Metrum Acoustics NOS Mini DAC’s


René van Es | 10 november 2010 | Fotografie René van Es | Metrum Acoustics

Er gaan weken voorbij zonder het gevoel te hebben dat ik iets echt bijzonders in handen heb. De tegenhangers zijn de weinige dagen dat ik serieus opgewonden kan raken van een audioproduct. Daarbij is de prijs van het product niet van belang, wel of ik er diep van onder de indruk raak. Her en der ontdek ik soms een pareltje in het enorme aanbod aan apparatuur. Dit keer is het een parel die in Nederland is ontwikkeld en in Nederland wordt gemaakt. In kleine series, bij een klein bedrijf.

Het is in fysieke afmetingen eveneens een klein product, de Metrum Acoustics NOS Mini DAC, die digitale signalen omzet naar analoge spanningen. Bedoeld voor het op hoog kwaliteitsniveau weergeven van muziek afkomstig uit een dedicated CD-loopwerk, uit een computer, uit muziekservers, een willekeurige andere digitale bron of ingezet als upgrade voor CD-spelers. De prijs is verrassend, de prestatie nog meer.



Wat is…..
Het merk Metrum Acoustics van fabrikant Acelec Engineering uit Zeewolde ken ik al wat langer. Acelec ontwikkelt onder meer elektrostatische luidsprekerunits en heeft een beperkt aanbod van elektronica. In een opbloeiende markt voor D/A-converters heeft Acelec de tanden gezet in het ontwerp van een D/A-converter, die afwijkt van de door velen bewandelde paden. Uitgaande van de klankkwaliteit van bijvoorbeeld bestaande NonOverSampling converters is een opzet gemaakt die in aantallen produceerbaar is. Acelec zag af van de inzet van D/A-converterchips van de bekende merken, omdat die vrijwel allemaal intern met een vorm van oversampling werken.

Een andere bepalende factor was de verkrijgbaarheid. Van bijvoorbeeld oude Philips converters uit de TDA154x reeks raakt de voorraad op. Bovendien zorgen die oude chips voor de nodige vervorming, die eenvoudig zichtbaar te maken is op een oscilloscoop en zich manifesteert als transitieovergangen tussen de samples in, voor dat de nieuwe actuele waarde wordt bereikt. Iets dat te maken heeft met de snelheid en precisie van schakelen in de converter en hoorbaar wordt aan de analoge uitgang als een sluier van ruis, die details (zoals het uitsterven van tonen) overstemt, of zorgt voor een korrelige weergave. Om die effecten te verminderen zijn filters nodig en Acelec wil die niet toepassen. Bovendien is het verminderen van ongewenste effecten niet hetzelfde als het voorkomen daarvan.



Met een achtergrond in het toepassen van D/A-converters in industriële toepassingen, waar veel snellere converters worden toegepast dan in de audioindustrie, heeft Acelec gezocht naar een oplossing die onder de merknaam “Metrum Acoustics” als NOS Mini DAC nu op de markt is gezet. Gekozen is voor een chip die voor het converteren een maximale samplerate heeft van 15 MHz. 16 of 24 bit data mag worden aangeboden tot frequenties van 7,5 MHz. De schakelaars in het laddernetwerk in de DAC dienen die snelheid te kunnen bijhouden, dus het aansturen met relatief lage bemonsteringfrequenties voor audio is geen enkel probleem meer. Het aanbod van datasnelheid en woordbreedte is nu slechts beperkt door de receiverchip, die is ontwikkeld voor maximaal 96 kHz maar in veel gevallen bruikbaar is tot 176.4 kHz en een enkele keert tot zelfs 192 kHz. Slechts een 1e orde netwerk is ingezet op 65 kHz om de flanken van de samples wat minder steil te maken en zo te voorkomen dat sommige versterkers over hun toeren worden gejaagd met hoge frequenties.

De precisie van de converter wordt in het geval van de Quad DAC verder opgevoerd door twee DAC’s parallel toe te passen, waarmee de ruis en harmonische vervorming nog verder afneemt. Om dat allemaal waar te maken is een goede werking van een voeding essentieel. De voeding is zo ruisvrij als mogelijk samengesteld. Vanaf een losse AC adapter wordt de spanning aangeboden aan snelle Schottky gelijkrichters. De afvlakking van de gelijkspanning vindt verder plaats in een condensatorbank met een totale capaciteit van ongeveer 8000µF. Vervolgens worden er zes spanningsregelaars gebruikt om de digitale en analoge delen op de zeslaags multilayerprint te scheiden en te voeden. 



Metrum Acoustics levert twee types van de NOS Mini DAC, een Duo en een Quad. De Duo kost 199 Euro en wordt gegarandeerd op werking voor signalen tot 96 kHz aan de optische of coaxiale ingang. Intern zijn twee DAC chips (één DAC per kanaal) te vinden. De Quad DAC heeft een geselecteerde receiverchip met een coax ingang die 176.4 kHz, 16 of 24 bit signalen kan verwerken. Verder zijn in de Quad geen twee maar vier converters (twee DAC’s per kanaal) te vinden, is de digitale ingang via een trafo gekoppeld en is een mutingcircuit ingebouwd. De Quad kost 295 Euro.

Een blik in het inwendige toont een zeer verzorgd aanzicht. De circa 150 SMD componenten zijn met een robot geplaatst, bij Acelec plaatst men onder een microscoop voor de Quad uitvoering met de hand de twee extra DAC’s. Verder worden daar de grovere onderdelen als LED’s, elco’s en schakalaars met de hand gesoldeerd. Het kastje meet slechts
30.5 x 103 x 180mm, heeft een stereo uitgang via cinch en een optische en coaxiale ingang. Hoe verzorgd en doordacht het concept is, blijkt onder meer uit de aansluiting van de externe AC adapter. Niet met het knullige standaard ministekkertje dat iedereen in deze prijsklasse (of hoger) gebruikt, nee, keurig met een vergrendelende mini XLR plug. Op de voorzijde van de DAC treffen we de keuzeschakelaar optisch/coax en een aan/uit-schakelaar. Een groene LED geeft licht als de DAC aanstaat, een rode LED gaat UIT als er een correct signaal aan de ingang aanwezig is. Dat laatste is even verwarrend; meestal gaat juist wel een extra LED branden als het signaal correct wordt aangeboden.

Vergelijking en opstelling

Thuis is de NOS Mini DAC zowel in Duo als Quad uitvoering beluisterd in een set met PrimaLuna versterking en Ruark luidsprekers. Die laatsten werken in combinatie met een Velodyne subwoofer. Als loopwerk is een PrimaLuna ProLogue 8 CD-speler gebruikt. Mijn tegenhanger is een DHTRob NOS DAC met een Philips TDA1545 converter en buizenuitgang. Eveneens is de Quad DAC ingezet tussen een Leema Stream en Pulse III ter vergelijk met diens interne DAC’s. Omdat de DAC zo klein is sleepte ik de Duo en Quad mee naar vrienden, waar we beschikten over diverse loopwerken, Audio Note D/A-converters, een Chord 64 DAC en dure CD-spelers van Luxman en van Teac. In de "buiten de deur" opstellingen (Teac-PrimaLuna-PMC en Forsell-Herron- Audio Physic) was de algemene conclusie, dat de al wat oudere Teac het moet afleggen tegen zowel de Duo als de Quad DAC. Verder kwamen we tot de conclusie dat de NOS Mini DAC Quad van 295 Euro helemaal geen gek figuur slaat ten opzichte van DAC’s met een prijs van 1500 tot 4000 Euro per stuk.

Opvallend was vooral de totale afwezigheid van vervorming, de enorme hoeveelheid detail die vrijkomt, de diep doorlopende laagweergave en het stereobeeld. De veel duurdere DAC’s met hun buizenuitgang beschikten gehoormatig over meer dynamiek, gaven meer echtheid aan stemmen, produceerden helaas tweede
 harmonische vervorming uit in koppelcondensatoren en buizen, lieten het bovendien afweten in definitie van lage tonen en in het algemeen in detaillering. Uiteindelijk hadden we een voorkeur aan het eind van de avonden voor de meest dure DAC’s, ons goed realiserend dat een prijsverschil van zes tot dertien maal de Quad DAC niet verklaarbaar is in resultaat. In het oordeel weegt mijns inziens een psychologische factor mee. Was de Quad DAC verpakt in een imposante behuizing en was hij boven de 1500 Euro geprijsd, dan had de zaak mogelijk anders gelegen in perceptie. Er was waarschijnlijk bij sommige luisteraars sprake van een Calimero effect. Daarom is het onderstaande verslag belangrijk, waarvoor avondenlang is geluisterd.



Wat doet ….
Laten we beginnen met de eenvoudige uitvoering, de Duo DAC. Loreena McKennitt met haar CD The Mask And The Mirror, gekozen vanwege de muziek die zo rijk is aan akoestische instrumenten, fraaie zang en de vele kleine details. Tweede stemmen zijn goed te verstaan, de details zijn er allemaal, meer dan normaal omdat de DAC zo verschrikkelijk “schoon” is. Het laag is stevig aanwezig, zoals het een goede DAC betaamd, want het is vaak een probleem om het laag correct weer te geven. Het stereobeeld heeft diepte en hoogte. Goed los van de speakers. Zo op het gehoor staat hier zeker geen DAC van 199 Euro.

Met beide DAC`s op bedrijfstemperatuur en een doorgewarmde set is overstappen naar de Quad DAC een eenvoudige handeling. Oef, dat is best een verschil. De lage tonen, die daarnet aanwezig waren, hebben ineens meer definitie. Terwijl de kracht blijft. Het stereobeeld wordt naar beide kanten een stukje breder en treedt nu tot buiten de luidsprekers. De stem heeft gewonnen aan impact en echtheid. De muziek is interessanter geworden. Dus is de Quad DAC beter dan de Duo? Ja, maar niet in de zin van slecht naar goed. Eerder van zeer goed naar excellent. Gebleven is het opvallende gebrek aan vervorming en gemoduleerde ruis, iets dat de opname zo mooi gedetailleerd maakt en zuiver houdt. De Quad klank is wat warmer in klank. Dat is nauwelijks verklaarbaar. Het signaal komt digitaal binnen, een nul blijft een nul, ook door een trafo heen. Ligt het dan aan het gebruik van twee DAC’s ten opzichte van vier stuks? Dat laatste zou sommige soorten vervorming moeten opheffen.

De vraag blijft: waar komt dan die extra warmte vandaan? Een zelfde experiment met Tina Turner’s Private Dancer. Uitgebracht op XRCD met een extra hoge resolutie. Goede stem met veel “Tina” er in. Heel hoorbaar wat er met en tijdens de opname heeft plaatsgevonden. Wonderlijk veel van dat soort informatie. Daarmee wordt de muziek trouwens totaal niet hifi, alleen maar menselijker. Puntig en snel, bijtend zoals het moet zijn in een nummer van een lapdancer die haar lege bestaan beschrijft. Sax hangt prachtig in de lucht. Gitaar van Mark Knopfler vullend in de ruimte. Dan terug naar de Quad DAC. Bij de intro van het nummer hoor je het al. De drum die veel meer doorkomt. Meer detail, meer ruimte. Losser en intenser. 10 rijen dichter bij het podium. Gitaar is veel spannender, beter van formaat, de sax is wat kleiner, losser, meer intens.



Het vele luisteren naar de twee DAC’s en het elders vergelijken maakt een tussenconclusie mogelijk. Kort gezegd (waar ik later nog wel op terug zal komen): de Duo DAC is een hoogwaardige oplossing voor het omzetten van digitale signalen naar analoog. Fraai, zuiver en detailrijk. Wie meer muziek wil, meer betrokkenheid, meer van alles wat muziek echter en fraaier maakt, kiest voor de Quad DAC. Voor televisiedecoders, MP3, DAB radio, computers met een eenvoudige interface: kies voor de Duo DAC. Voor serieuze installaties met CD-loopwerken, dedicated muziekservers: geef die extra 96 euro uit want het betaalt zich dubbel en dwars terug. Omdat ik vind dat Hifi.nl zich zoveel mogelijk moet bezig houden met werkelijkheidsweergave ga ik door met de Quad DAC en laat de Duo even terzijde staan. Ik denk dat mijn punt voorlopig duidelijk is: afhankelijk van de toepassing kiest men de passende DAC. 

Ten tijde van de recensie staat hier als altijd mijn eigen NOS non filtering DHTRob DAC met Philips TDA1545 DAC en buizenuitgang. Plus een tijdelijke Leema Stream III CD-speler. Om met de laatste te beginnen, het omzeilen van de interne DAC in de speler door de Quad in te zetten leidt tot een ander soort weergave. Ik zal niet zeggen beter, want de Leema is fraai in balans met de eigen versterker en heeft een grote mate van betrokkenheid. Zeker met klassieke muziek. De Metrum DAC maakt daar een weergave van die meer laat horen, maar minder dat betrokken gevoel geeft. De DHTRob DAC is van een totaal andere orde. Die heeft ook die betrokkenheid van de Leema, daarbij het kenmerkende directe van een TDA1545 in combinatie met buizen: dynamisch, gloedvol, intens. De Quad DAC zet daar een veel schonere weergave met aanzienlijk lagere vervorming tegenover, iets dat direct hoorbaar is. De Metrum is ten opzichte van de DHTRob in het nadeel met betrekking tot de op het gehoor mindere dynamiek, je mist de hoogspanning van een buis. De Quad is tegenover de DHTRob bovendien iets minder muziekaal. Tja, driemaal anders en wat is de waarheid. Ik denk dat die in het midden ligt. Maar leg nu eens de prijsverhouding daarbij. Die ligt ver uit het midden ten gunste van de Metrum Acoustics NOS Mini DAC. Twee vragen resteren. Vinden luisteraars een tweede harmonische vervorming uit buizen prettig en muzikaal? Een andere vraag is: als men meet aan DAC’s en de dynamiek vergelijkt, is een solid state DAC net zo dynamisch als een buis. Waarom ervaren we dat toch anders? Edoch, genoeg vergelijk, muziek via de Quad.

Resultaat en conclusie

Iets heel moois en gevoeligs. Patricia Kaas van haar CD Kabaret het nummer Une Derniere Fois. Hier mis ik inderdaad iets van die betrokkenheid in de muziek. Maar mensenlief, wat een unieke weergave omdat het allemaal zo intens rijk is aan details, tot aan de laatste toon die uitsterft, zo schoon. Een ander woord dan schoon kan ik eenvoudig niet bedenken. Ik kan heel diep in de opname kijken, mevrouw Kaas is los van de band. Tegelijk betrokken bij elke noot die achter haar wordt gespeeld. Instrumenten stralen als nooit tevoren, de laagweergave is indrukwekkend. Mijn Velodyne komt totaal tot zijn recht als laagweergever en bewijst, uit hoeveel verschillende klanken het laag wordt opgebouwd en hoe belangrijk het fundament is bij muziekweergave.



Weg uit de schoonheid, over naar The Ballad of Bill Hubbard op Amused To Death van Roger Waters. De ultieme test voor de opbouw van een stereobeeld en rondom weergave met slechts twee luidsprekers. Stoel wat naar voren schuiven en….. ja hoor! Het gebeurt: muziek die van achteren komt, van de zijkanten, van voren in diverse lagen van diepte. Zo apart en tegelijk vaak zo moeilijk realiseerbaar met slechts twee luidsprekers. Hulde voor de set, hulde voor de Metrum DAC. Verstaanbaarheid is optimaal en details rijk aanwezig. Ik word moe van mijn eigen lofzang, maar het is ook wonderlijk om dit resultaat terug te horen via een DAC van 295 euro. Ik heb in het verleden vele malen meer uitgegeven aan DAC’s of CD-spelers en toch de Q-Sound niet zo kunnen beluisteren. Weer een sprong, van Waters naar Mozart. Fluitconcerten gespeeld door een jonge vrouw, Sharon Bezaly. Als ik ook daar bijna een uur naar heb geluisterd geef ik de moed op. Overweldigd en zo tevreden met de installatie zoals die voor mij staat. De Metrum Acoustics NOS Mini DAC is een product dat in één woord “AF” is. Zo simpel ligt dat.

Totaal resultaat
2010 zal ik mij herinneren als een uitzonderlijk audio jaar. Het begon met het Soundsmith Strain Gauge pickup element, daarna kwam de NAD M2 digitale versterker langs, de VTL en Octave versterkers, de PMC fact.8 luidspreker en nu de Metrum Acoustics DAC. Waren alle genoemde producten boven de 5000 euro geprijsd, de Metrum DAC zit als enige daaronder, ver daaronder met een prijs van 295 euro voor de duurste uitvoering. Laat ik beginnen met de Duo uitvoering met zijn twee D/A-converterchips aan boord. Een mooie DAC, schoon, zuiver, in staat tot het weergeven van meer details dan de prijs van 199 euro ook maar enigszins doet vermoeden. De techniek achter de DAC, die zoveel te maken heeft met audio en toch een ander pad heeft bewandeld, werpt zijn vruchten af. Kennelijk is de snelheid van het verwerken van de signalen een significant onderdeel van de mate waarin details naar voren kunnen komen.



De ideale DAC in een eenvoudiger set is de Duo, vooral wanneer elke euro telt. Bestemd als opwaardering van de interne DAC’s van CD-spelers, voor iPod dock`s, DAB-tuners en TV-decoders, om wat voorbeelden te noemen. De Quad uitvoering met zijn vier D/A-converterchips, digitale trafo, geselecteerde receiver en ingebouwd mutingcircuit doet er een schepje bovenop en maakt prijzige DAC’s te schande, doet menige CD-speler verbleken. In absolute zin niet helemaal, want dan winnen DAC’s van boven pakweg 2000 euro inderdaad op het punt van muzikaliteit. Ze winnen in totaalindruk, maar verliezen stuk voor stuk òf in zuiverheid, òf door reinheid òf vanwege de detailweergave. De Metrum Acoustics NOS Mini DAC is een klein en betaalbaar wonder. In een tijd dat High End weergave alleen maar duurder en onbereikbaarder lijkt te worden, is dit een parel in de audioschelp. Mijn advies? Als u denkt ergens in uw set emplooi voor de DAC te kunnen vinden, dan blindelings bestellen in Zeewolde. Wat is 2010 een mooi jaar geworden!

Prijzen:
NOS Mini DAC Duo 199 Euro
NOS Mini DAC Quad 295 Euro

Leverancier:
Metrum Acoustics / Acelec Engineering
Speenkruid 10
3892AC  Zeewolde
Telefoon: 036-8485519
Mail: info@metrum-acoustics.nl
Web: www.metrum-acoustics.nl

Gebruikte apparatuur (thuis):

Digitaal:

PrimaLuna ProLogue Eight CD-spelerDHTRob Musique Juste non oversampling, non-filtering buizen D/A-converterMetrum Acoustics NOS Mini DACLeema Stream III CD-speler

Versterking:

PrimaLuna DiaLogue Three lijnvoorversterkerPrimaLuna DiaLogue Six mono eindversterkersLeema Pulse III versterker

Luidsprekers:

Ruark Sabre III

Subwoofer:

Velodyne SPL 1200 Ultra actieve subwoofer

Stroomvoorziening:

Netsnoeren: Läpp (DIY), Supra LoRad (DIY), Hanze HifiNetfilter: SEEC HQSN-4UNetspanning: Supra MD-06 EU Mk II verdeelblok

Kabels:

Interlinks analoog: Inakustik Rhodos Silver, Hanze HifiInterlinks digital: Apogee Wide-Eye, Canare LV-77SInterlink subwoofer: TAF Next 1LS-kabels: Chord Company Odyssey 4, Chord Company Epic Super Twin

Accessoires:

LS-stands: Target MR60Overig: Master Base Mbase/1, Axedo AirBase dempers, Soundcare Superspikes