COLUMN

Bristol

René van Es | 03 maart 2005

Rechtstreeks van Schiphol naar Bristol International Airport is een wipje. Je bent nog niet opgestegen of de daling wordt al weer ingezet door het Easyjet toestel. Op naar de Bristol HiFi Show die daar al jaren wordt gehouden en is georganiseerd door twee audio ketens, Audio X en Audio T, in samenwerking met het Engelse blad What HiFi. Ons hotel ligt naast het busstation, is op loopafstand van het Marriott waar de show plaatsvindt en de weergoden zijn ons gunstig gezind. Geen regen of sneeuw maar een druilerig zonnetje valt ons ten deel.

Eenmaal binnen besluiten we de “top down” strategie toe te passen Beginnen op de bovenste verdieping en langzaam naar beneden werken. Met het idee dat het in de ochtend de drukte op de beneden verdieping zal zijn en de massa langzaam naar boven kruipt. Alleen rond het middaguur kom je de meute halverwege de show tegen. Uiteraard veel Britse merken die aanwezig zijn en relatief weinig import. Met uitzondering van de groten als Pioneer, Hitachi, Sony en dergelijke. Het zijn de belangrijke en/of kleine Engelse merken die de show domineren en het juist daardoor aantrekkelijk maken. Een compleet showverslag volgt binnenkort.

Wat opvalt in de kamers is het vaak uitstekende geluid en de beheerste weergave niveaus. In de kamers is nauwelijks gebruik gemaakt van akoestisch materiaal of van kunstgrepen om tot een goede weergave te komen. Veel stereo opstellingen en in veel mindere mate home cinema is onze indruk. Britse speakermerken als Harbeth, Spendor, PMC, Proac en Ruark zetten een bovengemiddeld goed geluid neer. Importmerken als Totem, NHT en Dynaudio doen daar aan mee. Terwijl wij ook met verbazing kijken en luisteren naar Resolution Audio (zie foto), Vivid en Fujitsu Eclipse. Bronnen vrijwel zonder uitzondering CD, DVD-Video of LP. Weinig tot geen SA-CD en alleen bij Meridian DVD-Audio. Wie met LP’s demonstreerde gebruikte meestal een Hadcock arm met een Music Maker element. Wij hebben er heel wat gezien die dag. Gemonteerd op diverse loopwerken.

Bristol (c) Xingo

Naast het uitstekende geluid is er nog iets dat opvalt. De sfeer onderling tussen exposanten is verschillend ten opzichte van veel andere shows die wij bezoeken. Er heerst een onderlinge relatie van samenwerking en “leven en laten leven”. Niemand draait zo hard dat er in de naastliggende kamer niets meer te horen valt. En als broeders staan Spendor, Harbeth, PMC, Proac en Totem naast elkaar. Bezoekers kunnen op die manier uitstekend vergelijken en nemen daar ruim de tijd voor. Over de muziekkeuze hebben we geen klagen. Geen audiofiele opnames van uitsluitend Krall en Jones (hoe fraai de dames ook zingen het komt je de strot uit) maar echt lekkere muziek die kennelijk gekozen wordt omdat de demonstrateur het leuk vindt. Collega Marc Brekelmans gaat helemaal uit zijn dak als Wim Verellen van Joenit zijn Totem’s laat kreunen onder LP klanken van Jimi Hendrix. Mooi of niet, verfrissend is het wel en dat heeft zijn weerslag op de show. Kennelijk is het aantal techno audiofielen hier ver ondergeschikt aan het aantal muziekliefhebbers. Verrassend fraai klinkt Ricky Lee Jones, Jennifer Warnes of The Academy of Ancient Music vanaf de conus.

Voor ons Nederlanders is het een onbekend fenomeen dat op een show direct gekocht kan worden. Audio T en Audio X hebben daarvoor een paar kamers tot hun beschikking. Wat je ziet op de show, kun je direct bestellen en na de show in één van de winkels afhalen. Uiteraard met een leuke korting als je op de show besluit. Enkele stuks, voornamelijk DAB radio’s, kunnen direct meegenomen worden. Op de begane grond worden door Chord, QED en anderen op wens van het koopgrage publiek luidsprekerkabels gemaakt, op lengte en met vereiste connectors, die afgerekend en meegenomen worden. Ook hier is de prijs een aanzet tot kopen want heel wat meters gaan van de rol. Interlinks, Scart, DVI het is allemaal à la minuut mee te nemen. Na die drukte verdwijnen we in de kelders waar grote ruimtes plaats bieden aan Dynaudio, Kef en Meridian. Vooral Meridian is indrukwekkend met een 7-kanaal opstelling voor DVD-Audio en DVD-Video. Hier wel Diana Krall in de speler, wat overigens magnifiek klinkt. Het prijskaartje daargelaten is het een begerenswaardige set voor een grote ruimte.

Eten en drinken in Engeland doe je bij de Indiër. Wat voor ons de Chinees is, is voor een Engelsman de Indiër. Onbekend met de kaart laten we ons voorlichten door leden van de Engelse audiopers waarmee wij aan tafel zitten en zien met genoegen een zeer smakelijke maaltijd verschijnen. Zo lekker dat we de volgende avond een gelijksoortig restaurant bezoeken. Een paar pinten Bitter spoelen het eten weg. De volgende morgen ontbreekt de tijd om terug te gaan naar de show. Goedkoop vliegen is leuk, maar je hebt je te houden aan de tijden die Easyjet kiest. Allebei vinden we één dag te kort voor een show die zo interessant is gebleken. Doet de kans zich voor dan gaan we volgend jaar twee dagen, kunnen we tenminste alles zien. Nu ging een deel van show aan onze neus voorbij. Als een paal boven water staat dat onderlinge samenwerking in de audio branche loont, gemeten naar het aantal bezoekers, uitlatingen van de exposanten en de uitstekende sfeer. Bye bye Bristol!

Met vriendelijke groet,
René van Es
Hoofdredacteur hifi.nl

 


EDITORS' CHOICE