Het belangrijkste element van je hifi-set


Dick van Buren | 19 maart 2016
Dit artikel werd oorspronkelijk geplaatst op 22 maart 2012

Surfend op het internet kom ik op een forum de volgende vraag tegen; welke component in de installatie is nou eigenlijk het belangrijkst?

Bij zo’n open vraag gaat de audio goegemeente natuurlijk helemaal los; werkelijk alle componenten die je kunt verzinnen zijn volgens de diverse respondenten het belangrijkst - om allerhande redenen. Dat krijg je als je een vage vraag stelt aan een groep al dan niet zelfbenoemde deskundigen. Het gedrag van audioliefhebbers verschilt dan ineens in niets meer met het gedrag van bijvoorbeeld professoren in bijvoorbeeld de economie. Die zijn ook allemaal uitermate deskundig op hun gebied, en toch slagen ze erin om een reeks uiteenlopende en soms zeer tegengestelde meningen te poneren op datzelfde vakgebied. Kennis is ook niet alles, zeg maar. "Wij, deskundige audiofielen, wij zullen u wel vertellen wat u neer moet zetten of in moet pluggen."

Het begint bij aandachtig luisteren

Een inventarisatie van alles wat als belangrijkste component kan worden benoemd levert daarom natuurlijk geen eenduidig beeld op. Temeer omdat de vraagsteller vergat te vermelden, waarvóór dat component dan wel het belangrijkste zou moeten zijn. Voor het produceren van een stucwerk-bedreigende geluidsdruk? Een stereobeeld en een staging waar je een verrekijker bij nodig hebt? De ultieme natuurgetrouwe weergave, “Marjolein Bastin”-hifi, als het ware? Het lekkerste geluid, voor als je toevallig smaakpapillen in je oren hebt? Of zo’n diepe en rijke basbeleving dat de wijn in je kelder nog wordt gemasseerd? Voor dat heerlijke, verrukte gevoel bij het bemerken dat je buurman volkomen overdonderd is door je set?

Volgens mij zit het belangrijkste component gewoon onuitwisselbaar aan ons vast, deels in en deels aan ons hoofd: onze oren. Jawel, een echte eye opener. Onderdeel van een packagedeal. En in tegenstelling tot de meeste andere onderdelen van onze set is dit component niet uitwisselbaar. Dat is dan waarschijnlijk ook de reden, dat de commercie zich hier niet op stort en je er geen reviews over kunt vinden. Evenmin als tweaks, trouwens. Je moet het maar doen met wat je hebt. Tenenkrommend gegeven voor de dwangmatige audiofiel, maar goed voor de omzet in de branche.

Oren: grote schelpen, kleine schelpen, idem met de lellen. En dan diverse vormgeving van de schelpen: rond, vierkant, rafelig. Het is mijn stellige ondeskundige overtuiging, dat de bezitters die tijdens het uitdelen in de rij hebben gestaan voor het type 'grote schelpen, tuitig vorm gegeven en een kleine, lichte lel' het beste af zijn geweest. Audiofiel gesproken, dan toch.

Wetenschappers zijn er anno 2013 echter nog niet uit wat nu eigenlijk de functie van de lel is, of misschien wel: is geweest. Dat geeft ieder dan de vrijheid om er een eigen theorie op na te houden. Daarom heb ik zo mijn privé-theorie. Een kleine, lichte lel; dat moet welhaast ideaal geweest zijn. zodat de boventallige geluidsgolven door trillingen van de lel simpel kunnen worden afgevoerd. Het in trilling brengen van de kleine lel, door het overschot aan energie, voorkomt volgens mij dat het overschot aan geluidsenergie via de roze schuttingen aan ons hoofd worden doorgeleid naar het binnenoor. Wat als voordeel heeft, denk ik dan zo, dat ook de fijnste uitgezonden details kunnen worden waargenomen via het trommelvlies en het smederijgereedschap daarachter.

Elke analogie van het voorgaande met draaitafels met een hele lichte plint, alsmede met luidsprekers voorzien van een heel dunwandige constructie, is louter toeval...

De oren spitsen

Enfin. In tegenstelling tot wat de naam doet vermoeden, geeft het trommelvlies niet alleen drumgeluiden weer. Ook geluiden die worden voortgebracht door de menselijke, of dierlijke stem, (blok)fluiten, triangels, de branding, om zo maar enkele voorbeelden te noemen, worden ermee doorgegeven aan de smidse. Wel is het zo, dat grote en krachtige geluiden aan het vlies de grootste uitslag bezorgen. Dat nu, wordt door het luistergereedschap absoluut niet op prijs gesteld en de recidivist wordt dan ook bij tijd en wijle gestraft door een absolute, en soms zelfs permanente stilte…

Voor het leveren van detail-input aan het vlies is ook van groot belang, dat de weg die de geluidgolf aflegt tussen oorschelp en het in de schemerdonkere krochten van ons hoofd gemonteerde trommelvlies, zo glad mogelijk is. Obstakels die zich op dat slecht verlichte pad bevinden, zullen moeten worden geruimd.

In de handel is daarvoor een ogenschijnlijk simpel device te koop. Let wel: Ogenschijnlijk! Het wordt verkocht als een soort fairy-dust, onder het mom: gebruik dit simpele ding met verborgen wonderbaarlijke eigenschappen en zie: uw set is beter hoorbaar. En zelfs hoorbaar beter.

Beste. Tweak. Ooit.
Ik refereer hier natuurlijk aan de 'q-tip', ook wel bekend als het wattenstaafje. Het wattenstaafje is in 1923 uitgevonden door Leo Gerstenzang. Leo Gerstenzang was een Amerikaanse Jood die geboren werd in Polen. Hij leefde van 1892 tot 1973, en was dus 31 toen hij het wattenstaafje uitvond - en onze branche zijn beste tweak gaf.

Haalt u nu even een kanonnier uit onze Gouden Eeuw voor de geest. Alvorens te kunnen vuren, moest de loop van zijn kanon worden gevuld met explosief en met een projectiel. Ziet u hem dat alles aanstampen? Het goudgele goedje [cerumen] dat je na het gebruik van het wattenstaafjeswonderdevice in de gehoorgang op het puntje aantreft, is vaak kleiner dan het deel dat door hetzelfde stokje als een stuwwal tegen de nog buigzame voordeur van de smidse wordt aangeduwd...

 

 

Die stuwwal zal daarom na verloop van tijd gaan verharden en daardoor die voordeur stijver en strammer laten worden. Daardoor wordt het opgevangen geluid als kwalitatief minder ervaren. De bezorgde audiofiel zal wellicht terstond weer grijpen naar de hiervoor beschreven staafjes. Helaas wordt daarmee, door de hiervoor beschreven gebruiksfout van het ding, het probleem alleen verergerd. Dit zal de gedreven en kapitaalkrachtige audiofiel alsnog op zoek doen gaan naar een ander component voor in zijn elektronicaketen.

De enige echte remedie tegen de door de wattip veroorzaakte bijwerking, is de Kärcherbehandeling van de krakende stuwwal. Indien met de nodige voorzichtigheid, deskundigheid, ervaring en ontzag voor de onvervangbare component wordt gehandeld, zal de wanhopige audiofiel daarna ervaren, dat de forse investering die werd gedaan om de geluidskwaliteit van de installatie te verbeteren, overbodig is geweest...

In dat geval kan dan juist weer wél als remedie worden gekeken naar het wattenstaafje. Het is immers voorzien van twee tufjes watten. Deze twee minieme plukjes kunnen worden losgetrokken van het staafje en vervolgens vooraan in beide gehoorgangen worden geplaatst. Daarmee komt het vertrouwde doffe geluid grotendeels weer terug en het grote voordeel is, dat deze accessoires binnen seconden kunnen worden omgeruild voor nieuwere...

(Waar stond dat forum nou...?)

 

Dit bericht is eerder geplaatst op 22 maart 2012