In de reeks Japanse filmklassiekers van Total film Entertainment verschenen twee films van de legendarische regisseur Seijun Suzuki. In de jaren zestig keerde hij de conventies van de misdaadfilm binnenstebuiten met even vreemde als briljant gestileerde films. Bij productiemaatschappij Nikkatsu ontsloegen ze hem vanwege juist deze films, die men daar wat al te bizar vondt. De invloed van deze klassiekers op hedendaagse filmmakers als Quentin Tarantino is onmiskenbaar.
Beide films spelen in de maffiawereld van Tokyo, waar veel haat en nijd heerst onder de huurmoordenaars en bendes. In Tokyo Drifter wil baas Katura zijn leven beteren en zijn bende opheffen. Yakuza Tetsu is hem dermate trouw dat deze pensionering niet zonder problemen verloopt. In de in zwart-wit geschoten openingsscène wordt hij in elkaar geslagen zonder dat hij iets terugdoet – zijn bende is per slot van rekening ontbonden. Concurrent Otsuka weet Katura er via de tragische held Tetsu toe te bewegen zich weer in het strijdperk te begeven. Tevergeefs probeert Tetsu zijn baas te helpen door Tokyo een tijdje verlaten, maar een tragische ontknoping blijkt niet te ontkomen.
In Branded to Kill zijn de huurmoordenaars in een zodanige concurrentie verwikkeld dat ze vernoemd worden naar de plaats die ze innemen op een soort hitlijst, gebaseerd op hun mate van succes. Centraal staat nummer 3, Hanada. Hij gaat goed, 2 en 4 delven het onderspit (waarmee hij dus 2 wordt) tot hij in de ban raakt van de mysterieuze, door de dood geobsedeerde vrouw Misako.
Ze huurt hem om een buitenlander te doden, maar een papieren vlinder op de loop van zijn geweer doet hem missen. En missen is fataal in deze wereld: de held gaat zijn ondergang tegemoet.
De verhaaltjes van Tokyo Drifter en Branded to Kill zijn eigenlijk niet van belang. Ze zitten vol met de clichés die het genre eigen zijn. Stoere mannen, een enkele fatale vrouw die een puur symbolische waarde vertegenwoordigt. Van enige karakterontwikkeling is geen sprake. De aaneenschakeling van moordpartijen is nauwelijks te volgen en eigenlijk ook niet interessant.
Bijzonder zijn de films puur door hun filmische, visuele kwaliteiten, de uiterst gestileerde mise-en-scène. Je valt van het ene verbazingwekkend mooie beeld in het andere. Tokyo Drifter wordt overheerst door felle, kunstmatige kleuren, Branded to Kill is in prachtig zwart-wit gefilmd, beide in het brede cinemascope formaat. Het is ongelofelijk hoe Suzuki met zijn schaarse budgetten en korte draaitijd zulke prachtige decors heeft weten te realiseren en zulke fotogenieke locaties heeft kunnen bezoeken, vastgelegd in hoogst originele camerastandpunten.
De films van Suzuki hebben een hoge cultwaarde, vooral door de grote invloed die ze gehad hebben op latere generaties filmmakers in het gewelddadige genre. Het is bij het kijken naar deze DVD’s meteen duidelijk waaraan ze hun reputatie ontlenen: resultaten van een creatieve geest die een geheel eigen opvatting had over hoe een film er uit moest zien. Het is volstrekt begrijpelijk dat de regisseur problemen kreeg met het wereldje waarin hij opereerde, waar alles draaide om het tegen zo laag mogelijke kosten zo veel mogelijk standaard genrefilmpjes in elkaar te gooien om geld te verdienen.
De kwaliteit van beeld en geluid is gezien de leeftijd van de films vrij goed. Jammer is dat de DVD’s geen enkele achtergrondinformatie over de interessante filmmaker bevatten.
Aanvullende informatie:
Tokyo Drifter: Japan, 1965, 83 minuten
Branded to kill, Japan, 1967, 91 minuten
Regie: Seijun Suzuki
Beeld: 2,35:1 (anamorf, in 16:9 frame)
Geluid: Mono
Uitgave: Total film Entertainment