Surround: verleden, heden en toekomst (1)


Thomas van den Bossche | 01 april 2014

We zijn gewend om het woord 'stereo' te gebruiken om audiosystemen met twee kanalen - links en rechts - te definiëren. Maar dat is niet de oorspronkelijke betekenis van het woord. 'Stereo' komt van het Griekse 'stereos' en betekent stevig, solide. Wat we hiermee willen zeggen is dat de keuze om gebruik te maken van twee geluidskanalen vooral te maken heeft met de technische beperkingen waar men indertijd mee af te rekenen had. Een compromis, dus.

Van stereopionier Harvey Fletcher (US) is alleszins bekend dat naar zijn mening twee kanalen onvoldoende waren om een overtuigende 'stereo' weergave te realiseren.

Om die reden waren hij en die andere stereopionier, Alan Blumlein (UK), tijdens de ontstaansperiode van stereo onafhankelijk van elkaar al bezigom systemen te bedenken en te ontwerpen met méér dan twee kanalen. Dergelijke systemen werden eveneens omschreven als 'stereo'. De term 'surround' werd in dat verband nog niet gebruikt.

Stereo

Het verhaal gaat dat tweekanaals geluidsweergave 'uitgevonden' werd in 1931. Alan Blumleinkwam op het idee toen hij een bioscoop bezocht om daar naar één van de eerste geluidfilms te gaan kijken. Hij stoorde zich aan de weinig realistische – want monofone – geluidsweergave waarbij de acteurs zich verplaatsten over de breedte van het filmdoek, terwijl het geluid uit één punt bleef komen.

Elf jaar later – in 1942 – kwam Alan Blumlein om het leven bij een vliegtuiglanding van een Halifax bommenwerper toen hij werkte aan het geheime H2S luchtradarsysteem.

Stalin

In diezelfde periode had ene Walt Disney in een restaurant in Hollywood een gesprek met chef-dirigent Leopold Stokowski – een notoir vrouwenliefhebber die onder meer de beroemde actrice Greta Garbo aan zijn degen wist te rijgen, maar dat geheel terzijde - over de muziekscore voor de nieuwe prent 'Fantasia'. Stokowski suggereerde dat Disney maar eens bezoekje moest brengen aan de mensen van Bell Labs. Alwaar in die tijd - onder leiding van Harvey Fletcher - baanbrekend onderzoek verricht werd naar stereofonie en surround geluidsweergave.

Disney was onder de indruk van dat bezoek en wilde dat in het segment 'De vlucht van de hommel' uit Fantasia het geluid van de hommel van overal rondom het publiek zou lijken te komen. Hij gaf zijn ingenieurs de opdracht om met dit gegeven aan de slag te gaan. Dit alles resulteerde in Fantasound, een surround systeem met vijf kanalen: links front, rechts front, center en links en rechts surround. Klinkt herkenbaar, niet? Hoewel het om een uitermate vooruitstrevend systeem ging, bleef het succes uit. Het voornaamste struikelblok was de prijs. Een Fantasound systeem – onder andere opgebouwd uit 54 luidsprekers – kostte $ 85.000. Naar huidige maatstaven omgerekend komt dat op meer dan een miljoen euro.

Een zekere Jozef Stalin zag wel wat in Fantasound. Hij wilde het systeem toepassen in de Sovjet filmindustrie. Zodat het volk wat meer interesse zou krijgen in film, en minder in religie. Maar dat mislukte. Omdat een Duitse onderzeeër ergens in de Atlantische Oceaan een torpedo mikte in de romp van het schip dat de Fantasound installatie aan boord had.En aldus ging Fantasound eh... roemloos ten onder.

Cinemascope & aanverwanten

Na de oorlog kreeg de filmindustrie een flinke opdoffer te verwerken. Doordat de televisie zijn intrede deed in de woonkamer, met name. En dus werden indrukwekkende breedbeeld projectiesystemen zoals CinemaScope ingezet om het publiek opnieuw naar de bioscoop te lokken. CinemaScope ging vergezeld van 4-kanaals surroundgeluid: links, center, rechts en mono surround.

Cinerama, geïntroduceerd in 1952, was een gelijkaardig systeem, dat werkte met drie 35mm projectoren die samen een ultragrote beeldweergave mogelijk maakten. Vanop een aparte 35mm filmstrip konden tot zeven geluidskanalen worden weergegeven. Vervolgens kwamen daar nog andere systemen bij – het ene al beter en indrukwekkender dan het andere -, zoals Perspecta, Metroscope, VistaVision, Todd-AO, enzovoort.

Het gebrek aan onderlinge compatibiliteit en de volslagen chaos die daaruit volgde, heeft er toe geleid dat geen van die systemen een lang leven beschoren is.

Quadrofonie

In de jaren '70 van de vorige eeuw kan de surround liefhebber dankzij de introductie van quadrofonie eindelijk ook thuis genieten van surround geluid. Quadrofonie is specifiek bedoeld voor muziekweergave – met filmgeluid heeft het niets te maken -, en is eigenlijk een verzamelnaam voor een heleboel verschillende systemen die allen gebruik maken van vier geluidskanalen.

En net omdat het om zoveel verschillende - onderling nauwelijks of niet compatibele – systemen gaat, is quadrofonie tegen het begin van de jaren '80 dood en begraven. Overigens beperkt quadrofonie zich niet tot de huiskamer. De surround pioniers van Pink Floyd spelen in 1967 hun eerste concert met surround geluid. Het surround systeem wordt aangestuurd door middel van de 'Azimuth Co-ordinator'. Tegenwoordig is dit unieke apparaat te zien in een museum in Londen.

Ray Dolby

Een zekere Ray Dolby start in Engeland een klein bedrijfje, genaamd Dolby Laboratories. Dolby ontwikkelt in eerste instantie het befaamde Dolby A ruisonderdrukking systeem. Hiermee kan de hoeveelheid ruis in opnames met professionele bandrecorders sterk verminderd worden. Later volgt Dolby B ruisonderdrukking voor cassettes. Vervolgens komt Dolby op de proppen met het revolutionaire 'Dolby Stereo' surroundformaat.

Ondanks de misleidende naam – zie ook de inleiding van dit stuk - gaat het wel degelijk om surround geluid. Met vier kanalen, meer bepaald: links front, rechts front, center en mono surround. Hierbij werd de geluidsinformatie voor het centerkanaal en die voor het surroundkanaal geëncodeerd in de linker- en rechter frontkanalen. De scheiding tussen de vier kanalen is dan ook niet optimaal. Daarbij werden de luidsprekers achteraan en/of opzij allen gevoed door één enkel mono geluidskanaal.

De eerste bekende film met een Dolby Stereo soundtrack is 'Star Wars' (1976). Maar de al lang vergeten prent 'Lisztomania' uit 1975 was de allereerste. Al had die slechts een 3-kanaals Dolby Stereo soundtrack. De eerste Dolby Stereo film met vier kanalen is 'A Star is Born', met Barbra Streisand in de hoofdrol. In tegenstelling tot de voorgaande pogingen, ontwikkelt Dolby Stereo zich tot een volwaardige, breed toegepaste standaard. Daarbij is Dolby tot vandaag dé merknaam bij uitstek als het om surroundweergave in de bioscoop gaat. En sinds 1982 is dat ook in de home cinema het geval...

Dolby Surround & Dolby Pro-Logic

Nu het Dolby Stereo verhaal goed op dreef is in de bioscoop, komt ook de opkomende thuisbioscoopmarkt in het vizier van Dolby. Dolby Surround is daar het eerste gevolg van. Op de dragers uit die tijd – videocassettes en laserdiscs – staat een Dolby Stereo soundtrack. Wie de soundtrack op een gewone stereo televisie weergeeft, hoort stereogeluid. Maar als je een Dolby Surround decoder had, dan kon je een mono surroundkanaal extraheren uit de linker- en rechter geluidskanalen. Het centerkanaal - dat wel in de originele Dolby Stereo soundtrack versleuteld zat - kwam hierbij te vervallen. Een situatie met flink wat compromissen, dus. Maar het was een begin.

Vijf jaar later komt Dolby met een verbeterde versie voor de thuismarkt, genaamd Dolby Surround Pro-Logic. Het uitgangspunt is nog steeds dezelfde Dolby Stereo soundtrack van voorheen. Maar voortaan is het wél mogelijk om het centerkanaal weer te geven. Daarbij werden er nog een aantal andere verbeteringen uitgevoerd, die resulteren in een betere scheiding van de verschillende geluidskanalen.

Het achterste (mono) geluidskanaal werd meestal door twee luidsprekers weergegeven, zodat de spreiding – met name van atmosferische effecten zoals regen en wind – er op vooruit ging. Ook de subwoofer doet zijn intrede in de home cinema. Het resultaat is dat een 'full option' luidsprekersysteem vanafdan al zes luidsprekers telt: links, center, rechts, links en rechts surround, plus een subwoofer.