïde afstraling die al standaard in de firmware is geprogrammeerd. De verschillen waren in mijn luisterruimte subtiel maar goed hoorbaar, en zorgden voor een meer uitgebalanceerde frequentiekarakteristiek. Maar voor wie dat wil biedt Kii óók nog een ingebouwde toonregeling waarmee je het laag in stappen van 2dB kunt instellen tussen +2 en -6dB, en het hoog in stappen van 1dB kunt instellen tussen + en -2dB. Ik heb daar wat mee gespeeld en het werkt goed, maar ik heb er bij de luistersessies verder geen gebruik van gemaakt.