Problemen kun je oplossen of je kunt ze vermijden. Dat laatste is uiteraard de beste oplossing. Bij luidsprekers betekent dat: kies een tweewegsysteem om problemen met de crossovers en fase te vermijden, een kleine afgeronde behuizingen met heel dikke wanden zodat er zowel intern als extern niet of nauwelijks kleuring optreedt en klaar ben je.
Toch gaat het nog vaak mis met dit soort systemen. Op de behuizingen wordt bezuinigd zodat er alsnog kleuring optreedt. De weergave-eenheden hebben last van vervorming en de crossovers kunnen die niet helemaal uitfilteren en al evenmin die kleuring opheffen. Faseverschillen zorgen bij de crossovers ook nog eens voor het uitdoven van bepaalde frequenties. Het eindresultaat is het ontbreken van een natuurlijke opbouw van de harmonischen (de boventonen in gehele veelvouden van de grondtoon). Dat klinkt heel technisch, maar de klankkleur en de individualiteit van een stem worden volkomen bepaald door de verhouding tussen grondtoon en de boventonen. Niet alleen bij de stem, maar bij alle klassieke instrumenten, met name viool en piano, is dat zo. Het belang van de harmonischen verklaart ook de populariteit van buizenversterkers en lp’s, want die voegen weer harmonischen aan het oorspronkelijke signaal toe. Bij popmuziek spelen ze ook een belangrijke rol, alleen is daar de beoordeling altijd subjectief, omdat er geen natuurlijke klank bestaat. De klank wordt immers altijd versterkt en gefilterd beluisterd en vaak op voor onze oren vervormend niveau.
Tweewegsystemen mogen dan een oplossing voor veel problemen zijn, ze veroorzaken vaak ook weer nieuwe, doordat één eenheid zowel de bassen als de middentonen moet weergeven. De weergave van de lage tonen is dan óf te beperkt (de luidspreker klinkt te dun, er is gewoon te weinig laag) en/of de conus kan de complexe bewegingen niet goed uitvoeren, gaat deelbewegingen maken. Dat betekent weer het verzwakken en versterken van frequenties, en het produceren van vervorming. Eén oplossing daarvoor is: accentueer de fouten en noem ze ‘karakter’. Gooi er vervolgens een hoop marketing tegenaan en ga op zoek naar kopers die niet geïnteresseerd zijn in de natuurlijkheid van de klank.
Ondenkbaar
Bij Xavian is deze werkwijze ondenkbaar. Oprichter Roberto Barletta groeide op in een familie van muzikanten. Hij hoorde in zijn jeugd veel vioolmuziek, gitaar en zang. Zijn familie was afkomstig uit “Magna Grecia”: een gebied van Italië dat sterk beïnvloed is door de Grieken die zich er in de loop der eeuwen gevestigd hebben. Beroemde inwoners zijn onder meer Archimedes, Empedokles, Pythagoras, Parmenides en Enrico Caruso. Barletto zelf woont al sinds 1994 in en nabij Praag – hij volgde zijn Tsjechische geliefde. Sinds bij twintig jaar producer hij er luidsprekers, maar in 2011 voegde zich de getalenteerde ingenieur David Hyka bij het team. Vorig jaar introduceerde Xavian de Orfeo, een monitorluidspreker, die door Xavian ook wel referentieluidspreker wordt genoemd.
De potentiële problemen van tweewegsystemen heeft Xavian aangepakt door een faseneutrale opbouw, door eigen weergevers van zeer hoge kwaliteit te bouwen en een behuizing te maken van heel dik walnotenhout. Maar is dat genoeg? De luistertest zal het uitwijzen.
Close encounter
Het ontwerp van de speakers is tegelijk opvallend en onopvallend. De eenvoud en de afwezigheid van effectbejag bij het ontwerp zou je onopvallend kunnen noemen. De keuze van walnotenhout onderstreept dit nog. Opvallend zijn ze door hun schoonheid. Wat bij de ‘unboxing’ vooral opviel, was het gewicht van de vrij kleine speakers: 17 kilo bij 25 liter. De soortelijke massa van de luidspreker - als je daarvan mag spreken - is bijna het dubbele van bijvoorbeeld een B&W 805 D3. Kloppen op de kast laat dan ook een gedempt en neutraal geluid horen, bijna alsof de kast niet hol is. De kast is overigens sandwich-geïsoleerd met bitumen – de luidsprekers zijn zeker niet van de straat, maar er zit wel een heel klein beetje straat in.
Die kast heeft ook een aluminium basreflexpoort, een van de redenen waarom de speaker bij 33 Hz nog een heel aardig volume weergeeft (die 33 Hz is de ondergrens van de specificaties, al zal die in de praktijk erg afhankelijk zijn van de ruimte waarin de speakers staan). De andere reden is de speciale vorm van de rubberophanging om de conus, deze is dubbel zodat de eenheid voor zijn grootte veel lucht kan verplaatsen.
De kast speelt echter alleen een rol voor de midden-baseenheid. De hogetoneneenheid – zonder ferrovloeistof - van 29mm heeft een eigen labyrintkamer. De condensatoren van Mundorff zijn van de allerhoogste kwaliteit en garanderen dat de elektronica ook na jarenlang intensief gebruik volgens de specificaties blijft werken.
Na de montage op de stands – wat overigens heel eenvoudig ging - werd het tijd om ze aan te sluiten. Op het eerste gezicht lijken de speakers geschikt voor bi-amping. De vier aansluitingen zijn echter bedoeld voor het aansluiten van twee kabels, waarbij dan twee of vier aansluitingen parallel geschakeld kunnen worden. Dat levert dan kleine verschillen in de weergave op, bedoeld om de speakers aan te passen aan de akoestiek van de luisterruimte. Ik begon met de meest neutrale aansluiting. De recensie-exemplaren hadden al wat uren achter zich, zodat ik meteen kon gaan luisteren.