Erard Ensemble - Krill, Mahler en Schumann
Het Erard ensemble dankt haar naam aan de Franse vleugelbouwer Sebastien Erard die met zijn ontwerpen een klankbalans zocht welke tussen de Engelse en de Weense vleugel lag. Zijn parallelsnarige ontwerpen domineerden de pianomarkt, tot deze in de tweede helft van de negentiende eeuw geleidelijk overgenomen werd door Steinway met zijn kruissnarige vleugels.
Dit is de eerste opname van het piano trio in a minor, opus 23 uit 1878 van Carl Krill. Het ruim twintig minuten durende stuk waarmee de cd opent bestaat uit zeven in tempo wisselende delen. Bijzonder is dat Janning hier de Erard bespeelt die eigendom geweest is van de componist zelf.
Het daaropvolgende pianokwartet in a-klein werd door Mahler geschreven toen hij als 16-jarige jongeling, student was aan het conservatorium in Wenen. Het donkere karakter is al een voorbode van zijn latere stijl. Het ruim zesentwintig minuten durende uit 1842 daterende kwartet in a flat major, opus 47 sluit deze cd af en wordt uitgevoerd op de tweede Erard vleugel. Hoewel Schumann zelf geen Erard bezat is wel bekend dat hij een vleugel van Johannes Bernhard Klems bespeelde. De piano’s van deze Düsseldorfer pianobouwer waren eveneens parallelsnarige ontwerpen, waardoor aangenomen mag worden dat de klank van deze Erard zeer dichtbij het geluid komt zoals dat in het huis van de componist zelf geklonken moet hebben.
De klank van de in MCO studio 5 met behulp van een kunsthoofd gemaakte opname is te typeren als droog. Dit is een bewuste keuze van sound & mastering engineer Wicher Donga van Binaural die op deze wijze het ‘achterkamer’ karakter van de muziek heeft willen benadrukken. Daardoor is goed te horen dat een Erard, met name in de bas, veel helderder klinkt dan een moderne vleugel zoals bijvoorbeeld een Steinway.