Bel Canto Phono3, PRE3-VB & REF150S


Kilian Bakker | 17 januari 2011 | Bel canto

Eind vorig jaar besprak ondergetekende voor HiFi.nl de meest betaalbare Bel Canto D/A omzetter in combinatie met de junior Bel Canto versterker-opties. In deze recensie speelt vinyl de hoofdrol en wordt de Bel Canto phono-voorversterker samen met de PRE3VB lijntrap en de kleinste eindtrap uit de Bel Canto REF toplijn onder de loep genomen.

Phono3

Bel Canto Designs oprichter en ontwerper John Stronczer is een vinylfan in hart en nieren. De BCD Phono voorversterkers uit het verleden en heden zijn dan ook niet bedoeld om simpelweg in de stroom van de zogenaamde `vinyl-revival` mee zwemmen, de heer Stronczer heeft ze net als zijn andere geesteskinderen voorzien van innovatief geïmplementeerde circuits. Thuis draait de ontwerper zijn LP`s op een klassieke Micro-Seiki 1500 VG met een Fidelity Research FR66S toonarm en een Decca London Jubilee Positive Scanning aftaster. Een ware vinylist, me dunkt. De huidige Phono3 is in feite een voortzetting van de phonotrap uit de vroegere Bel Canto PRE2P, gevat in een eigen chassis met van buiten bereikbare afsluit-opties en een eigen interne voeding - in de standaard uitvoering. De meer kostbare Phono3VB heeft een externe Virtual Battery voeding, net als de Pre3VB. Daarover later meer.


Bel Canto Phono 3

De hier besproken Phono3 betreft de standaard uitvoering. Het Phono3 circuit heeft een actieve RIAA de-emphasis, gebaseerd op bipolaire junction-transistoren zonder koppelcondensatoren (servo) en een buffertrap om het RIAA netwerk te isoleren van de versterkertrappen. De standaard voeding werkt met meervoudige, kanaal gescheiden regulatie. Aan de achterzijde zijn via uitsparingen in het chassis twee paar DIP-schakelaarblokken bereikbaar waarmee maar liefst veertien  afsluitimpedanties en acht capacitieve afsluitingen kunnen worden ingesteld, plus twee versterkingsniveau`s; 40 of 60 dB (100 X of 1000 X). Het frequentiebereik loopt van 1 Hertz tot 50 kiloHertz. Dat laatste is zeer bruikbaar, met name voor aftasters die tot ruim 40 kiloHertz gaan maar het eerste kan in bepaalde gevallen footfall- of rumble-problemen met zich meebrengen.


Binnenzijde Phono3 - foto: Kilian Bakker

Een inschakelbaar rumble-filter is helaas niet voorhanden, op zich niet verbazingwekkend want die komt men vaker tegen bij Europese phonotrappen dan bij Amerikaanse. Zoals het een eOne component betaamt, meet de toch nog 4,5 kilo wegende Phono3 slechts 7,5 bij 21,6 bij 31,8 centimeter, wat helpt bij het vinden van de juiste opstelling in het audiomeubel.


PRe3

De PRE3 lijntrap heeft net als de in de vorige recensie besproken DAC1.5 een enkele druk/draaiknop, ook wel jog-dial genoemd. Daarmee kan men behalve de volumestand ook bronkeuze en andere functies kiezen. Behalve het groene 7-segments display is dat alles, wat men op de voorzijde van deze lijntrap aantreft. Heel zen. De meegeleverde afstandsbediening biedt op conventionele wijze toegang tot alle functies waarmee een goede ergonomie wordt behouden, ondanks het minimalistische front. Bij Bel Canto is men met name zeer trots op de zeer breedbandige en stille, werkelijk gebalanceerde uitgang. De volumeregeling werkt in 200 halve dB stappen waarmee in elke systeemcontext het optimale weergaveniveau kan worden ingesteld. Behalve vijf ongebalanceerde ingangen, is de PRE3 van een gebalanceerde ingang voorzien - die ingang is primair bedoeld voor bronnen met geheel gebalanceerde uitgangen zoals de Bel Canto D/A omzetters en CD2 CD-speler.


We zijn heel erg zeker dat dit de PRe3 is!

De Phono3 heeft enkel ongebalanceerde uitgangen. De bandbreedte van deze lijntrap is wel erg ruim bemeten: gelijkspanning tot 200 kiloHertz. Gelukkig heeft de PRE3VB een dusdanig goede lichtnet-isolatie, dat negatieve invloeden van die kant praktisch kunnen worden uitgesloten. Met een gelijke massa en omvang als die van de Phono3 zal ook voor de PRE3 met weinig moeite een goede plek worden gevonden. Wat maakt de VB-versie van de Bel Canto lijntrap zo bijzonder?

Virtual Battery Supply (VBS)

Het Bel Canto Virtual Battery onderzoek begon als een experiment om vast te stellen (horen) of een praktisch wissel-naar-gelijkstroom voedingsalternatief voor een forse loodbatterij met gelijke of zelfs betere levering van stabiele gelijkstroom mogelijk was. Simpel gezegd; the best of both worlds. De Bel Canto VB technologie imiteert in feite een 12V accu. De VBS1 doet dat met een SMPS die 12 gelijkspanning opwekt, gevolgd door een energieopslag en filter-sectie met de capaciteit van een uit de kluiten gewassen accu. Daarop volgen per benodigde spanningsrail individuele kleinere SMPSjes met miniatuurtrafo`s die elk eindigen in een zeer stabiele bipolaire voeding met een extreem lage ruisvloer, tien tot honderd keer lager dan dat van de beste lineaire voedingen.


Bel Canto VBS1...of de REF150S. Of toch de Phono 3? Aan het kastje is het niet te zien.

Met een VBS1 wordt het eigen ruis- en storingsniveau van de beste versterkertrappen benaderd of zelfs verbeterd (de 12VDC uitgang heeft een storingsniveau van zo`n 6 microVolt RMS) zodat de voeding van een Bel Canto VB-bron of voortrap niet langer de lawaaischopper van het component is. De enorme buffercapaciteit en zeer lage impedantie maken dat honderden Ampères in principe te allen tijde ter beschikking staan voor de afnemer, in dit geval een hoogwaardige lijnniveau voorversterker. Overkill? Op de maximale stroomleverantie van de VBS1 zal de PRE3 weliswaar nimmer een beroep doen maar dat de onwrikbaarheid en storingsvrijheid van een dergelijke voeding zijn auditieve vruchten afwerpt is reeds veelvuldig bewezen (denk aan Gryphon, Naim, ASR, etc). Overigens is de VBS1 van drie uitgangen voorzien waarmee men bijvoorbeeld de Bel Canto CD-2 speler, de DAC3.5VB en de PRE3VB kan voeden (de DAC & PRE moet men dan kiezen in VB vorm, of laten ombouwen; de CD-2 werkt reeds in standaard uitvoering met een VBS voeding). Voor wie één eOne component met VBS wil voeden, is er de meer betaalbare LNS1. Wanneer er reeds plannen voor toekomstige eOne-VB uitbreidingen zijn, kan het voordeliger zijn om een VBS1 te kiezen.     


REF150S

De REF150S is de junior stereo eindversterker uit Bel Canto`s Reference toplijn. Het levert 75 Watt RMS bij 8 Ohm belasting en 150 bij 4 Ohm (en vrijwel hetzelfde vermogen bij 3 Ohm, de absolute minimum belastings-impedantie). In principe is de REF150S dezelfde versterker als de meer betaalbare S125, met als kenmerkend onderscheid de REF module. Dat bestaat uit een discrete, zeer snelle `full wave` gelijkrichter/doubler met daarachter een fikse buffer/filtersectie met 400 Joules opslagcapaciteit.


Input van de REF150S - foto: Kilian Bakker

De REF board levert daarmee circa 324 Volt gelijkspanning aan de ICEpower hoogfrequent-schakelende analoge versterker. Het resultaat is een hogere ongevoeligheid voor lichtnet-gerelateerde ongerechtigheden maar ook een meer stabiele en daadkrachtige stroomtoelevering, wat zich onder andere uit in een licht toegenomen maximaal uitgangsvermogen (75 Watt versus de aanvankelijke 65 Watt). Alle Bel Canto eOne eindversterkers zijn opgebouwd rond ICEpower versterkermodules met geïntegreerde schakelende  voedingen, waar een hoogohmige gebalanceerde Bel Canto signaal/buffertrap aan wordt toegevoegd. Bel Canto zegt veel aandacht te besteden aan de inganstrappen van hun eindversterkers die zijn opgebouwd met hoogwaardige actieve en passieve componenten waaronder 0,1% weerstanden en ontkoppelcondensatoren met een lage interne weerstand.


En dit is dus de REF150S...denken we.

Twee ingangen zijn voorhanden (die niet simultaan kunnen worden gebruikt); ongebalanceerde cinchbussen en een paar differentiaal-ingangen in de vorm van twee Neutrik XLR aansluitingen. De cinchbussen zijn onverguld. Niet wat men zou verwachten bij een dergelijke versterker maar de heer Stronczer denkt graag door en er blijkt dan ook meer achter te zitten. Navraag bij the man himself leverde de volgende uitleg op: "ik vertrouw deze cinchbussen meer dan het gemiddelde vergulde type en goudopdamping is van ondergeschikt belang wanneer er al nikkel over het messing is aangebracht". Daar zit wat in; de meeste vergulde aansluitingen met hoogglans oppervlak zijn reeds van nikkel voorzien, wat de daarover aangebrachte goudlaag vrijwel nutteloos maakt. Recent hebben nieuwe apparaatklemmen de connectivity aan de uitgang van de REF150S en S125 verbeterd (aanvankelijk werden die versterkers geleverd met 4mm bussen). De toepassing van vorken is nu mogelijk, een pluspunt want veel hoogwaardige luidsprekerkabels worden standaard geconfectioneerd met vorken. Daarnaast kan het wat ruimtebesparing achter het chassis opleveren (alhoewel een haakse 4mm plug in een verzonken 4mm bus ook zeer compact kan zijn, getuige de Naim NACA5 luidspreker-connector). 

Luisteren

Bel Canto eOne apparatuur houdt ervan om permanent aan te staan en dat kan, dankzij de geringe stroomafname en minimale warmteontwikkeling. Inspelen is van belang maar is niet dramatisch; de oningespeelde REF150S versterker presteerde vers uit doos reeds opmerkelijk goed. Echter, na een strikt inspeelregime was de presentatie duidelijk vrijer en soepeler geworden. In plaats van de Bel Canto`s apart te beoordelen in een bepaalde systeemcontext die al dan niet werkt, werd besloten om de vier Amerikaanse schoenendozen als een complete analoge versterkerketen te bespreken. Puur vinyl dus en dat mag ook wel eens.

Met behulp van de twee DIP-schakelaarblokken van de Phono3 kon de juiste afsluiting voor de Synfono Scryptor low-output MC aftaster in een oogwenk worden ingesteld. Ook van de goed instelbare capacitieve afsluiting werd dankbaar gebruik gemaakt; bij 100 pF waren de Scryptor en de Phono3 het geheel met elkaar eens. Van Visons, het boeiende muzikale resultaat van het zoveelste samenwerkingsverband tussen Hans Theessink en Terry Evans, werd de track Come To The River beluisterd. Terry Evans is een reus met een ongekend vocaal bereik maar ook Hans Theessink laat goed van zich horen, met een zwaar bronzen stemgeluid. Come To The River - feitelijk een gezongen vertelling - kwam met evenveel rust en verfijning als kracht en drama naar voren. Deze ontroerende jeugdherinnering werd meeslepend vertolkt. Zowel het stereobeeld als de beelden die voor het geestesoog werden opgeroepen waren duidelijk gevormd en deden het moment en de omgeving even vergeten. Over waar(heid) voor het geld gesproken.


Achterzijde van de Bel Canto Phono 3

Klankmatig vertoon of laagfrequent geweld kan schrijver dezes nauwelijks boeien maar muzikale zeggingskracht en ruimtelijke vrijheid des te meer. Van de Eric Clapton MTV Unplugged LP werd Running On Faith afgetast, wat dankzij een uiterst vrije presentatie van het applaus en het aftellen meteen als zeer prettig werd ervaren. De bottleneck-uithalen kwamen met pit, tonale rijkdom en expressiviteit naar voren. Eric Clapton`s cockney accent werd hier nog niet eerder zo duidelijk weergegeven en het "hang on, hang on, hang on" aan het begin van Alberta was zelfs bij deze figuurlijk gesproken grijsgedraaide schijf (al driemaal vervangen) amusant om te horen. Hoe duidelijk deze versterkerketen ook moge wezen, het verschaft bovenal luistervreugde.

De audiofiele heruitgave van Buddy Holly`s debuut werd op het Schotse vilt gelegd om de track Everyday af te spelen. Buddy Holly`s stem klonk op één of andere wijze meer `naakt` dan anders. Niet kaal; eerder ontdaan van artefacten en een zekere druk. Het Xylofoonspel kwam breekbaar over terwijl de hand/schootpercussie bescheiden maar ook verfijnd klonk. Dat laatste kan opvallender naar voren komen maar eveneens onecht gaan klinken. Met de Bel Canto versterking kon het merk spijkerbroek nog niet worden achterhaald, maar desalniettemin was de weergave behoorlijk overtuigend, om niet te zeggen natuurgetrouw. Alhoewel de uitwerking van de VBS voeding onmogelijk kon worden geïsoleerd - een Bel Canto apparaat met VBS ingang kan niet meer direct aan het lichtnet worden gehangen - was er met de VBS gevoede PRE3 in de weergaveketen een bovengemiddeld groot dynamisch contrast hoorbaar. Er was niet enkel sprake van goede differentiatie tussen zachte versus prominente geluiden. Juist microdynamiek en de ruimte tussen de instrumenten kwamen bijzonder duidelijk over. Het is goed denkbaar dat de VBS daar mede debet aan was. De rust, die korte stiltes kunnen geven was verademend en een auditief genot op zich. In feite was er sprake van klankontspanning, wel zo verfrissend.


Nogmaals de....? Nou ja, een fraai Bel Canto product.

Tiny Island, van Leo Kottke`s onvolprezen LP Greenhouse, liet een innemende zang horen (zelf omschrijft Kottke zijn zang als "geese-farts on a muggy day"). Dit is een lied met diepgang en juist die persoonlijke inbreng kwam goed naar voren. Het rijk vibrerende snarenspel van de maffe meester rolde zoemend en ronkend uit de weergevers. Een versterker die Kottke`s gitaarspel niet op meesterlijke wijze vertolkt wordt door ondergetekende laag aangeschreven, dus hadden de Bel Canto`s met deze prestatie extra brownie-points verdiend. Het moet gezegd dat de fun-factor des te hoger was met de Monitor Audio Studio 2SE weergevers. Bel Canto`s kleinste REF versterker houdt wel van redelijk gevoelige luidsprekers; voor werkelijk ongevoelige paren zal de REF500S de betere optie zijn. Die laatste gaat tevens met een meer geprononceerd fundament te werk, oftewel met meer rijkdom en druk in het laag. Rockliefhebbers zullen de 500 waarschijnlijk prefereren terwijl fans van akoestische muziek de gearticuleerde en uiterst toonzuivere laagweergave van de 150 zeker op prijs zullen stellen.

Saxophone Colossus werd uit de platenkast gehaald waarna het door Sonny Rollins geleide St. Thomas door de luisterruimte knalde. De als een bezetene roffelende en hakkende drummer Max Roach kan in bepaalde gevallen bijna teveel van het goede worden, zeker in combinatie met het ongeëvenaard krachtige blaasspel van Rollins. De Bel Canto`s wisten daar goed grip op te houden en tegelijkertijd de swing losjes en elastisch over te laten komen.

Bij Henri Mancini`s The Pink Panter Theme (ARS LP) kwamen de triangel en bekkens loepzuiver en gloedvol over terwijl de saxofoon met rijk vibrato, bijna snorrend, werd gepresenteerd. Het geheel kwam aangenaam ontspannen en organisch over. Ongekunsteld is het sleutelwoord. Dit versterkertrio duwt of dwingt niet, alles lijkt comfortabel voor de wind te gaan. Juist die prestatie heeft ondergetekende de onvermijdelijke vooroordelen ten opzichte van klasse D versterking doen herzien.

Conclusie

Deze Bel Canto versterkerketen laat de fragiliteit van akoestische muziek en met name die van zang bijzonder goed tot uiting komen. Liefhebbers van zangeressen kunnen hun muzikale hart ophalen aan de eOne versterkers. Dat is geen uit de lucht gegrepen aanname maar een observatie die is geboren uit langdurige praktijkervaring met verschillende klasse D versterkers uit Minnesota, die hier de afgelopen maanden de revue zijn gepasseerd (S300i, S125, REF500S, REF150S). John Stronzer heeft al zijn eOne eindtrappen gebaseerd op versterkermodules van ICEpower. Met zijn eigen inbreng in de vorm van gebalanceerde ingangstrappen en (in het geval van de REF modellen) uitgekiende voedingsbuffers heeft hij de ICE modules aan de signaal- en voedingszijde op geraffineerde wijze gecompleteerd. Het bescheiden formaat en de vriendelijke uitstraling van de eOne apparatuur zou bij sommige audiofielen het idee van audio-speelgoed kunnen geven. In tegenstelling tot `boys toys` raakt men hier niet op uitgekeken, laat staan uitgeluisterd. Aanbevolen.

 
Importeur Bel Canto Audio:
Dimex; www.dimex.nl / 070-4042647

Prijzen (januari 2011)
Bel Canto Phono3: 1795 euro
Bel Canto PRE3-VB: 2000 euro
Bel Canto VBS1: 1495 euro
Bel Canto REF150S: 1495 euro

De eOne apparatuur is leverbaar met een transparant of zwart geanodiseerd front.


Gebruikte apparatuur:

Platenspeler: Linn Sondek LP12/Jelco SA750D/Heed Orbit2Aftaster: Synfono ScryptorPhonotrappen: Moth 30 Series RIAA/Heed Quasar SEVersterker: Heed Obelisk SI Weergevers: Monitor Audio Studio 2SE, Harbeth P3ESRKabels: QED Qunex2, Monster M1000, QED Original bi-wireLichtnet: Lapp/Popp strip, Belden IEC, Kemp SNS Plug, Kemp SR Plug