Het kan nauwelijks toeval zijn geweest dat Italiaanse luidsprekers werden beluisterd in één van de warmste periodes die Nederland gekend heeft. In een zonovergoten Zwolle is een bezoek gebracht aan Audio Tempel, gelegen aan de Sassenstraat 25, om een dag lang in de luisterruimte te kunnen en mogen spelen met Opera luidsprekers. Opera luidsprekers worden al jarenlang geïmporteerd door Analogue Audio Products en in samenwerking met AudioTempel is een viertal Opera modellen geselecteerd voor de luistersessie van vandaag. Een vijfde model gaat mee naar huis om uitgebreid aan te tand te worden gevoeld.
Na te zijn verwelkomd door Audio Tempel-eigenaar Cor van Empel maken we een plan. Begonnen wordt met de Opera Prima 2015, het kleinste model uit de Classica lijn, dan de Opera Seconda, waarna overgestapt wordt op de Callas lijn met de Callas Diva en de Grand Callas. De Callas Monitor gaat eind van de dag mee in de auto...
Opera Loudspeakers: een stukje historie
De geschiedenis van Opera Loudspeakers gaat terug tot 1989, het jaar van oprichting van het bedrijf. De eigenaar van Opera was al langer actief op de Italiaanse markt als importeur van Engelse luidsprekers. Een moeizaam verhaal dat liep van 1980 tot 1989. Niet vanwege de kwaliteit van de Engelse weergevers, wel vanwege het uiterlijk. De trendgevoelige Italiaan die gewend is aan designmeubels, lampen, auto’s en kleding liep niet warm voor de rechthoekige kasten met bruine frontjes.
Echt hout, hoogglanslak, leer, desnoods glas, organische vormen, dat is wat de gemiddelde Italiaan zelfs van zijn luidsprekers verwacht. Waarbij de kritische Italiaan een weergavekwaliteit eist in overeenstemming met dat uiterlijk. Daarmee is de basis van Opera uitgelegd, de hoge weergavekwaliteit verpakt in mooie vormen met een perfecte afwerking is nog steeds het kenmerk van Opera luidsprekers.
Opera heeft twee productlijnen beschikbaar, de voordeliger Classica lijn met tweeweg- en driewegsystemen en de Callas lijn met drie modellen. De Callas Diva en de Grand Callas hebben niet alleen drivers aan de voorzijde maar ook twee tweeters aan de achterkant voor een meer natuurlijke en ruimtelijke afstraling en het bij benadering plaatsen van instrumenten en stemmen in hun natuurlijke, akoestische omgeving.
Voorstelrondje
Omdat luisteren veel belangrijker is dan technische specificaties maak ik slechts een korte opsomming zodat iedereen weet waarnaar geluisterd gaat worden en in welk segment de types te plaatsen zijn.
De Opera Prima 2015 kost 1.750 euro per paar, meet 34x222x305cm (HxBxD), weegt 8 kilo, wordt uitgevoerd met houtgefineerde zijkanten, is verder afgewerkt met zwart kunstleer en vind je hier rechts getoond. Een 6,5 inch woofer met aluminium conus en een Scan-Speak D26 softdome tweeter vormen de bezetting. Het is een basreflex met de poort aan de voorzijde. Zoals elke Opera heeft ook de Prima een impedantie van 4 Ohm. Het rendement van de monitor is 91dB wat hem geschikt maakt voor heel veel versterkers.
De Seconda SE is een vloerstaand 2,5-weg model met twee 7 inch woofers gepaard aan weer een D26 tweeter. Zijn prijs is 3.750 euro per paar. Het model is 102cm hoog, 24,5cm breed, 43cm diep en weegt 22,5 kilo. Te gebruiken als basreflex of als gesloten systeem door de poorten af te sluiten. Het rendement ligt met 89dB wat lager dan bij de Prima. Beide systemen zijn leverbaar in zwart, mahonie en kersen.
De Callas serie staat een stap hoger, is ook groter. De Callas Diva van 9.500 euro per paar meet al 115x285x53cm en weegt per stuk 60kg. Het is een basreflex met twee toegevoegde tweeters aan de achterzijde. De luxe uitvoering in gelakt mahonie of walnoot, gecombineerd met het gebruik van leer en glas aan de bovenzijde maakt hem een typisch Italiaanse luidspreker. Een 8 inch lange slag woofer zorgt voor het diepste laag, een SEAS 7 inch midrange met polypropyleen conus en fase plug werkt voor het middengebied. De tweeter is een Scan-Speak 9700. Rendement is 89dB aan 4 Ohm.
De nog grotere Grand Callas, te zien hier rechts, meet 130x30x55cm, weegt per stuk 75kg en kost 11.500 euro per paar. Toegevoegd ten opzichte van de Callas Diva en een extra 8 inch woofer. Rendement eveneens 89dB. Voor alle Opera modellen geldt dat de impedantie nooit onder de 3,2 Ohm zakt. Geldt dat de filters opgebouwd zijn met luchtspoelen en Mundorf condensatoren en dat de filters meestal een helling hebben van 12dB/octaaf. Voor de tweeters achterop geldt een afval van 18dB/octaaf. Voor- en achtertweeters zijn ten opzichte van elkaar uit fase geschakeld en achter spelen ze mee op een laag volume . Deze koppeling zorgt samen met de afstand ten opzichte van de tweeter aan de voorzijde ervoor dat de drie tweeters niet met elkaar interfereren.
Waar spelen wij mee?
Als gast van een winkel laat ik graag de opbouw van een systeem over aan de winkelier, die weet wat een mooie combinatie is met de diverse Opera luidsprekers. Streamer wordt een Cary Audio DMS-700, een bekende die ik eerder thuiskreeg voor een review, waarbij de muziek streamt vanaf Qobuz. Ethernet switch is een Melco S-100 met iFi Elite voeding. Voor de Classica Prima 2015, de Seconda SE en aanvankelijk ook voor de Callas Diva gebruikt Cor een Rogue Audio Cronus buizenversterker met in twee KT-120 eindbuizen per kanaal.
In een tweede ronde met de Callas Diva en voor de Grand Callas zijn een Rogue RP-7 buizenvoorversterker en een ST-100 Dark buizeneindversterker ingezet. Audiomica Laboratory bekabeling heeft de voorkeur van Cor. Zoals hij opmerkt: “Een betaalbare range kabels die hoge ogen gooit en zeer doordacht is opgezet. Ontwikkeld en gemaakt in Polen, een land waar een grote afzetmarkt voor audio bestaat.”
We gebruiken Audiomica netsnoeren, interlinks en luidsprekerkabels. Voor mij is het wennen aan de akoestiek, aan Rogue versterking en Audiomica kabels. Daarom laat ik via de Opera Prima luidsprekers eerst wat muziek spelen die ik goed ken. Anne Akiko Meyers, klassiek violiste die op “Seasons … Dreams” een paar evergreens in een viooljasje stopt en daarnaast zang van Jacintha. “Sumertime” gespeeld door Meyers vind ik wel passend als de zon door de ramen van AudioTempel schijnt. Bij Jacintha vallen al direct een paar dingen op aan de Opera luidsprekers, maar daar kom ik liever in meer uitgebreide bewoordingen op terug als ik gewend ben aan het complete systeem. Het wordt een heerlijke dag luisteren gevuld met muziek.
Opera Prima 2015 trapt af
Het kleinste model als eerste. Speakers zo neergezet dat de tweeters zo dicht mogelijk bij elkaar staan en de poorten zo ver mogelijk uit elkaar. Alle andere Opera speakers aan de kant, telkens zetten wij model voor model op de juiste plaats. Ik begin het serieuze luisteren met Solveig Slettahjell en haar “Lullaby of the sea – Havets voggesang”. Een track met piano en zang.
Wat vanaf het begin enorm opvalt is hoe gemakkelijk de Prima de muziek los laat komen van de weergever zelf. De Prima verdwijnt totaal uit beeld, dat merkte ik al tijdens het “wennen”, nu wordt dat nog eens extra versterkt met de zang van Solveig. Achter haar eerst alleen een piano die in volume aanzwelt. Tot percussie wordt toegevoegd ter linkerzijde en Solveig in de opname naar rechts schuift. Zelfs dan, als ze uiterst rechts staat, is haar stem niet terug te leiden tot de speaker zelf.
Ze zingt een tweede stem teruggezet in het midden. Het is intrigerende muziek en op deze kleine speakers onverwacht volwassen. Een lichte heesheid is aanwezig, te herleiden tot de vrije opstelling van de luidsprekers die de basenergie beperkt houdt. Zet ze dichter bij een wand en de klankbalans zal verschuiven naar een donkerder tint.
De tweeter blijft ook in de vrije opstelling beheerst, maakt het niet te bont, weet eerder een stem zover open te trekken dat verstaanbaarheid optimaal is. Silje Nergaard met haar akoestisch gespeelde cd “Based on a thousand true stories” lijkt erg op het werk van Solveig. In deze opname gaat de piano een heel stuk dieper en is hij helderder opgenomen, waardoor nu de nadruk op het instrument komt te liggen.
De Prima toont zijn dynamiek en kracht, ongetwijfeld werkt een KT-120 buis in de versterker daaraan mee, uiteindelijk is het de luidspreker die moet presteren. Naast het loskomen van de weergevers is het stereobeeld in hoge mate aantrekkelijk. Silje naar voren, piano meer naar achteren en wat lager geplaatst. Een natuurlijke opstelling waarbij zowel stem als instrument de ruimte krijgen. Piano weerklinkt op een natuurlijke manier, gemakkelijk, ruim en groot. Terwijl de stem mooi focust en menselijk groot weet te blijven. Niets is zo hinderlijk als een opgeblazen stem die veel te groot in de ruimte staat.
Anne Akiko Meyers komt toepasselijk voorbij met de “Zomer” uit “De vier jaargetijden” van Vivaldi. Mooie onderlaag van de strijkers die zachtjes inzetten. Dan breekt de zon door voor de solo viool van Meyers en zwelt het volume met sprongen aan. De muziek is ongelofelijk mooi, de speaker werkt 100% mee om alle gevoel en emotie in de opname naar buiten te brengen. Veel nadruk op het middengebied wat ik zeker kan waarderen, wat meer bas in de grote luisterruimte zou welkom zijn, dat wordt of een groter systeem of een bescheiden subwoofer toevoegen.
Wie zelf niet over een heel grote ruimte beschikt en noodgedwongen de luidsprekers bij de wand moet plaatsen, zal het zeker als een zegen ervaren dat een Opera Prima zich ook dan niet laat verleiden tot een bonkende bas. Pas nu merk ik dat het stereobeeld tussen de luidsprekers wordt gehouden, weinig opvallend gezien de diepte en hoogte die zo ruim aanwezig zijn. In die dimensies heeft het orkest de ruimte en blijft groot. De solo’s van Meyers zijn een meeslepend feest op de Prima. Haar Guarneri viool juicht richting de luisteraar.
Tot slot met deze eerste speaker een remasterd versie van “Stairway to heaven” van Led Zeppelin, in mijn oren de beste popsong ooit geschreven en (sorry!) vandaag de dag niet geëvenaard. Perfect klein gehouden stem aan het begin, tokkelende gitaar, langzaam groter groeiend. Breed in de ruimte met die fraaie focus van de stem. Na 4.30 minuten begint het slagwerk waar de Prima 2015 wel weg mee weet. Rock gaat uitstekend op de Prima, is dat de eerste stap op de Opera ladder naar de hemel?
Opera Seconda SE volgt op
Lori Lieberman, album “The girl and the cat”, track “Martha and me”. Zo win je mijn hart wel als je Lori zo door de ruimte slingert. Net als de kleine Prima met een prachtige focus, compleet met het losraken van de weergever in een voorbeeldig stereobeeld. Klein gehouden met een fragiele stem, haar eigen gitaar en daarachter het klassieke Matangi Quartet.
Muziek die liefde uitstraalt, op een weergever die de aangeboden liefde weet te interpreteren. Het is iets kritischer om in de echte hotspot te blijven dan het geval was met de kleinere Prima. Uiteraard is er behoorlijk wat lage tonen informatie toegevoegd in de diepte, niet zozeer in energie. Daarom is de Seconda geschikter voor een grotere ruimte waarin de speaker weg mag blijven van de muren.
Ray Charles en Natalie Cole zingen “Fever”, hij met een warme stem, gefundeerd op een stevige bas, een bas met een melodie. Cole met haar heerlijke stem, bijtend of soms lief, gevat in een grote dynamiek, met gemak zingend. Elk element dat dit duet zo leuk maakt is aanwezig en komt vol tot bloei. Het tovert een grote glimlach op mijn gezicht.
Oscar Peterson “Georgia on my mind” van de cd “Night train”. Piano zoals je verwacht bij deze man, soms denk ik dat hij maar de helft van de noten speelt, zo soepel is zijn spel. Iets dat de Opera Seconda goed weet weer te geven. Ouderwets stereo, bas rechts, drums links, Peterson in het midden. Het gemak waarmee ook deze wat grotere Opera speelt is opvallend. Tonen vloeien de ruimte in, echter vergis u niet, ze zijn krachtig, stoppen snel als dat in de opname zit, zijn puntig en versmelten niet tot een brei van geluid.
Uit het omvangrijke oeuvre van Christopher Hogwood kom ik sonates tegen van Henry Purcell. Twee violen, cello en orgel. Engelse muziek uitgevoerd door de meester in de barok. Als het op deze manier wordt weergegeven kan ik er geen genoeg van krijgen. Zuiver, melodieus, toon voor toon duidelijk te volgen. Instrumenten die natuurlijk klinken. Nooit scherp, nooit te veel laag, nooit tam. Muziek zweeft de oren in en wordt als buitengewoon prettig ervaren. Waar Meyers fel is met haar spel, Janine Jansen gedreven, is Hogwood de man die muziek “lief” maakt. Mijn eerste klassieke plaat was ooit van hem, lang, lang geleden. Later is de bewondering alleen maar toegenomen. Als je dan kunt luisteren alsof het viertal mensen speciaal voor jou musiceert, dan ben je koning te rijk.
Vrij in de ruimte alsof het live is, instrumenten op de juiste grootte afgebeeld, in een relaxed stereobeeld dat dichtbij genoeg komt om geloofwaardig te zijn, ver genoeg wegblijft om niet om de oren te drukken of te beklemmen. Voor mijn gevoel kan ik hier uren mee voort. Heel oneerbiedig breek ik het toch na enige tijd af. Immers meer soorten muziek moeten langskomen en de eigenaar van AudioTempel wil straks ook naar huis. Ok, Dire Straits en dan het mooie nummer “Ride accross the river” van hun meest populaire album waar de cd mee op de wereld werd gezet. De Seconda geeft flink gas op gebied van bas, elke noot heeft kracht en gaat behoorlijk diep. Met daarin een melodie, het is geen doffe bonk. Hogere tonen van slagwerk, fluit en gitaar vormen een eenheid met de bas, maar weten wel volkomen los te raken in klank en zo niets verloren te laten gaan. Knopfler is goed te verstaan, laat zich niet wegdrukken in de bassen.
Zodra de oerwoudgeluiden vrijkomen stopt de basgitaar om plaats te maken voor een imposante basdrum, zich een plaats veroverend tussen de percussie en de fluiten. Gitaar blijft sterk aanwezig in de spannende strijd tussen instrumenten. Zoals ik altijd gewend ben gaat het stereobeeld breed, tot een heel eind buiten de opstelling van de weergevers. De Seconda is daarin de meerdere van de Prima. Terwijl juist een monitor gemakkelijker zou kunnen spreiden dan een vloerstaand model. Prima gedaan van de ontwerpers van Opera.
Nog heel even de klassieke stem van Griet de Geyter, als brug naar een hoger model luidspreker dat als volgende aan de beurt komt. Heel breed neergezet, heel diep doorlopend in het stereobeeld, heel zuiver van toon en rijk aan klank. Griet met daarachter orgel. De ruimte waarin zij is opgenomen speelt een rol en geeft een natuurlijke galm op de stem. Helder, krachtig en soms heel hoog in de toonsoort. Wat een machtige stem heeft deze Belgische zangeres op de Seconda.
Callas Diva moment breekt aan
Verschuif de grens nog een stuk verder met een hoger model van Opera in de Callas range. Waar de galm al zo mooi op de stem van De Geyter zat met de Seconda, voegen de extra tweeters aan de achterzijde van de Callas Diva nog een dimensie toe. Door de stem wat dichterbij te brengen en tegelijk beter te positioneren in de ruimte. Nog eenvoudiger wordt het voor de luisteraar om de opnameruimte in gedachten voor te stellen. Wel heb ik mijn stoel naar achteren moeten zetten, de speakers staan verder uiteen en vragen een wat grotere luisterafstand. Want zittend in de oude positie viel heel even een gat in het midden. Dat was dus simpel op te lossen en nu geeft de Callas Diva alle ruimte aan het orkest waarin de musici aansluiten en samenspelen.
Even terug naar de stem van Lieberman. De Callas Diva positioneert zich een serieuze stap hoger, ook in prijs, maar vooral hoorbaar een klasse hoger. Lori’s stem trekt de aandacht, instrumenten vullen aan, heel fraai in balans zijn midden, hoog en bas. De weergave is filigraan, tastbaar, hartverwarmend, mooi in pure eenvoud. Gebleven is het gemak in de weergave, de dynamiek lijkt wat kleiner, in werkelijkheid groter, maar vanwege de nog betere balans in de klank valt dynamiek minder op. Intonaties in de stem zijn op de Callas Diva beter hoorbaar dan op met de Classica lijn, uithalen komen meer binnen. Haar mooie nummers hebben er een dimensie erbij gekregen.
Allan Taylor met “Colour to the moon” verleidt de Opera niet tot overmatige basweergave, wat met de Stockfisch opnames al heel snel het geval kan zijn. Het is een vol beeld, van uiterst links naar rechts, met een muur van geluid op de achtergrond. Daarvoor de warme stem, heldere gitaarklanken, kleine geluidjes om de muziek mee te larderen. Als een warme deken zingt Taylor zijn tekst voor de luisteraar.
Deze luidspreker verdient een betere versterker en daarom gaan we van de geïntegreerde Rogue Audio naar een voor-eind combinatie van hetzelfde merk. De verandering is in klank verre van schokkend, waar de verschillen zitten is in de impact, de controle over de lage tonen, verbeterde intonatie en vooral meer rust waarop de muziek wordt gedragen. Net als met de Opera speakers die duidelijk allemaal familie van elkaar zijn, is dat kennelijk ook met Rogue het geval. Daar hou ik van, een filosofie die in producten herkenbaar is, waarbij naarmate meer geld kan worden uitgegeven de weergave wint in detail, impact, transparantie en natuurlijkheid.
Wie mijn epistels regelmatig leest weet dat ik het Franse chanson in de armen heb gesloten en dan speciaal Patricia Kaas. De grande dame die langzaam vergeten dreigt te gaan worden. Haar “Le mot de pas” van de gelijknamige cd blijft mooi. Helaas wat te veel aan geklungeld in de studio met veel van die vals romantische violen, het is haar stem die alles goed maakt en mij de rillingen bezorgt. Of “Une dernière fois” dat veel Franser is zonder de violen. Wel accordeon en haar zang, bas, drums, ze staat hier gewoon in de ruimte te zingen. Gaaf hoe de Opera de stem weet los te maken van de achtergrond, zelf niets tot vrijwel niets toevoegt en de ruimte geeft aan de muziek in alle facetten. Wat ontbreekt is een glas wijn, de geur van vers stokbrood en naast Kaas een paar stukjes kaas.
Klassiek nog even met een vioolconcert van Mozart gespeeld door Vilde Frang. Kernwoorden: levendig, qua klank in balans, helder en transparant. Gevuld met details, instrumenten in dimensie aan de grote kant weergegeven, dat zal de opname zijn want eerder merkte ik dat niet. Orkest is kamer vullend met een stereobeeld dat iets naar voren komt en dan ver naar achteren weet door te lopen. Muziek leeft, kan hoge volumes halen en wordt nog een stuk natuurlijker en echter weergegeven dan met de geïntegreerde Rogue versterker of de voordeliger Opera speakers.
Grand Callas als superlatief
De Grand Callas spelt als laatste vandaag. Vilde Frang met een ander werk van een andere cd. Het begint angstig te worden, de kwaliteit van deze grote luidspreker is zo hoog dat ik mij met enige verbijstering afvraag waarom het merk in Nederland zo relatief onbekend is. Waar ligt dat aan? Niet aan de weergavekwaliteit, niet aan de afwerking, niet aan de vormgeving, dan maar aan de bescheiden opstelling van het merk dat geen schreeuwerige reclames rondstrooit. Solveig Slettahjell vanuit het eerste begin schuif ik door de Cary streamer.
Indrukwekkend is de afbeelding, al wordt de stem her en der erg groot. Ligt dat aan mij? Concentreren in de steeds hoger oplopende kamertemperatuur wordt lastiger, pas als ik de ogen sluit gaat de stem terug op een menselijk formaat. Piano wordt groot en beeldvullend, wat een kracht komt er uit dit systeem. Het staat hard, best erg hard, maar dat maakt niets uit. Geen krimp, geen spatje vervorming, het gaat maar door met kwaliteit leveren.
Deze Callas vraagt om een grote luisterruimte ben ik bang, ook visueel gezien de afmetingen, maar als je daaraan kunt voldoen dan staat er niets meer in de weg om de Opera mee naar huis nemen.
Oscar Peterson met “You look good to me”. Bas strak, dieper dan diep, Slagwerk heel fijn gedefinieerd aan de linkerkant en dan straks de hamvraag: hoor ik in de bekkens klinknagels ruisen of kan zelfs deze Callas dat niet. Laat ik het zo stellen: het resultaat komt angstig dichtbij wat ik ooit mocht halen uit de opname. Maar dat was vanaf een LP in de jaren ’70. Mijn geheugen zal het best mooier inkleuren dan de werkelijkheid was.
Vanille, dochter van Julien Clerc, haar chanson “Quelqu’un” maakt van de luisterruimte een popconcert. Maar dan met een high end PA-systeem. Lekker hoor als een set zo makkelijk speelt en na uren luisteren nog steeds niet vermoeiend is. Dat ik toch vermoeid raak is een gevolg van de warmte. “An Englishman in New York” van Sting. Eigenlijk is de Grand Callas een optelling van alle goede eigenschappen van de diverse Opera luidsprekers en zijn compromissen niet langer aan de orde. Of het gaat om een stem, om instrumenten, indrukwekkende drums, viool, piano, met de Grand Callas is het af. De dag is af, de muziek, het luisteren en de reeks luidsprekers. Wat bij elkaar kan komen is in de Grand Callas bij elkaar gekomen.
Leerzame dag
Onder welke steen heb ik gelegen vraag ik mij af. Waarom zijn de Opera luidsprekers nooit eerder ter sprake gekomen? Uiteraard is één dag luisteren lang niet voldoende om een volledig oordeel te geven over een reeks van luidsprekers, zelfs al zijn die allemaal van hetzelfde merk. Wat ik wel heb gekregen is een indruk van de prestatie van dit Italiaanse merk. Vanaf de Classica lijn met de Prima 2015 en de Seconda SE tot aan de Callas lijn met Callas Diva en Grand Callas is er een duidelijke opbouw in de types.
Naarmate het model hoger is gepositioneerd gaat het niet zozeer anders weergeven dan een lager model, waar Opera heel correct op stuurt is het steeds verder uitdiepen van de weergave. Door dieper te gaan in de lage tonen, het middengebied toe te wijzen aan een dedicated weergever, door toegenomen transparantie en het meer naar voren brengen van details. Om vervolgens met de Callas Diva en Grand te zorgen dat de oorspronkelijke akoestiek van de luisterruimte wordt teruggehaald met de extra tweeters aan de achterzijde. Waar Opera al veel langer mee werkte met eerdere grote modellen.
Wat ik buitengewoon op prijs stel is de bescheiden wijze van weergeven. Een Opera luidspreker schreeuwt je niet toe. Zoals het een goede spreker betaamt is het de inhoud die boeit, niet de aanwezigheid. Opera kiest voor een fraai balans tussen hoge, midden en lage tonen. Legt de nadruk eerder op het middengebied dan op heftig hoog of duwend laag. Voeg daaraan toe de luxe afwerking die verwant is aan veel Italiaanse modellen van andere merken. Echt hout dat in hoogglans tot leven komt, gebruik van leer en glas, terminals aan de achterzijde die kwaliteit uitstralen. Scan-Speak drivers toegerust op hun taak, filters met hoogwaardige Mundorf componenten. Een scherpe prijs gezien de geboden kwaliteit zowel in weergave als in afwerking. Zo kan ik doorgaan...
Liever vraag ik u naar een winkel te stappen en Opera luidsprekers zelf te ervaren. Geen vier op één dag. Neem de tijd en selecteer thuis alvast welke modellen in uw luisterruimte aanvaardbaar zijn. Grote kans dat het merk Opera ook u bevalt en dat u net zo verbaasd bent als ik. Opera, waar zat je al die tijd?
N.B. De Opera Callas monitor review wordt binnenkort gepubliceerd
Opera Loudspeakers
Classica Prima 2015 | 1.750 euro per paar
Classica Seconda SE | 3.750 euro per paar
Callas Diva | 9.500 euro per paar
Grand Callas | 11.500 euro per paar
AudioTempel | Sassenstraat 25, Zwolle | www.audiotempel.nl
Analogue Audio Products | www.analogueaudio.nl