Isabeau verblijft deze hele dag bij opa en oma. Aanvankelijk lag het namelijk in de bedoeling dat Antoinette en ik vandaag door zouden brengen op de Belgische High End show in Luik. Vanwege de grote afstand besluiten we echter op het laatste moment om daar van af te zien. Om toch optimaal gebruik te maken van deze kindloze dag wijzigen we ons reisdoel in Utrecht; een stad waar we beiden graag vertoeven.
Van de parkeergarages ‘Hoog Catharijne’ en ‘La Vie’ wordt aangegeven dat ze vol zijn dus we rijden door naar de alternatieve stalling die vlak achter de Oude Gracht ligt. Dan wandelen we over die, op deze zonovergoten zaterdag door marktkramen gedomineerde, winkelstraat op ons gemak naar Graaf Floris. Het terras is in dit jaargetijde helaas gesloten dus zijn we genoodzaakt om binnen onze koffie en cola te nuttigen. Ik zeg genoodzaakt want het lijkt wel of onze rokende medemens in toenemende mate cafés en restaurants gaat zien als de laatst overgebleven openbare vrijplaatsen waar nog aan rookverslaving toegegeven kan worden.
We mengen ons dan ook al weer snel tussen het wandelende publiek en richten onze schreden naar het filiaal van De Slegte waar Antoinette nog een aantal in haar collectie ontbrekende kinderboeken hoopt te vinden. Terwijl zij met een koortsige blik in de ogen naarstig op zoek is bedenk ik me dat ik weer vergeten ben om op internet te zoeken naar Utrechtse winkels waar oude en nieuwe lp’s te koop zijn.
Antoinette kan niets van haar gading vinden en nadat we nog een tweede antiquariaat in de Choorstraat bezocht hebben spoeden we ons in de richting van de markt die bij de ingang van het grote winkelcentrum gehouden wordt. Op iedere markt zijn tenslotte altijd wel wat boeken en platen te vinden. Wanneer het Antoinette geleidelijk aan duidelijk wordt dat dit haar dag niet is komt ze mij helpen bij mijn zoektocht naar tweedehands vinyl. Ze weet waar ik naar op zoek ben en we beginnen dan ook elk aan een uiteinde van de kraam. We zijn niet de enigen. Midden tussen ons in staat een man van middelbare leeftijd die in hoog tempo de hoezen omklapt. Hij is duidelijk bezig met een specifieke zoektocht. Uit het gedrag van de jongeman naast mij is op te maken dat hij het een stuk moeilijker heeft. Bijna elke plaat wordt van zijn plek gelicht en uitgebreid bekeken. Daarnaast werpt hij af en toe een blik op de bak die ik aan het doorzoeken ben. Alsof hij bang is dat ik die ene al zo lang gezochte plaat voor zijn neus weg zal kapen. “Was dat Eric Clapton?” vraagt hij op een gegeven moment. “Yup, een oudje van “mister slowhand” himself, voor de liefhebber” zeg ik en ik overhandig hem de bruine hoes.
Zijn vraag heeft echter slechts de functie van een gespreksopener want hij pakt de lp aan en zet deze zonder er verder nog naar te kijken in de bak voor hem. Als onderdeel van dezelfde beweging pakt hij meteen een andere hoes die hij vervolgens onder mijn neus schuift. “Weet U wat voor soort muziek dit is?” Ik kijk; Gladys Night and the Pips. “Soul” zeg ik terwijl ik onderwijl doorga met mijn queste. Frank Sinatra met Carlos Jobim. De hoes heeft geen gebruikerssporen dus de kans is aanwezig dat de vorige eigenaar op de plaat zelf al even zuinig geweest is. Mijn bloed gaat sneller stromen. “Is dat soft of heavy?” Verstoord mompel ik; “Hm?” “Deze plaat” dringt hij aan. “O” Ik werp een blik op de achterkant van de hoes. ‘Georgia on my mind’, lees ik. “ Definitely soft” luidt mijn oordeel. “O, jammer” mompelt hij van onder zijn ijsmuts en nu pas valt me op hoe jong hij is. Logisch dat hij zowel de groep als het nummer niet kent. Misschien niet zo bijzonder dat hij de lp als muziekdrager kent maar wel dat hij hier actief staat te zoeken tussen wat voor hem toch prehistorische muziekdragers moeten zijn. Zou het dan toch zo zijn dat vinyl aan een come back bezig is? Zelfs onder de jongere muziek genieters? Of zou deze jongeman gewoon een dj zijn die nieuw materiaal zoekt om te scratchen of op enig andere wijze creatief te hergebruiken..
“Er bestaan mooiere uitvoeringen van dat nummer”, zeg ik en in gedachten hoor ik eerst Ray Charles en vervolgens de voor mij favoriete versie van Anita Kerr. “Ik neem hem toch maar” zegt hij terwijl hij hem vooraan het stapeltje platen plaatst dat al tegen zijn buik rust. Bij de lp van Frank Sinatra ontdek ik ondertussen een lange diepe - niet van de matrijs afkomstige, want in de verkeerde richting lopende - groef die de eerste drie nummers van kant één met elkaar verbindt en hoe goed mijn platenwasser ook op zijn taak berekend is; dit is een te zware opgave voor hem. Met pijn in mijn hart zet ik de hoes dan ook terug. “Heeft U ook platen van Ramses Shaffy waarop Liesbeth List niet meezingt?” Deze keer is de vraag gericht tot de kraamhouder en nog voordat het antwoord klinkt weet ik al wat er komen gaat; “Als ze daar niet bij staan heb ik ze niet.” Halverwege de kraam ontmoet ik mijn groenoogje en snel kijk ik haar selectie door. Hoewel ik een aantal exemplaren al in mijn collectie heb blijven er ook nog enkele over die de moeite waard zijn.
Met een tas vol opgediepte ‘vuile’ schatten lopen we daarna in de, nu in snel tempo intredende, duisternis in de richting van de parkeergarage. Het liefst ga ik linea recta op huis aan want de platenwasser roept. Ik popel om te beluisteren of de platen nog net zo goed klinken als de eerste oppervlakkige inspectie doet hopen. Aan de andere kant begint mijn maag zich te roeren en hebben we zo zonder Isabeau een unieke gelegenheid om heerlijk met z’n tweeën uit eten te gaan. Deze laatste gedachte wordt door Antoinette gedeeld en we zijn het dan ook betrekkelijk snel eens. Waarna ons nog slechts de vraag rest; welke gelegenheid kiezen we. Nemen we een ons bekend restaurant of proberen we weer eens iets nieuws. Al overleggend houden we onbewust halt voor wat de ingang van een restaurant blijkt te zijn. De naam, ‘Het Zuiden’, doet vermoeden dat het hier om een etablissement met een mediterrane keuken gaat en een blik op de kaart bevestigt dit. Voor de tweede keer die dag kijken we even later vanaf een tweepersoons tafeltje bij het raam naar de mensen die, nu voor het merendeel bepakt en bezakt, langslopen.
Amalia Rodrigues’ ‘Casa Portuguesa’ vult de ruimte en deze Fado zangeres brengt me op een idee. “Zou het niet leuk zijn om een rubriek op hifi.nl te beginnen waarin de recensenten de geneugten des levens beschrijven?” Klaarblijkelijk heb ik mijn overpeinzing hardop verwoord want ik krijg direct antwoord. “Dat doe je toch al door je luisterervaringen weer te geven?” “Ja natuurlijk, maar muziekliefhebbers zijn in mijn beleving levensgenieters”, zeg ik terwijl ik onderwijl mijn ogen op de kaart over fazantdijen laat glijden. De ober komt het ons nog wat moeilijker maken door te vertellen dat er naast de ‘carpaccio classico’ ook nog twee niet op de kaart staande varianten mogelijk zijn. Ik opteer voor één van de twee visuitvoeringen. Wanneer ik mijn blik weer op de groene ogen tegenover me richt worden die bekroond door een lichte frons. Uhhhh, waar was ik. O ja. “Wat ik bedoel is; we zouden natuurlijk ook de klankkwaliteit van geluidsinstallaties in restaurants kunnen gaan beschrijven.” Een geamuseerde lach is mijn deel; “En dan mag JP zeker de rekening betalen?” “Ik zie het voor me; we delen sterren uit, à la ‘Guide Michelin’, en uiteindelijk zullen in alle restaurants in Nederland de meest exquise high end installaties staan.” Antoinette blijft sceptisch; “Ja ja, en natuurlijk zullen de gasten dan uiteindelijk ook thuis stuk voor stuk zulk oorstrelend geluid willen hebben.”
Het gezelschap kan niet beter, de carpaccio is voortreffelijk, de Chablis van het mij tot op dat moment onbekende “Domaine du Colombier” aangenaam fris en het Siciliaanse vistrio een gastronomisch geslaagde combinatie. Ik kan Antoinette verleiden tot een ‘Crêpe Suzette’, trakteer mezelf op een goed gesorteerd kaas plateau en geniet van de intieme sfeer die slechts incidenteel doorbroken wordt door de komst van de attente ober. “Heb je nu voor jezelf aantekeningen gemaakt?” vraagt Antoinette vanachter haar thee terwijl ik geniet van een dubbele espresso en een Calvados. “Aantekeningen, hoezo?” Weer die glimlach. “Van de installatie en van de muziek.” Ik begrijp absoluut niet waar ze het over heeft. “Voor je nieuwe levensgenieter rubriek natuurlijk.” Mijn reactie komt er op verontwaardigde toon uit: “Nee zeg, schei eens uit. Alsof ik constant met audio bezig ben. Het idee.” Maar terwijl ik het zeg denk ik; nu moet ik niet vergeten om straks thuis meteen nog even op internet te kijken naar die adressen. Anders weet ik bij ons volgende bezoek aan Utrecht nog steeds niet waar ik moet zijn voor tweedehands vinyl.