REVIEW

Eric Vloeimans

Dr. Longbeard & Marja | 13 juni 2002

Umai

Zowel op een SACD als ‘gewone’ CD speler af te spelen prachtige opname van vier meesters.

Men neme Eric Vloeimans met zijn trompet, voege daar voorzichtig de piano van John Tayler aan toe samen met een beetje bas van Furio di Castri en de drums van Joe Labarbera. Dit quartet wordt dan in handen van Chri Weeda in studio Le Roy vastgelegd in DSD en later op een hybride SACD/CD uitgebracht.

Bovenstaande is een succesrecept. Een viertal exceptionele musici die naast kunnen spelen, ook vooral kunnen luisteren en niet steeds haantje de voorste willen zijn. Dat begint al direct met het openingsstuk ‘Dreamland’ van Jeroen van Vliet. Een aanstekelijke melodielijn wordt op een mooie piano basis gezet door de trompet van Vloeimans. De diskant is een stukje dat gewoon in je hoofd blijft zitten. Een miniatuurtje eigenlijk dit duet. Nummer twee is een Dave Holland stuk, ‘Four Winds’. Een vrij ijle trompet met drum en bas begeleiding. Na twee minuten volgt een heel mooie bas solo van Di Castri die wonderschoon op de CD staat. Diep, warm en rond. Het drumstel is wat wijd met de bekkens op links en rechts, maar dat is persoonlijk. ‘Zorro’ is een Vloeimans compositie voor het hele quartet. Evenwichtig is het eerste wat opkomt hier. Om de een of andere reden doet het volgende stuk aan een dansje denken en waar de titel ‘C.H’ vandaan komt blijft gissen. Track vijf is het titelstuk van de CD, ‘Umai’. Weer een ingetogen, bijna gedragen stuk dat afgelopen is voordat je er erg in hebt. Het brede drumstel is heel duidelijk in ‘Bradshaw’, en het blijft vreemd klinken, zeker in een zo intiem opgenomen productie. Vloeimans blijft in het midden, de piano links-midden met een uitloop naar rechts, maar het stuk muziek is mooi. In ruim 15 minuten wordt de Vloeimans compositie ‘Villa Borghese’ eigenlijk ‘verteld’. Iedere instrumentalist vult de andere keurig aan, zonder dat er sprake is van een hoofdrol. ‘Duet #1” – er is geen #2 – is het spannendste stuk van de CD. Taylor gebruikt de paino als ‘echt’ percussie instrument door in de bak te spelen waar Vloeimans dan weer reacties op geeft en andersom. Verderop in het stuk worden de toetsen weer gebruikt en gaat de interactie verder. Ook dit stuk is weer veel te snel klaar. Maar ‘Summersault’, ‘Isis’ en ‘Roadmovie’ maken veel goed door melodische en harmonische eenvoud. Het laatste nummer wordt vooraf gegaan door een ‘Intro to Requiem’ als bassolo uitgevoerd, heel erg mooi. Het ‘Requiem’ zelf, - voor wie? – is statig en met extra echo een beetje koud zoals een ‘Last Post’ kan klinken.

De CD als geheel is zeer de moeite waard en voor degenen die al een SACD speler ter beschikking hebben nog meer, omdat het nog een van de weinige originele – en dus niet opgelapte oude – opnames is.

CHR 75061


EDITORS' CHOICE