Het laatste stuk van de weg naar het prestigieuze Kempinski Hotel is een tweebaansweg waarlangs vrijwel uitsluitend wat de Amerikanen noemen “ German power cars” geparkeerd staan die er stuk voor stuk uit zien alsof ze zo uit de showroom komen. Een stoplicht is er de oorzaak van dat de lange rij auto’s slechts tergend langzaam voortkruipt richting hotel. Hoewel het hemelsbreed niet zo ver van de stad Frankfurt en de drukte van het gigantische vliegveld verwijderd is, is daar bij het hotel weinig van te merken. Het grote gebouw is gelegen in een landelijke omgeving met veel groen. Vanwege de grote drukte wordt tijdens de beursdagen een deel van de rondom het hotel gelegen gazons gebruikt om de grote stoet auto’s een parkeerplaats te bieden. Ik durf me nauwelijks voor te stellen hoe dit, fraai aangelegde, door de regen drassig geworden groen er na 4 dagen high end beurs uit zal zien.
Naast de ingang staat een groot billboard opdat een ieder weet dat hier de jaarlijkse High End beurs van de Duitse High End Society ( www.highendsociety.de ) gehouden wordt. In de hal staan diverse componenten opgesteld waaronder de Nautilus speaker van B&W, een top draaitafel van het Duitse Transrotor en een Teutoonse speaker waarvan de vormgeving maakt dat ik moet denken aan de enscenering van een Wagner opera. Wanneer we ons melden bij de hotelbalie worden we doorgestuurd naar het nabij gelegen perscentrum. Met een naambordje, waaruit blijkt dat wij voor Hifi.nl schrijven en waaraan met grote letters “Presse Niederlande” toegevoegd is, op de borst en een dikke zeer uitgebreide beurs catalogus in de hand storten we ons even later in het gewoel. Op de begane grond, waarvan de kamernummers vreemd genoeg allemaal met een 1 beginnen, zijn diverse producten te zien die in Nederland niet samen op een beurs zouden kunnen staan omdat de importeurs niet samen door een deur kunnen. Terwijl ik dit schrijf bedenk ik me dat dit gegeven misschien wel een aardig onderwerp kan zijn voor een toekomstige column.
In de grote balzaal een overweldigend aanbod aan cd’s en lp’s waar ik slechts aan voorbij kan gaan door mezelf continu in te prenten dat ik hier ben om installaties te zien en te horen. En dat kan volop! Hoewel een aantal merken, waaronder Chord, op onze eerste dag zonder stroom zitten en de opvallend vormgegeven apparatuur slechts in stilte kan blinken. Glimlachend bedenk ik me dat het wel opvallend is dat juist een Engels merk in Duitsland zonder stroom zit. Daarentegen heeft het Duitse Audio Physic stroom voldoende en ik vraag me in verwondering af waarom iemand er voor kiest om een full range speaker te laten spelen in een duidelijk te kleine ruimte terwijl een kleinere speaker uit hun gamma als de Spark waarschijnlijk stukken beter geklonken zou hebben. Ook Meridian, dat een kamertje helemaal volgestouwd heeft met apparatuur, lijkt de luistertoets vooraf vergeten te zijn. Het is voor mij onbegrijpelijk dat mensen die zulke mooie producten van topmerken verkopen zo’n grote fout kunnen maken. Dan maar liever helemaal niets laten horen.
Meerdere fabrikanten en importeurs hebben er voor gekozen om hun apparatuur slechts visueel te laten bewonderen; Clearaudio in de Erkerzimmer bijvoorbeeld. Tevergeefs zoek ik naar de mij door de Nederlandse importeur aangekondigde cd speler. Wel zie ik voor het eerst de versterkers van het merk. Misschien leuk om nog eens voor een luistertest te vragen. Ook andere draaitafel fabrikanten als Transrotor en Pro-ject laten hooguit hun plateaus omwentelingen maken zonder dat er een naald op het vinyl zakt. De grote Genesis speakers zwijgen eveneens in alle talen. Jammer, ik weet hoe mooi ze kunnen klinken.
Maar ook in de kamers waar wel gedraaid wordt is er soms weinig gelegenheid om te luisteren. Op het moment dat men “Presse Niederlande” ziet staan wordt er gewapperd met testrapporten, wordt er uitleg gegeven over het product en worden speciale persmappen en test cd’s overhandigd. Veel van dat moois wordt echter niet in Nederland geïmporteerd.
Ook gaat er veel tijd zitten in het bezoeken van en praten met de alom vertegenwoordigde Nederlandse audio importeurs. De een heeft net een merk verloren aan een concurrent, een ander vraagt aandacht voor een nieuw type speaker, een volgende is op zoek naar een nieuw merk in een bepaalde prijsklasse om aan zijn leveringspakket toe te voegen etc. Ook worden er concrete afspraken gemaakt over te testen apparatuur waarvan de bevindingen te zijner tijd op hifi.nl gepubliceerd zullen worden.
Gelukkig is er ook nog tijd om naar wel spelende installaties te luisteren. Zoals die welke gepresenteerd wordt door van den Hul Deutschland waarin grote hoornluidsprekers aangestuurd worden door de snelle versterkers van Array in hun, internationaal beter passende, nieuwe vdH jasje. Het frontend is uiteraard een draaitafel met een van den Hul element. Andere spelende combinaties worden gepresenteerd door de grote Duitse merken Burmester en MBL, met het kleinere broertje van de beroemde “radialstrahler” luidspreker. Mijn vrouw, die ons op een van de dagen vergezelt, opteert meteen voor Burmester. Minder gecharmeerd is ze van de dCS Purcell die het cd geluid door upsampling naar 24bit/192Khz tilt. Hoewel ze toegeeft dat het via de Wilson Audio speakers weergegeven geluid na upsampling mooier klinkt, vindt ze de toegenomen hoeveelheid ruis “te storend”.
De Audiostatic elektrostaten, ditmaal aangestuurd door Neukomm componenten, kunnen mij deze keer minder bekoren dan vorig jaar op de VAD show het geval was en eens te meer wordt duidelijk hoe belangrijk de samenstelling van de rest van de set is en hoe groot de invloed is van de ruimte waarin gespeeld wordt. Het is trouwens opvallend hoe weinig sets gepresenteerd worden in een kamer waarin aandacht besteed is aan het optimaliseren van de akoestiek. Ook de aandacht voor stroomvoorziening is zeer wisselend en varieert van een standaard vetertje tot een dikke afgeschermde kabel waarbij een enkeling dan ook nog gebruik maakt van een, soms overgedimensioneerde, accu als bron.
Op de eerste verdieping, waar de kamernummers uiteraard met een 2 beginnen, hoor ik bij het uit Aachen afkomstige Audiodata hun speaker de Echelle. Intern bekabeld met Straight Wire en zoals alle speakers van dat merk voorzien van “bedampfung mit stahlkugeln” waardoor de speaker extreem resonansarm zou zijn. Voor mij, zoals zij zelf in de catalogus ook aangeven, “Eine der besten vorfuhrungen der Messe”. Hoewel er in de grensstreek via Duitse dealers wel regelmatig speakers aan Nederlandse klanten geleverd worden, vertelt de eigenaar desgevraagd dat er helaas nog geen Nederlandse importeur voor zijn producten is. Eveneens op die verdieping: Isenberg Audio met een klasse draaitafel van Simon Yorke Designs waarin gebruik gemaakt wordt van een element van de bij de demo aanwezige Jan Allaerts. Fischer & Fischer bewijzen met hun SN550 speaker, waarvan de kast uit leisteen vervaardigd is, dat ook zij weten hoe je op een beurs een installatie goed kunt laten klinken.
Bij Manger staat men in de rij om naar binnen te mogen. Later nog maar eens proberen. Wanneer ik op de tweede verdieping loop hoor ik uit kamer 358 muziek komen die maakt dat ik naar binnen getrokken wordt. “Kind of Blue” kan ik nooit weerstaan. Binnen word ik opgewacht door twee glimlachende, duidelijk uit India afkomstige, mannen die een uitnodigend gebaar maken naar enkele nog vrije stoelen. Mijn ogen richten zich op de twee massieve Cadence monoblokken en de twee Cadence weergevers; designed and manufactured in India. Ik sluit, niet alleen vanwege het design, mijn ogen en richt mij op de muziek. Wanneer het eerste nummer afgelopen is open ik ze weer in de veronderstelling dat er een nieuwe cd opgezet zal worden. Geen van beide besnorde, bescheiden op de achtergrond blijvende, nog steeds glimlachende mannen maakt echter aanstalten om Miles Davis te onderbreken en ik glijd het tweede nummer in; genietend van het warme muzikale buizengeluid. Nu ik iets langer zit ga ik ook mijn rug voelen; zo’n dag van staan en slenteren blijkt pas vermoeiend te zijn wanneer je even rust neemt.
Uiteindelijk weet ik me los te rukken van de muziek en struin ik de verdieping verder af. De Copland apparatuur ziet er als altijd weer fraai uit en ik vind het jammer dat ik niet de kans heb om ze klankmatig te beoordelen. Dat doet me denken aan het Scandinavische merk Electrocompaniet en na een blik te hebben geworpen in de catalogus spoed ik mij naar de begane grond om dit fraaie merk te bezoeken. Op weg daarheen kom ik langs een stille kamer waarin zich de top lijn van de audiorack fabrikant Copulare blijkt te bevinden. Konden zijn op de eerste verdieping uitgestalde producten mij nog bekoren door hun degelijke opbouw en sobere uitstraling, ditmaal moet ik mijn ogen dichtknijpen tegen al het, volgens mij met name het Duitse publiek bekorende, blink- en schitterwerk. In het voorbijgaan blijkt Miles Davis (terecht) nog steeds niet te zijn onderbroken. Of zouden die heren slechts 1 cd bij zich hebben? Bij Manger nog steeds rijen wachtenden hetgeen mij wel nieuwsgieriger maakt.
Electrocompaniet overtuigt als altijd en het schiet als een flits door me heen dat Herman van den Dungen nog steeds niet gereageerd heeft op mijn verzoek om door hem geïmporteerde apparatuur voor recensering ter beschikking te stellen. De hier gehoorde cd speler zou ik bijvoorbeeld graag een keer in mijn eigen systeem en luisterruimte horen. In gedachten verzonken bevind ik me ineens weer tussen de te koop aangeboden cd’s en lp’s en ditmaal kan ik me niet langer beheersen. Tot aan het cocktail uurtje, dat ik zeer genoeglijk in de perskamer van B&W doorbreng, spit ik de bakken door en vind ik nog wat exemplaren die ik mogelijk in de toekomst ook bij het recenseren nog wel zal gaan gebruiken. Tijdens het diner ’s avonds realiseer ik me, na een opmerking van een disgenoot, dat ik nog steeds Manger niet gehoord of gezien heb en dat ik dus ook volgend jaar weer acte de presence zal moeten geven in Frankfurt. Een Engelse audiobuddy verwoordt het als volgt; “It’s a dirty job but someone has got to do it”.