De verwarring zit hem vaak in het aanzicht van hedendaagse loopwerken; oogt het enigszins als een DVD loopwerk of PC drive, dan 'moet' het dat wel zijn. De Philipsen ogen anders en zijn daarom gemakkelijker herkenbaar. Een CD loopwerk moet een 780 nm laser hebben, in tegenstelling tot een DVD loopwerk wat een 650 nm laser heeft (voor Blu-Ray worden 405 nm lasers ingezet). DVD loopwerken en speciale PC drives lezen en herlezen de data bij beduidend hogere rotatiesnelheid uit, waarvoor low-profile spindel motoren en ultra-snelle lasersleden nodig zijn.

 

(Philips CD Pro2)

 

Veel moderne CD loopwerken zijn gebaseerd op vergelijkbare plaatstalen chassis en sleden als PC en DVD mechanismen maar daar houden de overeenkomsten op. Er zijn momenteel nog verschillende Oosterse CD loopwerken in productie die in veel geliefde spelers worden ingezet. Behalve de reeds genoemde Philips loopwerken zijn er de populaire Sony KSM 213 versies (met de 213C en Q als de meest toegepaste modellen), de Sanyo P101 varianten en de Samsung SOH-AAN. Het betreft een beperkt aantal CD loopwerken ten opzichte van het massale DVD-draaier aanbod maar specifieke 780 nm CD loopwerken zijn het in ieder geval wel.

 

Men treft de drie S-sen aan in spelers van NAD, Marantz, C.E.C., Rega, Cambridge, etcetera terwijl de VAM-Philipsen vaak opduiken in spelers van kleinere fabrikanten en de Pro2 geliefd is bij makers van toploaders. De audiofiele wereld wordt in deze downloadtijden weliswaar steeds slechter bediend qua keuze in CD loopwerken maar ze bestaan nog wel (van in totaal zo'n zes fabrikanten). Hoe lang dat nog zal duren, is niet te voorspellen en het moet gezegd dat DVD loopwerken met super servo's -zoals die van de huidige Cyrus spelers of de Linn Unidisk 1.1- voor verbluffend goede resultaten kunnen zorgen.

 

Enfin, van slechts één of geen huidig CD loopwerk is geen sprake maar we zullen binnen enkele jaren waarschijnlijk afscheid moeten gaan nemen van single-format digitale schijfdraaiers.