COLUMN

Kriebels

René van Es | 19 juli 2007

Het kriebelde ontzettend. Sinds ik de buis in de armen heb gesloten ben ik een kleine verzameling buizen op gaan bouwen. Nieuwe types dwars door gebruikte types heen.

De oude types gekocht en aangenomen dat de verkopende partij de buisjes netjes heeft gemeten en eerlijk is. Van de nieuwe exemplaren maar aangenomen dat ze goed zijn. Maar het kriebelde. Ik wilde gewoon weten hoe goed of hoe slecht zijn de buisjes. Speuren op marktplaats leverde een handvol 2e hands buizentesters op in diverse stadia van veroudering. Heel oud, uit de dump, dure AVO testers, veel Amerikaans spul, vaak werkend op 110 Volt. Ik durfde het niet aan om zomaar tot aankoop over te gaan. “Help” roepen naar vrienden leverde of een meewarige blik op, een afwijzing of een “Tja, ik weet het niet”. Wijzer werd ik er niet van. Hoe meer ik zag en des te meer ik begon te vragen, hoe groter de twijfels werden. Terwijl ik zeker wist dat twee van mijn nieuwe buisjes verre van gelijk aan elkaar waren, ik kon het niet bewijzen. Linker en rechter buis wisselen leverde een verschuiving van het stereobeeld op. Maar waarom? Een ander vriendje stelde voor samen één buizentester aan te schaffen om de prijs te drukken. Waarbij de vraag bleef bestaan: Welke!

Ondertussen ontdekte ik in Engeland een betaalbare buizentester voor kleine dubbeltriodes met de naam Tube IMP mini TT. Geen oud ding maar nieuw ontwikkeld en in productie genomen. Eindbuizen kun je er niet mee testen, wel ECC81/82/83/85/86/88 en een hele rits equivalenten. De dubbeltriodes met een B9A voetje. Voor mij meer dan genoeg met versterkers en cd-spelers van EAR, Lua en PrimaLuna in huis. Alleen niet het mooie 5687 buisje uit de Ayon, dat is anders opgebouwd en niet te testen helaas. Voor de rest weet ik dat heel wat versterkers en spelers allemaal werken met ECC81/82/83 en/of ECC88/6922. Zoals een lading Audio Research en heel veel Chinees spul. Ik bleef twijfelen want ik heb KT-88, EL34 en 300B op het lijstje staan. Een bezoek aan Hanze Hifi in Zwolle haalde het laatste beetje twijfel weg. Ik legde Jaap Pees mijn dilemma voor en die vertelde dat het meten van eindbuizen, zeker van een 300B, geen sinecure is. Hij heeft naast zijn AVO een speciale opstelling voor het meten van de single ended triodes. Bovendien kende hij de Tube IMP en hij raadde mij aan dat als ik nou toch persé een buizentester wilde hebben om dan de Tube IMP te kiezen. Op dat moment nog niet verkrijgbaar in Nederland.

Geld overgemaakt en gewacht. Met de buizentester op een avond voor mij realiseerde ik, wat meet ik eigenlijk en hoe moet ik dat interpreteren? Vriendje in Den Helder hielp me opnieuw op weg. “Wat je nodig hebt is een datasheet van de buis met de specificaties. Te vinden op sites van liefhebbers of van de fabrikant. Aan de hand van de daarop getoonde grafieken wordt het makkelijk. Je kiest een spanning, een negatieve spanning op het rooster, de spanning voor de gloeidraad en je meet het buisje dat je in het voetje hebt gestoken”. Met een keuze schakelaar stel je in wat je wilt zien op de display. De versterkingsfactor, de steilheid van de buis in mA/V of de stroom in mA. Met een toggle schakelaar wip je van linker buishelft naar de rechter. Zo zie je dus of beide buishelften aan elkaar gelijk zijn. Mijn vriendje leverde de volgende informatie: “De versterkingsfactor zal zelden 100% zijn, meestal kom je zelfs met een nieuwe buis maar op 90%. Dat geeft niet, als beide helften maar ongeveer gelijk zijn. De steilheid, met een duur woord “transconductance” behoort boven de 50% van de door de fabrikant gespecificeerde waarde te zijn. Daaronder is de buis aan het eind van zijn Latijn gekomen. De stroom lees je af in de grafiek van de buis en ook daar geldt, maak de helften ongeveer gelijk”. Met die kennis en een doos buizen voor mij ging ik aan de slag.

Mijn vrouw heeft inwendig zitten lachen, ze hoorde mij de hele avond mompelen: “Ik snap het”, “Meet heel mooi”, “Wat raar een nieuwe buis en meet al zo slecht”, “Oh oh zo oud en nog zo mooi”. Geen tijd om iets te drinken, op te kijken of mij met iets anders bezig te houden. Aan het eind van de avond kwam ik tot de niet wetenschappelijke en totaal niet statistisch verantwoorde conclusie dat oude buisjes veel beter meten dan onlangs gefabriceerde buizen. Een tweede belangrijke constatering, de 2e hands gekochte buisje zijn heel fraaie exemplaren waarvan de buishelften akelig dicht bij elkaar liggende meetwaarden laten zien. Wat ik nog eens ga doen is elk apparaat in huis opentrekken en de buizen matchen. Oh, daar hoort nog een opmerking van mijn buizenvriendje bij: “Men matched buizen af fabriek, echter als ze een tijd gespeeld hebben hoeven ze helemaal niet langer met elkaar te matchen en daar kijkt niemand meer naar”. Een terechte opmerking die met een Tube IMP tot het verleden behoort. Ik kan mijn signaalbuisjes allemaal in de gaten houden. Omdat veroudering langzaam gaat is het niet nodig neurotisch om de week de buizen te meten. Eén keer in drie maanden tot een half jaar zal wel volstaan. Zie ik gelijk hoe lang ik nog kan gaan of dat ik dringend de 2e hands aanbiedingen moet gaan bestuderen.

In een aanstekelijk enthousiasme, dat wel eens meer naar boven komt als ik iets in handen heb wat a. Nergens anders te koop is, b. Prima werkt, c. Betaalbaar is en d. Mij avonden lang plezier geeft, mailde ik de ervaringen rond naar vrienden. Waarop High Fidelity Discs mij belde en verdere informatie vroeg. Het resultaat is dat de Tube IMP mini TT binnenkort via de webshop te koop zal zijn. Niet langer geld overmaken naar Engeland, geen verzendrisico, minder verzendkosten, hetzelfde apparaat kopen in Nederland bij een vertrouwd adres. Geen marktplaatsen afzoeken met de onzekerheid dat een buizentester uit het jaar kruik onzekere waardes aangeeft, of alleen goed/fout kan aangeven op basis van stroommeting. U onder spanning zet of het huis in brand laat vliegen. Een doemscenario wellicht, ik was er met mijn beperkte kennis wel erg bang voor. Met de Tube IMP heb ik dat niet. Ik weet wat ik meet, snap wat ik meet en vergelijk mijn buisjes tot ik hoorbaar en meetbaar de mooiste exemplaren eruit kan pikken. Zekerheid bij aanschaf van 2e hands buisjes. Voor vrienden en mede recensenten bied ik een aardige service. Het is een uitbreiding van de hobby en de kriebels zijn veranderd van twijfel kriebels naar gelukzalige kriebels. De Tube IMP mini TT is hartstikke nuttig en leuk. U weet nu waar hij in Nederland te koop is. Niet alleen voor ons amateurs, ook voor de vakhandel die tegen een geringe investering veel klanten serieus kan helpen.

Met vriendelijke groet,
René van Es


EDITORS' CHOICE