Wanneer ik als recensent voor het eerst met een voor mij nieuw luidsprekermerk geconfronteerd word en ik aan het eind van de testperiode van mening ben dat dit model in zijn prijsklasse van de concurrentie weinig te duchten heeft dan roept dat meteen ook een vraag op. Zouden de andere modellen van dezelfde ontwerper ook zo goed presteren? Met andere woorden; verstaat de man zijn vak of ging het in dat ene uitzonderlijke geval om een toevalstreffer. De enige manier om op die vraag een antwoord te kunnen geven is natuurlijk om opnieuw een model ter test te laten komen.
De luidspreker waar ik hierboven aan refereer is de Minimonitor 2c van Clio Acoustic die ik anderhalf jaar geleden gedurende langere tijd in huis had. Destijds was hij het op één na goedkoopste model uit een reeks van vijf typen, eindigend bij het toenmalige topmodel de Muze 5a. Alle vijf zijn nog steeds in productie.
Nieuw is dat er aan de bovenkant van de range een duurdere Muze toegevoegd is, die in twee uitvoeringen leverbaar is; te weten de Muze 7a en de Muze 7d, met paarprijzen van respectievelijk 12.000 euro en 22.000 euro. Het verschil tussen de beide uitvoeringen zit in de gebruikte tweeter. De in de 7a ingezette 30 mm ceramische hoogweergever van Thiel - accuton wordt in de 7d vervangen door een diamant versie.
In de test beluister ik de luidspreker met de ceramische tweeter. Als tweede unit voor zowel de 7d als de 7a heeft ontwerper Marcel Boersma gekozen voor een 7 inch ceramische woofer, eveneens van Thiel - accuton. Aan deze ceramische conus zijn in de 7d overigens als extra `anti-resonance ears` toegevoegd om de break-up volledig te dempen. De filtering is zeer steil, meer dan 50 dB per octaaf, teneinde het overgangsgebied naar de tweeter zo smal mogelijk te houden.